Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatsblad 2011, 576 | Wet |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatsblad 2011, 576 | Wet |
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om enige bezuinigingen door te voeren met betrekking tot het kindgebonden budget teneinde het begrotingstekort terug te dringen en de eigen financiële verantwoordelijkheid van ouders voor hun kinderen te versterken;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Wet op het kindgebonden budget wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «draagkracht» vervangen door: draagkracht op basis van het inkomen en het vermogen.
2. Na het derde lid wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. In afwijking van artikel 7, derde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen bestaat geen aanspraak op kindgebonden budget indien de grondslag sparen en beleggen, bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, van de ouder in het berekeningsjaar meer bedraagt dan € 80 000 dan wel, ingeval de belanghebbende het gehele berekeningsjaar dezelfde partner heeft, de gezamenlijke grondslag sparen en beleggen, bedoeld in artikel 5.2, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, van de ouder en zijn partner in het berekeningsjaar meer bedraagt dan € 80 000.
B
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid komt te luiden:
2. Het kindgebonden budget bedraagt voor een berekeningsjaar:
a. indien de ouder aanspraak heeft voor één kind : € 1017,–;
b. indien de ouder aanspraak heeft voor twee kinderen: € 1478,–;
c. indien de ouder aanspraak heeft voor drie kinderen: € 1661,–;
d. indien de ouder aanspraak heeft voor meer dan drie kinderen: € 1661,–, verhoogd met zoveel maal € 106,– als het aantal kinderen meer bedraagt dan drie.
2. In het vierde en vijfde lid vervalt: bij een gezamenlijk toetsingsinkomen van de ouder en zijn partner van niet meer dan € 28 897,.
C
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «de bedragen, genoemd in de artikelen 2, tweede, vierde en vijfde lid» vervangen door «de bedragen, genoemd in de artikelen 1, vierde lid, en 2, tweede, vierde en vijfde lid,» en wordt «artikel 2, vierde, vijfde en zesde lid» vervangen door: artikel 2, zesde lid,.
2. In het derde lid wordt «artikel» vervangen door: de artikelen 1, vierde lid, en.
D
Artikel 6 vervalt, onder vernummering van artikel 6a tot 6.
E
Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het opschrift wordt «berekeningsjaren 2010 en 2011» vervangen door: berekeningsjaren 2010 tot en met 2015.
2. In het artikel wordt «het jaar 2010 en 2011» vervangen door «het jaar 2010 tot en met 2015», wordt «het gezamenlijke toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 2, vierde, vijfde en zesde lid,» vervangen door «het gezamenlijke toetsingsinkomen, bedoeld in artikel 2, zesde lid,» en wordt «de berekeningsjaren 2010 en 2011» vervangen door: de berekeningsjaren 2010 tot en met 2015.
Artikel 12, eerste lid, van de Algemene Kinderbijslagwet komt te luiden:
1. Het basiskinderbijslagbedrag over een kalenderkwartaal bedraagt € 268,26 per kind.
Indien het bij koninklijke boodschap van 14 september 2009 ingediende voorstel van wet tot wijziging van een aantal wetten ter uniformering van het loonbegrip (Wet uniformering loonbegrip) (32 131) tot wet is of wordt verheven en artikel XXXII van die wet eerder in werking is getreden of treedt dan artikel I, onderdeel B, tweede subonderdeel, van de onderhavige wet, wordt in artikel I, onderdeel B, tweede subonderdeel, «€ 28 897» vervangen door: € 26 147.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot
Gegeven te ’s-Gravenhage, 7 december 2011
Beatrix
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H. G. J. Kamp
De Staatssecretaris van Financiën,
F. H. H. Weekers
Uitgegeven de zevende december 2011
De Minister van Veiligheid en Justitie,
I. W. Opstelten
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2011-576.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.