34 227 Wijziging van de Participatiewet in verband met de bescherming van lijfrenteopbouw en de vrijlating van inkomsten uit arbeid en wijziging van de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling in verband met de bevordering van vrijwillige voortzetting van pensioenopbouw (Wet vrijlating lijfrenteopbouw en inkomsten uit arbeid en bevordering vrijwillige voortzetting pensioenopbouw)

Nr. 10 AMENDEMENT VAN HET LID VAN WEYENBERG

Ontvangen 27 oktober 2015

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Na artikel V wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL VA

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de toepassing van de voorwaarden en de bedragen, genoemd in artikel 15, tweede lid, onderdeel b, van de Participatiewet.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe dat aan het wetsvoorstel een bepaling wordt toegevoegd die voorziet in een evaluatie van de voorwaarden en grenzen die worden verbonden aan de vrijlating van het pensioenvermogen voor de middelentoets van de Participatiewet. Hiermee wordt in ieder geval beoogd zicht te verkrijgen in de werking in de praktijk van de voorwaarde dat in de toetsingsperiode van vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag om bijstand de inleg ten hoogste € 6.000 bedraagt. Gezien de wisselende inkomsten van grote groepen zelfstandigen kan deze voorwaarde tot gevolg hebben dat zij in deze periode minder pensioen kunnen opbouwen dan werkenden met een van jaar op jaar gelijkmatig inkomenspatroon.

Van Weyenberg

Naar boven