33 183 (R1975) Goedkeuring van het op 9 december 2011 te Brussel tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, de Helleense Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, Ierland, de Italiaanse Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom Luxemburg, de Republiek Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië, de Slowaakse Republiek, de Republiek Finland, het Koninkrijk Zweden, het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (lidstaten van de Europese Unie), en de Republiek Kroatië betreffende de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie (met Akte, Protocol en Bijlagen); Trb. 2012, 24

Nr. 11 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK

Vastgesteld 2 mei 2013

Op vrijdag 14 en zaterdag 15 december 2012 bracht een delegatie van de vaste commissie voor Europese Zaken een werkbezoek aan de Republiek Kroatië. Het werkbezoek vond plaats in het kader van de voorbereiding van de plenaire behandeling van het wetsvoorstel houdende de goedkeuring van het EU-toetredingsverdrag met Kroatië (33 183, R1975). De delegatie bestond uit de volgende leden der Kamer: de heren Knops (delegatieleider), Leegte (VVD), Verheijen (VVD), Servaes (PvdA), Van Bommel (SP) en Klaver (GroenLinks). De griffier van de delegatie was de heer Van Haaster.

De delegatie werd tijdens het werkbezoek begeleid door de ambassadeur van Nederland in Kroatië, mevrouw Ronner-Grubačić. De delegatie is de ambassadeur en haar staf zeer erkentelijk voor de uitstekende, deskundige voorbereiding van en begeleiding tijdens het werkbezoek. De delegatie dankt eveneens de Kroatische ambassade in Den Haag voor de medewerking aan het werkbezoek. Ten slotte is de delegatie veel dank verschuldigd aan de gesprekspartners in Kroatië die zich van harte bereid verklaarden om de delegatie te ontvangen.

De delegatie kijkt met voldoening terug op het werkbezoek, dat heeft bijgedragen aan de meningsvorming over de ontwerp-Goedkeuringswet alsook over de geschiktheid van Kroatië om aan de voorwaarden van het lidmaatschap van de Europese Unie te voldoen. Het plenaire debat heeft inmiddels plaatsgehad en de Tweede Kamer heeft vervolgens het wetsvoorstel op 5 februari 2013 aangenomen.

De delegatie brengt langs de lijnen van het programma als volgt verslag uit over het werkbezoek.

Vrijdag 14 december 2012

Op de eerste dag van het werkbezoek sprak de delegatie met verscheidene vertegenwoordigers van de regering en het parlement van Kroatië in Zagreb. Het programma ving aan met een gesprek met de minister van Justitie, de heer Orsat Miljenić. Aansluitend werd de delegatie voor een ontmoeting en gesprek ontvangen door de President van de Republiek Kroatië, de heer Ivo Josipović. In het parlement van Kroatië, de Sabor, werd de delegatie welkom geheten door de Voorzitter, de heer Josip Leko. Hierna volgden enkele besprekingen onder gastheerschap van de heer Daniel Mondekar, voorzitter van de commissie voor Europese integratie, en met medewerking van de heer Boris Blažeković, voorzitter van de Vriendschapsgroep Kroatië-Nederland van de Sabor. In het Kroatische parlement spraken de delegatieleden ook met de heer Peda Grbin, voorzitter van de commissie voor constitutionele zaken, en de heer Milorad Pupovac, voorzitter van de commissie voor buitenlandbeleid, en met enkele leden van de voornoemde commissies. In de Sabor hebben de heren Knops en Mondekar een korte gezamenlijke persmededeling gedaan over de aanleiding en aard van het werkbezoek van de delegatie uit de Tweede Kamer.

Het middagprogramma werd afgesloten met een gesprek met de vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, mevrouw Vesna Pusić. In de avond namen de leden deel aan een rondetafelgesprek in de residentie van de ambassadeur van Nederland, waarvoor voorts een aantal sleutelfiguren bij het parlement, de regering en de rechtspraak van Kroatië waren uitgenodigd, evenals vertegenwoordigers van non-gouvernementele organisaties en andere betrokkenen bij het EU-uitbreidingsproces.

In deze gesprekken kwamen hoofdzakelijk de onderwerpen aan de orde die als actiepunten door de Europese Commissie zijn benoemd in het kader van het monitoringmechanisme dat tot aan de verwachte toetreding van Kroatië van kracht is. Op 10 oktober 2012 bracht de Europese Commissie haar tweede, tussentijdse rapport hierover uit. Het betrof hier met name de onderhandelingshoofdstukken 8 (mededinging), 23 (rechtsstaat en fundamentele rechten) en 24 (justitie, vrijheid en veiligheid) van het acquis communautaire.

De delegatieleden stelden zich op de hoogte van de voortgang van de noodzakelijke hervormingen en de implementatie van recentelijk aangenomen wetgeving in Kroatië. De delegatie benadrukte het belang van het opbouwen van een goede staat van dienst op dit terrein. Gespreksthema’s betroffen onder meer de onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, de effectieve en voortvarende behandeling van rechtszaken, de strijd tegen corruptie, de bescherming van (etnische en seksuele) minderheden en de vrijheid voor pers en media. Daarnaast werd bij diverse gelegenheden de stand van zaken in het herstructureren van de Kroatische scheepsbouwindustrie – met name de privatisering van de scheepswerf «Brodosplit» – besproken. Ten slotte werd gesproken over het oplossen van een laatste bilateraal geschil tussen Kroatië en buurland Slovenië en over het belang van regionale samenwerking in de Westelijke Balkan. Kroatië zou een voorbeeldfunctie kunnen vervullen in en voor de regio.

In de Sabor spraken de delegatieleden met de Kroatische parlementariërs bovendien over de mogelijkheden voor bilaterale parlementaire samenwerking en informatie-uitwisseling. De Nederlandse delegatie lichtte de Nederlandse werkwijze en behandeling van EU-dossiers in de Tweede Kamer toe. Op voorstel van de delegatieleider werd afgesproken om bestaande platforms als de COSAC-conferenties voor samenwerking te benutten en met elkaar te overleggen via «videoteleconferentie» als zich een geschikte aanleiding op relevante EU-dossiers voordoet.

Zaterdag 15 december 2012

Op de tweede dag van het werkbezoek bezocht de delegatie twee provinciehoofdsteden in de buurt van Zagreb, Sisak en Karlovac, om de ervaringen en resultaten van de Europese integratie en de voorbereiding van de EU-toetreding in de praktijk te vernemen.

In Sisak, ten zuidoosten van Zagreb, stond een bezoek aan de provinciale rechtbank en aan het provinciehuis op het programma. Sisak werd fysiek en economisch zwaar getroffen tijdens de Joegoslavische oorlog in de jaren negentig van de vorige eeuw. Veel huizen, infrastructuur en industrie moesten opnieuw opgebouwd worden. Ook hier zijn vele oorlogsmisdaden begaan en zijn mensen verdwenen. Een significant aantal oorlogsmisdaadzaken is momenteel nog steeds aanhangig in Sisak.

In de rechtbank werd de delegatie ontvangen door de president van de rechtbank en enkele medewerkers van het «Victim and Witness Support Office», het kantoor dat slachtoffers en getuigen bij rechtszaken procesmatig ondersteunt. Deze kantoren in Kroatië zijn oorspronkelijk in het leven geroepen om slachtoffers en getuigen in oorlogsmisdaadzaken te ondersteunen maar staat tegenwoordig slachtoffers van alle vormen van zware criminaliteit bij. De kantoren zijn in samenwerking met het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) en met Nederlandse financiële steun tot stand gekomen.

De medewerkers vertelden over hun werkzaamheden; de president van de rechtbank lichtte toe welke vorderingen worden geboekt om de doelmatigheid van de rechtbank te verbeteren en achterstanden in aanhangige rechtszaken te verminderen.

In het provinciehuis werd de delegatie ontvangen door mevrouw Marina Lovric, de prefect van Sisak. Mevrouw Lovric en haar stafmedewerkers heetten de delegatie van harte welkom. Aan de hand van een presentatie maakten zij duidelijk op welke wijze Sisak zich heeft kunnen ontwikkelen dankzij de financiële bijdragen uit het Europees fonds voor kandidaat-lidstaten. Enkele projecten die mede mogelijk waren gemaakt met de preaccessiesteun werden daarbij uitgelicht, onder andere op het gebied van toerisme.

Hierna reisde de delegatie naar Karlovac, dat ten zuidwesten van Zagreb is gelegen. De provincie Karlovac en de gelijknamige hoofdstad hebben in de Joegoslavië-oorlog veel schade opgelopen. De gevolgen op sociaaleconomisch gebied zijn aanzienlijk: enkele grote fabrieken zijn nu alle verdwenen. De belangrijkste werkgelegenheid wordt nu gegenereerd door fabrieken die bakstenen, vleesproducten, zuivel en brandweer- en landbouwslangen produceren en door de plaatselijke bierbrouwerij, Karlovačka Pivovara. Deze brouwerij is sinds 2003 een onderdeel van Heineken N.V. In Karlovac had de delegatie een ontmoeting met de Chief Executive Officer (CEO) van Heineken-Karlovac, de heer Alexander Gerschbacher. De heer Gerschbacher verzorgde een presentatie over de economische prestaties van het bedrijf, dat de grootste Kroatische exporteur van bier (zowel huismerk Karlovačko als Heineken) is, en over het belang ervan voor Karlovac en Kroatië.

Ten slotte bezocht de delegatie in Karlovac een teruggekeerde vluchtelingenfamilie. Tijdens de Joegoslavië-oorlog sloegen ongeveer 200.000 Serviërs, een etnische minderheid in Kroatië, op de vlucht naar Servië. Na afloop van de oorlog kwam de terugkeer van deze families naar Kroatië en de integratie in de lokale samenleving traag op gang. De Kroatische overheid loopt nog achter met het implementeren van wetgeving die terugkeer mogelijk maakt. Ook de beschikbaarheid van huisvesting bleef een probleem. Om deze reden is de «remigratiekwestie» een belangrijk onderdeel van de EU-monitoring (hoofdstuk 23).

De delegatie bracht een bezoek aan een echtpaar dat samen met hun zoon in 2008 terugkeerde in Karlovac en sindsdien woont in een door de staat toegewezen appartement. Bij hun terugkeer werd deze familie geholpen door de Verenigde Naties (UNHRC). Het echtpaar vertelde over de moeilijkheden rondom hun terugkeer en de inspanningen die ze nog moeten leveren voor herstel van alle rechten (zoals pensioenaanspraken) die ze voor de oorlog hadden opgebouwd. De delegatie heeft het gesprek met het echtpaar en de hartelijke ontmoeting in hun huiskamer als bijzonder indrukwekkend ervaren.

De delegatieleider, De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, Knops

De griffier, Adjunct-griffier van de vaste commissie voor Europese Zaken, Van Haaster

Naar boven