32 637 Bedrijfslevenbeleid

Nr. 321 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP, VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juni 2018

Reactie op de verzoeken van het lid Moorlag over wat zijn de consequenties van de aanhoudende nijpende tekorten aan opgeleide technici voor de economie (Handelingen II 2017/18, nr. 48, item 30) en inzake zorgen over het tekort aan vakmensen om de energietransitie te realiseren, n.a.v. «Overal zonnepanelen en boilers, maar te weinig mensen om ze aan te leggen», van Nos.nl, 19 april 2018. (Handelingen II 2017/18, nr. 76, item 9).

Uit de rapportage De Arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2022 van het Researchcentrum voor onderwijs en arbeidsmarkt (ROA), kan indicatief worden afgeleid dat de verwachte tekorten op de bèta-technische arbeidsmarkt relatief groot zijn (zie Tabel 1). Het gaat dan om zowel tekorten in wetenschappelijk opgeleide bètatechnici alsook praktijkgeschoolde technische vakmensen. De verwachte tekorten zijn mede een gevolg van het feit dat technisch geschoolden steeds vaker breder werkzaam zijn dan alleen in de techniek.1

Binnen de Nederlandse economie wordt technologie steeds breder toegepast. Voor de maatschappelijke uitdagingen in Nederland, zoals de klimaatopgave en de verduurzaming van de energievoorziening is technologie ook een belangrijk middel om tot effectieve en innovatieve oplossingen te komen. Door de energietransitie groeit de werkgelegenheid. Tegelijkertijd verschuift de productie naar andere sectoren en provincies, waardoor nieuwe vaardigheden worden gevraagd van werknemers.2 Om de energietransitie te laten slagen moet de beschikbaarheid van voldoende en goed geschoold technisch personeel aansluiten bij de vraag in verschillende regio’s en sectoren. Daartoe gaan overheid, werkgevers- en werknemersorganisaties, onderwijsraden en andere relevante partijen in gesprek in de Taakgroep Arbeidsmarkt en Scholing. Deze taakgroep adviseert de sectortafels en het Klimaatberaad over de wisselwerking tussen de energie- en klimaattransitie met ontwikkelingen op de arbeidsmarkt.

Geruime tijd geven werkgevers aan moeite te hebben met het vinden van geschikt technisch geschoold personeel op de arbeidsmarkt. Een gevolg hierop zijn hogere kosten voor de werkgever, bijvoorbeeld in de vorm van (interne) opleidingskosten en inkomstenderving door tijdsinvesteringen voor het zoeken naar en begeleiden van nieuw personeel. Ook in het technisch onderwijs is de arbeidsmarktkrapte voelbaar.3 Om meer technici op te leiden, met vaardigheden die aansluiten bij de wensen van ondernemers, zijn voldoende technische docenten, met kennis van de stand van zaken op het gebied van technologie, essentieel. Voor bepaalde bedrijven kan de beschikbaarheid van technisch geschoold personeel een belangrijke factor in de keuze van de vestigingsplaats van hun activiteiten zijn. Ondanks dat meerdere Europese landen kampen met tekorten aan bèta-technisch opgeleiden, kan het tekort in Nederland een blokkade vormen bij het aantrekken van internationale bedrijven naar Nederland of een pushfactor zijn voor bedrijven om uit Nederland te vertrekken.4

Om de fricties te verminderen faciliteert de overheid hierin, samen met vele partners op landelijk en regionaal niveau, middels het Techniekpact (Kamerstuk 32 637, nr. 320). Dit gebeurt onder andere door het onderwijs beter af te stemmen op de arbeidsmarkt, door bedrijven hierbij actief te betrekken, door studenten en leerlingen zo goed mogelijk te informeren en enthousiasmeren over de kansen op de toekomstige arbeidsmarkt en door te investeren in het Leven Lang Ontwikkelen. Op termijn mag tevens worden aangenomen dat de tekorten afnemen doordat er verschillende aanpassingsmechanismes in gang treden zoals een hoger loon bij technische banen. Indien er onder bedrijven voor langere tijd meer vraag is naar, dan aanbod van, technisch geschoold personeel is het aannemelijk dat dit leidt tot meer concurrentie op personeel en dus een hoger loon bij technische banen. In 2017 lijkt deze trend te zijn gestart. Volgens cijfers van het CBS was er in 2017 binnen de technische sectoren sprake van een bovengemiddelde cao-loonstijging.5 Een hoger loon betekent, begrijpelijk, wel dat de kosten voor de werkgever stijgen. Andere aanpassingsmechanismen die de tekorten kunnen verminderen zijn meer regionale verplaatsing van werknemers en werkgevers, meer (technische) scholing en het activeren van een bepaalde groepen werknemers zoals vrouwen voor de technische arbeidsmarkt.6 Mechanismen waar Techniekpact mede op aanstuurt.

Voor verdere informatie verwijs ik graag naar de Kamerbrieven Aanpak krapte op de arbeidsmarkt en Voortgang Klimaatakkoord die voor de zomer naar de Kamer worden verzonden.

Tabel 1: ROA – Prognose tekorten arbeidsmarkt techniek, 2017–2022

Opleidingstype

Baanopeningen

Instroom

Verschil

Mbo 2/3 GROEN

9.200

16.700

7.500

Mbo 2/3 TECHNIEK

107.000

106.500

– 500

mbo 2/3 media en vormgeving

7.100

5.800

– 1.300

mbo 2/3 werktuigbouwkunde en metaalbewerking

12.200

14.300

2.100

mbo 2/3 technische installatie

24.400

19.300

– 5.100

mbo 2/3 operator

4.200

7.500

3.300

mbo 2/3 voertuigtechniek

11.000

14.500

3.500

mbo 2/3 techniek overig

10.700

8.100

– 2.600

mbo 2/3 bouw en infra

20.600

18.100

– 2.500

mbo 2/3 transport en logistiek

16.800

18.900

2.100

Mbo 4 GROEN

13.800

11.800

– 2.000

Mbo 4 TECHNIEK

101.800

83.500

– 18.300

mbo 4 media en vormgeving

7.700

26.400

18.700

mbo 4 werktuigbouwkunde en metaalbewerking

18.900

5.900

– 13.000

mbo 4 technische installatie

22.700

5.800

– 16.900

mbo 4 operator

5.800

4.000

– 1.800

mbo 4 voertuigtechniek

8.900

5.400

– 3.500

mbo 4 techniek overig

14.800

17.200

2.400

mbo 4 bouw en infra

16.300

7.900

– 8.400

mbo 4 transport en logistiek

6.700

10.800

4.100

Hbo TECHNIEK

120.700

60.800

– 59.900

Hbo informatica

16.100

13.200

– 2.900

Hbo werktuigbouwkunde

32.500

9.800

– 22.700

Hbo elektrotechniek

22.900

14.400

– 8.500

Hbo chemie

12.000

3.100

– 8.900

Hbo bouwkunde en civiele techniek

28.000

13.500

– 14.500

Hbo transport en logistiek

9.300

6.900

– 2.400

HBO LANDBOUW EN NATUUR

15.500

13.700

– 1.800

Hbo natuur en milieu

10.100

10.000

– 100

Hbo landbouw

5.400

3.700

– 1.700

WO TECHNIEK

61.700

29.500

– 32.200

Wo informatica

19.500

8.300

– 11.200

Wo werktuigbouwkunde en elektrotechniek

25.100

11.800

– 13.300

Wo bouwkunde en civiele techniek

17.100

9.400

– 7.700

WO LANDBOUW EN NATUUR

19.500

21.600

2.100

Wo biologie, wiskunde, landbouw en milieu

11.900

14.200

2.300

Wo natuur- en scheikunde

7.600

7.400

– 200

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

»Antwoorden op vragen van de leden Tielen, Veldman en Weverling over maakbedrijven die naar India trekken wegens gebrek Nederlandse ingenieurs», Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 1152.

X Noot
2

Zie bijv. PbL-rapport Effecten van de energietransitie op de regionale arbeidsmarkt – een quickscan (2018) en SER-advies Energietransitie en Werkgelegenheid.

X Noot
3

Dit is onder andere zichtbaar in de prognose vacaturedruk voortgezet onderwijs. Voor de ramingsjaren 2022 en 2027 wordt een sterke stijging van de vacaturedruk voorzien voor leerkrachten binnen de vakken Informatica, Scheikunde, Wiskunde en Natuurkunde. Bron: Onderwijs in cijfers

X Noot
4

Uit de recent gepubliceerde Global Talent Competitiveness Index 2018, een jaarlijkse meetlat waarin het concurrentievermogen van 119 landen op het gebied van talent wordt vergeleken, blijkt dat Nederland goed scoort met plaats 9, maar achter landen als Zwitserland, Noorwegen, Zweden, Finland, Denemarken en Groot-Brittannië.

X Noot
5

Het gaat hierbij om de sectoren: Bouwnijverheid, Industrie, Waterbedrijven en afvalbeheer, Informatie en communicatie. Bron: CBS

X Noot
6

Sinds 2015 daalt het werkloosheidspercentage onder vrouwelijke technisch geschoolden, zie Techniekpactmonitor 2017.

Naar boven