36 221 Instellen van een extern onderzoek naar aanleiding van twee anonieme brieven

Nr. 2 BRIEF VAN HET PRESIDIUM

Aan de Leden

Den Haag, 20 oktober 2022

Tijdens de Regeling van Werkzaamheden op 4 oktober 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 7, Regeling van Werkzaamheden)is een aantal vragen gesteld over het besluit van het Presidium d.d. 28 september 2022 tot het instellen van een extern, onafhankelijk onderzoek naar aanleiding van twee ontvangen anonieme brieven waarin melding wordt gemaakt van een sociaal onveilige werkomgeving. Hierover is de Kamer ook geïnformeerd bij brief van 3 oktober 2022 (Kamerstuk 36 221, nr. 1).

In aanvulling op de brief van 3 oktober 2022 deelt het Presidium u mee dat woensdag 19 oktober 2022 is besloten het bureau Hoffmann de opdracht te gunnen voor het feitenonderzoek naar twee ontvangen anonieme brieven (d.d. 10 februari 2022 en d.d. 27 juli 2022). Bureau Hoffmann werkt met een multidisciplinair kernteam en laat zich bijstaan door een onafhankelijk, extern juridisch adviseur die toezicht houdt op de zorgvuldigheid van het proces. Het bureau start binnen twee weken met de opdracht en verwacht een aantal maanden nodig te hebben voor het onderzoek. Het beoogde resultaat is het opleveren van een eindrapport aan de opdrachtgevers, de Griffier en het Presidium.

De opdrachtformulering van het feitenonderzoek naar de anonieme brieven is door het Presidium vastgesteld. Hierbij wordt betrokken:

• of wat in de brieven gesteld wordt feitelijk heeft plaats gevonden,

• de aard en de omvang van de signalen/verwijten,

• de feiten en omstandigheden van de signalen/verwijten,

• rol van de bij de signalen/verwijten betrokken personen,

• vigerende wet- en regelgeving, inclusief gedragsregels en beleid ongewenste omgangsvormen,

ten einde onderbouwd vast te stellen of de verwijten hebben plaatsgevonden en de opdrachtgevers, zijnde de Griffier en het Presidium, hierover te rapporteren.

Verder informeer ik u over de, tijdens de Regeling van Werkzaamheden d.d. 4 oktober 2022, aan het Presidium gestelde vraag over de aangifte waartoe op 1 oktober 2022 is besloten. De Voorzitter heeft namens het Presidium op maandag 3 oktober 2022 aangifte gedaan van het lekken van informatie bij de Hoofdofficier van Justitie van het arrondissementsparket Den Haag. De aangifte is gedaan bij het OM, omdat niet op voorhand duidelijk is of een Kamerlid hierbij betrokken is. De wijze waarop het OM gevolg geeft aan de aangifte is een eigenstandig oordeel.

Het Presidium hoopt u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Verdere mededelingen acht het Presidium in het belang van het feitenonderzoek niet raadzaam. De Voorzitter is bereid een toelichting te geven op het door het Presidium gevolgde proces in de vergadering van de Commissie voor de werkwijze d.d. 1 november 2022.

Namens het Presidium,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, Bergkamp