Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 maart 2021
Bij de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) wordt de subsidie mede bepaald door de hoofdactiviteit
waarmee een onderneming staat ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van
Koophandel. Een ondernemer is wettelijk verplicht bij de inschrijving in het Handelsregister
de activiteiten aan te geven die hij uitvoert en bij verandering van activiteiten
deze door te geven. De ondernemer geeft daarbij aan wat de belangrijkste activiteit
is die de onderneming uitvoert, de hoofdactiviteit. De Kamer van Koophandel registreert
de hoofd- en nevenactiviteiten in het Handelsregister.
Op 5 februari jl. heb ik u geïnformeerd over de wijze waarop we invulling geven aan
de uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in drie zaken
over de TVL1. Deze zaken hebben betrekking op de omschrijving van hoofd- en nevenactiviteiten
in het Handelsregister. In deze drie zaken heeft het CBb geoordeeld dat de Rijksdienst
voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) zelfstandig onderzoek moet doen naar de feitelijke
hoofdactiviteit van een onderneming indien deze van mening is een andere hoofdactiviteit
te hebben dan blijkt op basis van de registratie op 15 maart 2020 in het Handelsregister.
Zoals ik in die brief heb aangegeven, hebben we de uitspraak van het CBb in de drie
betreffende zaken ten uitvoer gebracht. De herbeoordeling van de zaken door RVO.nl
had als gevolg dat de ondernemers een hogere subsidie ontvangen. Ook heb ik besloten
alle afgehandelde en nog lopende bezwaren van ondernemers op dit punt opnieuw te laten
beoordelen door RVO.nl. Dit proces is nu gaande.
De ondernemer is zoals hierboven aangegeven zelf verantwoordelijk voor de juiste omschrijving
van de activiteiten in het Handelsregister en het tijdig doorgeven van wijzigingen
van de activiteiten. Het CBb heeft dit in diverse zaken rondom de TOGS bevestigd en
in deze zaken ondernemers die bestrijden dat wordt uitgegaan van de activiteitenomschrijving
in het Handelsregister op 15 maart 2020 in het ongelijk gesteld. Het CBb heeft echter
wel aangegeven dat dit mede in het licht van de aanhoudende crisis en de financiële
gevolgen die dit voor de ondernemers kan hebben, tot een onbevredigende uitkomst kan
leiden.
Ik vind dat het CBb hier terecht aandacht voor vraagt. Zeker nu de maatregelen langer
duren en ondernemers de steun harder nodig hebben. Ik probeer binnen de ruimte die
ik heb en binnen de ruimte die RVO.nl heeft in de uitvoering, ondernemers maximaal
te ondersteunen om hun vaste lasten te kunnen dragen. Daarom heb ik besloten vanaf
het eerste kwartaal van 2021 anders om te gaan met de activiteitenomschrijving in
het handelsregister. Ondernemers van wie de feitelijke activiteiten die zij uitvoerden
op 15 maart 2020 in werkelijkheid anders waren dan uit de inschrijving in het Handelsregister
blijkt, kunnen op basis daarvan TVL krijgen. Als de ondernemer dit voldoende weet
aan te tonen zal RVO.nl bij de subsidieverlening van de hoofdactiviteit die hoort
bij die feitelijke activiteiten uitgaan.
Om dit mogelijk te maken, neem ik in de TVL-regeling twee gerichte hardheidsclausules
op. Hiermee wordt het mogelijk dat de ondernemer in aanmerking komt voor TVL op basis
van zijn werkelijke hoofdactiviteit, dan wel een hogere subsidie krijgt op basis van
zijn werkelijke hoofdactiviteit, ook indien deze afwijken van de beschrijving van
de activiteiten in het handelsregister op 15 maart 2020. In de wijzigingsregeling
van de TVL, opgesteld naar aanleiding van de intensiveringen die het kabinet heeft
doorgevoerd, zijn deze hardheidsclausules opgenomen. Afgelopen donderdag is deze wijzigingsregeling
aan de Europese Commissie voorgelegd. Nadat de Europese Commissie de wijzigingsregeling
heeft goedgekeurd zal RVO.nl deze hardheidsclausules in bezwaarprocedures gaan toepassen.
Ik zal bekijken of deze werkwijze in de TVL voor het tweede kwartaal al in de aanvraagprocedure
geregeld kan worden, maar ik kan dat niet garanderen, omdat dit bovenop alle andere
activiteiten komt die RVO.nl moet uitvoeren. Wel is het zo dat indien een ondernemer
na een bezwaar op dit punt met betrekking tot het eerste kwartaal van 2021 in het
gelijk wordt gesteld, dit automatisch ook wordt verwerkt in de aanvraag voor de TVL
voor het tweede kwartaal van 2021.
Deze nieuwe procedure zal via de website en nieuwsberichten van de rijksoverheid,
RVO.nl en de Kamer van Koophandel worden bekendgemaakt, zodat ondernemers die dit
aangaat een beroep op deze hardheidsclausule kunnen doen.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer