35 420 Noodpakket banen en economie

Nr. 233 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 februari 2021

De Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) kent een bijzonder hoog aantal aanvragen. Voor de TVL voor het vierde kwartaal van 2020 zijn meer dan 90.000 aanvragen ingediend. Voor de TVL voor het eerste kwartaal van 2021, die vorige week maandag openging, staat de teller inmiddels op ruim 52.000 aanvragen.

Ondernemers hebben een grote behoefte aan liquiditeit. Daarom is de uitvoering van de TVL zo ingericht dat zo veel mogelijk ondernemers zo snel mogelijk een voorschot krijgen uitgekeerd. Dit vereist een uitvoering die grotendeels geautomatiseerd is. Meer complexere aanvragen worden handmatig beoordeeld, binnen dezelfde kaders van de regeling. Voor een klein aantal ondernemers kan de toepassing van de regeling tot een schrijnende situatie leiden.

Uw Kamer heeft de motie van het lid Amhaouch aangenomen die vraagt een oplossing te creëren voor schrijnende gevallen en deze op individuele basis opnieuw te beoordelen door binnen de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) daar een aparte commissie voor in te richten1. Op de volgende wijze geef ik invulling aan deze motie.

Op basis van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan het bevoegd gezag in bepaalde gevallen afwijken van de regels indien de nadelige gevolgen van een besluit onevenredig zouden zijn in verhouding tot het met het besluit te dienen doel. RVO.nl zal van deze bevoegdheid gebruik gaan maken om individuele zaken opnieuw te beoordelen. De Awb biedt ruimte om in bijzondere gevallen een dergelijk afwijkend besluit te nemen. Deze wet biedt geen ruimte om dat alleen te doen omdat een besluit nadelig uitpakt voor een ondernemer. Het gaat om zeer uitzonderlijke gevallen waarin het besluit onevenredig nadelig zou uitpakken. Factoren die een rol kunnen spelen zijn of de beoordelings- en beslissingsruimte die de regeling het bestuur laat, of omstandigheden waarop de ondernemer zich beroept al dan niet in de regeling zijn verdisconteerd en de mate waarin de beslissing ingrijpt in het leven van de ondernemer en of daarbij fundamentele rechten aan orde zijn.

U kunt daarbij denken aan een onderneming die in de referentieperiode te kampen heeft gehad met brand, ernstige ziekte of een overlijden in de directe omgeving, waardoor deze geen referentieomzet heeft en daarom niet in aanmerking komt voor de TVL. De wet laat niet toe dat er in algemene zin van de voorwaarden in de TVL regeling afgeweken kan worden, bijvoorbeeld omdat de referentiesystematiek voor bepaalde ondernemers ongunstig uitpakt. Mijn ministerie inventariseert op dit moment, zoals verzocht in de motie van het lid Aartsen2, met branche-organisaties en de Vereniging Nederlandse Gemeenten hoeveel ondernemers problemen met de referentiesystematiek hebben en waar dat door komt. Ik zal uw Kamer daar eind maart over informeren.

Binnen RVO.nl wordt een commissie ingericht die als klankbordgroep gaat fungeren voor de afdelingen die aanvragen en bezwaarschriften behandelen. De commissie zal gaan adviseren over de richtlijnen waarmee bijzondere zaken beoordeeld gaan worden en zal tevens advies geven over de beoordeling van individuele zaken. De commissie zal niet over alle individuele gevallen hoeven te adviseren op het moment dat er meerdere vergelijkbare zaken spelen. De commissie kan in dat geval een advies geven over de criteria waarlangs deze zaken kunnen worden beoordeeld. Deze beoordeling kan tijdens de aanvraagprocedure of tijdens een eventuele bezwaarprocedure plaatsvinden.

Deze bijzondere gevallen komen via verschillende kanalen bij RVO.nl en/of het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat op tafel. RVO.nl heeft een maatwerkteam ingericht waar al deze zaken samenkomen. Daarmee wordt ervoor gezorgd dat alle bijzondere gevallen ook daadwerkelijk als zodanig behandeld gaan worden en er goed en snel met de betreffende ondernemers contact wordt onderhouden.

Hiermee bied ik binnen de mogelijkheden die ik heb een oplossing voor ondernemers voor wie een te strikte toepassing van de regels buitengewoon onevenredig uitpakt. Het zal echter geen oplossing gaan bieden voor alle ondernemers die niet of in onvoldoende mate in aanmerking komen voor de TVL en die daardoor financieel getroffen worden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer


X Noot
1

Kamerstuk 35 669, nr. 19

X Noot
2

Kamerstuk 35 669, nr. 16

Naar boven