nr. 12
AMENDEMENT VAN HET LID KALMA
Ontvangen 1 december 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I wordt als volgt gewijzigd:
I
In onderdeel A vervalt in artikel 107a, vierde lid, de zinsnede «,
mits de werknemers in dienst van de vennootschap en de groepsmaatschappijen
in meerderheid binnen Nederland werkzaam zijn».
II
In onderdeel B vervalt in artikel 134a, tweede lid, de zinsnede «,
mits de werknemers in dienst van de vennootschap en de groepsmaatschappijen
in meerderheid binnen Nederland werkzaam zijn».
III
In onderdeel C, punt 2, vervalt in artikel 135, derde lid, de zinsnede «,
mits de werknemers in dienst van de vennootschap en de groepsmaatschappijen
in meerderheid binnen Nederland werkzaam zijn».
IV
In onderdeel D vervalt in artikel 144a, tweede lid, de zinsnede «,
mits de werknemers in dienst van de vennootschap en de groepsmaatschappijen
in meerderheid binnen Nederland werkzaam zijn».
Toelichting
Met dit amendement wordt beoogd om het spreek- en adviesrecht voor werknemers
te verruimen, in die zin dat de eis voor dochtermaatschappijen dat de meerderheid
van de werknemers in Nederland werkzaam zou moeten zijn, wordt
geschrapt. Het handhaven van deze eis zou er namelijk toe leiden dat er slechts
in een kleine minderheid van de vennootschappen spreekrecht zou zijn, wat
in strijd is met de bedoeling van de wet. Daarnaast is het niet logisch dat
de genoemde eis wel zou moeten gelden voor de dochtermaatschappij (lid 4),
maar niet voor de moedermaatschappij (lid 3).
De indiener acht het niet bezwaarlijk dat in bepaalde gevallen de Nederlandse
minderheid van de werknemers zal spreken namens een internationale meerderheid.
Het alternatief is namelijk dat zowel de Nederlandse minderheid als de internationale
meerderheid helemaal geen spreekrecht zal toekomen, waarmee beide groepen
niet gediend zijn. Het is ook niet in te zien waarom de Nederlandse werknemers
niet bereid zouden zijn om de belangen van hun buitenlandse collega’s
mee te nemen in de uitoefening van hun spreekrecht.
Tenslotte kan de beantwoording van de vraag of wel of niet sprake is van
een meerderheid in Nederland leiden tot allerlei complexe berekeningen en
discussies, bijvoorbeeld over de vraag of bepaalde vennootschappen wel of
niet bij het concern horen, welke consolidatie-uitgangspunten van toepassing
zijn, etc.. Het amendement helpt om dit soort discussies – en de daarmee
gepaard gaande extra administratieve lasten – te voorkomen.
Kalma