33 529 Gaswinning Groningen-veld

Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 oktober 2014

Tijdens het debat van 9 oktober jl. over de aardbevingen in Groningen (Handelingen II 2014/15, nr. 12, item 8). heb ik toegezegd nader in te zullen gaan op de mogelijkheden om de adviezen van de Technische commissie bodembeweging (Tcbb) bindend te verklaren, teneinde de afhandeling van schadegevallen door aardbevingen te bespoedigen. Daarbij heb ik ook aangegeven specifiek stil te staan bij de rechtsgang voor bewoners. Met deze brief geef ik invulling aan deze toezegging.

Het bindend verklaren van een advies van de Tcbb vereist een wijziging van de Mijnbouwwet. Deze wetswijziging kent een aantal nadelen. Bindend-verklaring maakt dat bij een eventuele gang naar de rechter een advies van de Tcbb inhoudelijk niet door de rechter getoetst zou kunnen worden. Dit betekent dat een Tcbb-advies alleen vernietigd zou kunnen worden als het niet op de juiste wijze tot stand is gekomen. Dit levert niet in alle gevallen een verbetering op voor de positie van bewoners. Daarnaast geldt een wetswijziging tot het bindend verklaren van Tcbb-adviezen in beginsel in heel Nederland en is dus niet beperkt tot de aardbevingsproblematiek in Groningen. Dit is niet wenselijk, aangezien in een aantal gevallen, zoals bijvoorbeeld bij zoutwinning, het advies van de Tcbb door burgers is aangevochten bij de rechter die een inhoudelijk oordeel van de rechter wensen. Ten slotte is een wetswijziging een langdurig proces. Dat betekent dat de huidige schadegevallen in Groningen hier niet direct mee geholpen zijn.

Om deze redenen acht ik het bij wet bindend verklaren van de adviezen van de Tcbb niet wenselijk. Tegelijkertijd onderschrijf ik wel het belang van het bespoedigen van de schadeafhandelingsprocedure en het opvolgen van de adviezen van de Tcbb door NAM als schadeveroorzaker, waarbij mijn uitgangspunt – in lijn met de wens van uw Kamer – is dat de adviezen van de Tcbb voor NAM materieel bindend zijn. Dit heb ik op de volgende wijze geregeld.

De schadeafhandelingsprocedure kan op twee manieren bespoedigd worden: door het schrappen van de derde taxatiemogelijkheid en door het bindend maken van de Tcbb-adviezen voor NAM. Het schrappen van de derde taxatiemogelijkheid leg ik voor advies voor aan NAM en aan de Dialoogtafel, waarna ik hierover zal besluiten en de Kamer zal informeren. Met betrekking tot het opvolgen van de Tcbb-adviezen door NAM, heb ik NAM gevraagd om schriftelijk te bevestigen dat zij de adviezen van de Tcbb op zal volgen (zie bijlage)1. NAM geeft in haar brief aan in beginsel altijd de adviezen van de Tcbb op te zullen volgen. In zeer uitzonderlijke gevallen, waarvan precedentwerking uit zou kunnen gaan, behoudt NAM hiermee het recht om zelf naar de rechter te kunnen stappen. Dit is in verleden nog niet gebeurd. Op deze wijze laat NAM zien dat de adviezen van Tcbb zeer zwaarwegend zijn en worden de adviezen van de Tcbb materieel bindend voor NAM, zonder de nadelen van een wetswijziging. De mogelijkheden voor bewoners om naar de rechter te stappen blijven hiermee ongewijzigd.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven