Verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Hellendoorn 2009 (zevende wijziging)

Nijverdal, 18 april 2017 Nr. 17INT00720

De raad van de gemeente Hellendoorn;

gelet op het bepaalde in artikel 149 Gemeentewet;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 14 maart 2017;

B e s l u i t:

I. vast te stellen de

Verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Hellendoorn 2009 (zevende wijziging)

Artikel 1

Er wordt aan artikel 2:24 een nieuw, derde lid toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 3.

    Evenemententerrein: de ruimte die in de evenementenvergunning is aangegeven om de activiteiten te laten plaatsvinden en het publiek in staat te stellen daarnaar te kijken en/of eraan deel te nemen.

Artikel 2

Er wordt een artikel 2:28a Terrassen toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 1.

    Het is verboden een terras bij een openbare inrichting te exploiteren indien:

    • a.

      niet wordt voldaan aan de algemene regels voor het plaatsen van een terras;

    • b.

      het terras gevaar voor de omgeving oplevert;

    • c.

      het terras schade toebrengt aan de weg.

  • 2.

    De burgemeester kan in het belang van de openbare orde en de verkeersveiligheid nadere regels en/of voorschriften stellen.

  • 3.

    Het verbod in het eerste lid van dit artikel geldt niet indien in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer Rijkswaterstaatswerken, artikel 5 van de Wegenverkeerswet of het provinciaal Wegenreglement.

Artikel 3

Artikel 2:29 wordt als volgt gewijzigd:

Het tweede lid komt als volgt te luiden:

  • 2.

    Het terras moet zijn gesloten op maandag tot en met vrijdag tussen 24.00 en 06.00 uur en op zaterdag en zondag tussen 01.00 en 06.00 uur.

Artikel 4

Er wordt een artikel 2:32 Handel binnen openbare inrichtingen toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 1.

    In dit artikel wordt onder handelaar verstaan: de handelaar als bedoeld in artikel 1 van de algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.

  • 2.

    De exploitant van een openbare inrichting staat niet toe dat een handelaar of een voor hem handelend persoon in die inrichting enig voorwerp verwerft, verkoopt of op enige andere wijze overdraagt.

Artikel 5

Artikel 2:39 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het tweede lid, onder b wordt “de minister van Veiligheid en Justitie” vervangen door “de raad van bestuur van de kansspelautoriteit”.

  • 2.

    Er wordt een nieuw, vierde lid toegevoegd dat als volgt luidt:

    4. De vergunning wordt verleend voor een periode van 3 jaar.

  • 3.

    Het oorspronkelijke vierde lid wordt vernummerd tot het vijfde lid.

Artikel 6

Artikel 2:40 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    In dit artikel wordt verstaan onder:

    • a.

      Wet: de Wet op de kansspelen;

    • b.

      kansspelautomaat: automaat als bedoeld in artikel 30, onder c. van de Wet;

    • c.

      hoogdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d. van de Wet;

    • d.

      laagdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder e. van de Wet.

  • 3.

    In hoogdrempelige inrichtingen zijn twee kansspelautomaten toegestaan.

  • 4.

    In laagdrempelige inrichtingen zijn kansspelautomaten niet toegestaan.

Artikel 7

Er wordt een artikel 2:48a Gevaarlijk drinkgerei en verpakkingen toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 1.

    Een houder van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:27 is verplicht zodanige maatregelen te nemen dat de bezoekers van zijn inrichting geen drinkgerei van glas, blik of glazen verpakkingen, bestemd voor het bewaren van dranken, buiten de inrichting of het daarbij behorende terras brengen.

  • 2.

    Het is een houder van een inrichting als bedoeld in artikel 2:27 en degene die een winkelbedrijf of slijtersbedrijf uitoefent, welke inrichting, winkel of slijterij is gelegen aan een door de burgemeester aangewezen weg of weggedeelte, verboden dranken in door de burgemeester aangewezen verpakkingen, en/of drinkgerei van glas te verstrekken gedurende een door de burgemeester aangewezen periode. De burgemeester wijst de wegen of weggedeelten, verpakkingen en drinkgerei en de periode aan in het belang van de openbare orde en/of veiligheid indien en voor zover de genoemde belangen dit dringend noodzakelijk maken en ook in aantoonbaar verband staan tot deze aanwijzing.

Artikel 8

Er wordt een artikel 2:49a Gedragsaanwijzing toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 1.

    Het is verboden om vanuit een woning of een gebouw de openbare orde te verstoren.

  • 2.

    De burgemeester is bevoegd om, indien het verbod in het eerste lid wordt overtreden en daardoor de openbare orde in ernstige mate wordt verstoord of dreigt te worden verstoord door gedragingen in of vanuit een woning of een gebouw, de gebruiker van de woning of het gebouw een aanwijzing op te leggen waarin gedragingen van de gebruiker worden verboden dan wel waarin gedragingen worden voorgeschreven waardoor de verstoring van de openbare orde wordt voorkomen.

  • 3.

    Dit artikel is niet van toepassing indien en voor zover in dit onderwerp wordt voorzien door de Woningwet, de Wet ruimtelijke ordening, de Opiumwet of de Huisvestingswet.

Artikel 9

Er wordt aan afdeling 12 een artikel 2:66 Begripsbepaling toegevoegd dat als volgt luidt:

In deze afdeling wordt verstaan onder handelaar: een handelaar als bedoeld in artikel 1 van de algemene maatregel van bestuur op grond van artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht.

Artikel 10

Er wordt een artikel 2:67 Verplichtingen met betrekking tot het verkoopregister toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 1.

    De handelaar is verplicht aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij verkoopt of op andere wijze overdraagt, in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register, en daarin onverwijld op te nemen:

    • a.

      het volgnummer van de aantekening met betrekking tot het goed;

    • b.

      de datum van verkoop of overdracht van het goed;

    • c.

      een omschrijving van het goed, daaronder begrepen - voor zover dat mogelijk is - soort, merk en nummer van het goed;

    • d.

      de verkoopprijs of andere voorwaarden voor overdracht van het goed; en

    • e.

      de naam en het adres van degene die het goed heeft verkregen.

  • 2.

    De burgemeester kan vrijstelling verlenen van deze verplichtingen.

  • 3.

    Op de vrijstelling is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.

Artikel 11

Er wordt een artikel 2:68 Voorschriften als bedoeld in artikel 437 van het Wetboek van Strafrecht toegevoegd dat als volgt luidt:

De handelaar of een voor hem handelend persoon is verplicht:

  • a.

    de burgemeester binnen drie dagen schriftelijk in kennis te stellen:

    • 1.

      dat hij het beroep van handelaar uitoefent met vermelding van zijn woonadres en het adres van de bij zijn onderneming behorende vestiging;

    • 2.

      van een verandering van de onder a, sub 1, bedoelde adressen;

    • 3.

      dat hij het beroep van handelaar niet langer uitoefent;

    • 4.

      dat hij enig goed kan verkrijgen dat redelijkerwijs van een misdrijf afkomstig is of voor de rechthebbende verloren is gegaan;

  • b.

    de burgemeester op eerste aanvraag zijn administratie of register ter inzage te geven;

  • c.

    aan de hoofdingang van elke vestiging een kenteken te hebben waarop zijn naam en de aard van de onderneming duidelijk zichtbaar zijn;

  • d.

    een door opkoop verkregen goed gedurende de eerste vijf dagen in bewaring te houden in de staat waarin het goed verkregen is.

 

II. het college op te dragen de inhoudsopgave, behorend bij de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Hellendoorn 2009, te wijzigen conform het bepaalde onder I.

 

III. te bepalen dat deze verordening in werking treedt op de dag volgende op die van haar bekendmaking.

 

De raad voornoemd,

de griffier de voorzitter

Naar boven