Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 november 2025
De rapportage over zakelijk en woon-werkverkeer is regelmatig aan de orde gekomen
in uw Kamer. Die rapportage is in 2024 ingegaan en geldt voor werkgevers met 100 of
meer werknemers. De rapportage is onderdeel van een pakket aan maatregelen om de CO2-uitstoot door zakelijk en woon-werkverkeer te verminderen.
Het midden- en kleinbedrijf (mkb) vindt het verzamelen van gegevens over woon-werkverkeer
en het rapporteren lastig omdat de administratiesystemen van het mkb er niet op zijn
toegerust. Ik ben dan ook voornemens om die groep uit te gaan zonderen. Dat betekent
dat alleen organisaties met 250 of meer werknemers nog hoeven te rapporteren. Deze
uitzondering zal geen gevolgen hebben voor de grote bedrijven.
Mijn voornemen is in lijn met de uitkomsten van het regeldrukreductieprogramma waarover
u bent geïnformeerd met de brief van 5 september jl.1. Het kabinet heeft als doel om de 500 regels die de meeste regeldruk opleveren aan
te pakken. Met het aanpassen van de regelgeving levert IenW hier een belangrijke eerste
bijdrage aan. Mijn voornemen is ook in lijn met de wens van uw Kamer om de rapportage
WPM af te schaffen voor het mkb.2
Ik ga de aanpassing van de regelgeving in samenspraak met relevante stakeholders,
zoals MKB Nederland en ONL, in gang zetten. De internetconsultatie van het wijzigingsbesluit
zal naar verwachting begin volgend jaar plaatsvinden. Vervolgens zal het voorstel
voor de voorhangprocedure aan uw Kamer worden aangeboden. Volgens mijn planning zal
de voorhang medio volgend jaar plaatsvinden. Daarna volgt de advisering door de Raad
van State en de publicatie van het wijzigingsbesluit. Het streven is de wijziging
per januari 2027 in te laten gaan.
Met de VNG treed ik in overleg over de gevolgen voor de handhaving van de rapportage
bij organisaties tot 250 werknemers in de periode totdat de uitzondering van kracht
is geworden. Het heeft mijn voorkeur dat gemeenten en omgevingsdiensten terughoudend
zullen omgaan met hun handhavingsbevoegdheden.
Uw Kamer houd ik op de hoogte van de vorderingen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, A.A. Aartsen