Vragen van de leden Vermue en Albert de Vries (beiden PvdA) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Veiligheid en Justitie over spoedeisende medische zorg op zee (ingezonden 20 september 2016).

Vraag 1

Kent u het bericht «Betere medische zorg nodig op Noordzee»?1

Vraag 2

Wat is uw reactie op de stelling van het provinciebestuur van Zeeland, namelijk dat de spoedeisende medische hulp op zee te wensen overlaat, en teveel ad hoc gebeurt? Deelt u deze conclusie?

Vraag 3

Op welke wijze denkt u dat de professionele hulp bij levensbedreigende situaties op zee verbeterd kan worden?

Vraag 4

Ziet u, waar in de brief, die in het bericht wordt vermeld, de rol van de meldkamers als belangrijke factor wordt genoemd, en een verbetering van afspraken tussen de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) en het Kustwachtcentrum, dit ook als potentieel mogelijke oplossingen? Welke andere oplossingen acht u mogelijk?

Vraag 5

Wat denkt u dat de rol van de provincie Zeeland kan zijn bij het verbeteren van de medische zorg op de Noordzee?

Vraag 6

Welke specifieke norm voor noodhulp op zee draagt bij aan adequate acute medische zorg?

Vraag 7

Waar begint en waar eindigt de Nederlandse verantwoordelijkheid voor spoedzorg op de Noordzee?

Vraag 8

Bent u bereid het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) te vragen een (verbeterde) specifieke norm op zee te ontwikkelen, vergelijkbaar met de 45 minutennorm aan wal, te duiden wie hiervoor primair verantwoordelijk wordt, en hoe deze kan worden gehandhaafd?


X Noot
1

Omroep Zeeland. «Betere medische zorg nodig op Noordzee» 13 september 2016.

Naar boven