35 022 Wijziging van de Woningwet in verband met de introductie van een stelsel van certificering voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met de reductie van koolmonoxideongevallen wenselijk is een stelsel van certificering te introduceren voor werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Woningwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, vierde lid, komt te luiden:

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen omtrent de onderwerpen, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c, en het tweede lid, onderdelen a en b, andere dan technische voorschriften worden gegeven. Tot de voorschriften omtrent de onderwerpen, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c, behoren in ieder geval voorschriften inhoudende een verbod bij of krachtens die algemene maatregel van bestuur aangewezen werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren zonder dat voor het uitvoeren van die werkzaamheden wordt beschikt over een conformiteitsverklaring als bedoeld in artikel 3, tweede lid.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 2. Bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 2, vierde lid, kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de gevallen waarin Onze Minister conformiteitsbeoordelingsinstanties en conformiteitsbeoordelingsdocumenten kan aanwijzen ten behoeve van het afgeven van conformiteitsverklaringen waarmee kenbaar wordt gemaakt dat gedurende een bepaalde periode een gerechtvaardigd vertrouwen bestaat dat de hierin genoemde natuurlijk personen of rechtspersonen werkzaamheden uitvoeren volgens kwaliteitseisen die opgenomen zijn in door Onze Minister aangewezen conformiteitsbeoordelingsdocumenten.

  • 3. De Kaderwet zelfstandige bestuursorganen is niet van toepassing op conformiteitsbeoordelingsinstanties als bedoeld in het tweede lid.

C

Aan artikel 92 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het eerste lid draagt Onze Minister zorg voor de bestuursrechtelijke handhaving van het bepaalde bij of krachtens artikel 3, tweede lid.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 15 april 2016 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Burgerlijk Wetboek in verband met de invoering van een nieuw stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen en de versterking van de positie van de bouwconsument (Wet kwaliteitsborging voor het bouwen) (34 453), tot wet is of wordt verheven en:

  • 1. artikel I, onderdeel B, van die wet eerder in werking is getreden of treedt dan artikel I, onderdeel C, van deze wet, wordt in artikel I, onderdeel C, van deze wet in artikel 92 het derde lid vernummerd tot vierde lid;

  • 2. Artikel I, onderdeel C, van deze wet eerder in werking is getreden of treedt dan artikel I, onderdeel B, van die wet, wordt in artikel I, onderdeel B, van die wet in artikel 92 het derde lid vernummerd tot vierde lid.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Naar boven