31 766 Wijziging van de Wet van 6 maart 2003, houdende bepalingen met betrekking tot het toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten

Nr. 14 AMENDEMENT VAN HET LID JASPER VAN DIJK

Ontvangen 14 februari 2012

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel III wordt in artikel 25a, eerste lid, na onderdeel a een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • aa. het bezoldigingsmaximum als bedoeld in paragraaf 2 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector wordt voor topfunctionarissen als bedoeld in onderdeel a vastgesteld op 77% van het bedrag, genoemd in artikel 2.2, eerste lid, aanhef, van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe dat het salaris van een bestuurder van een collectieve beheersorganisatie niet meer dan 100% van het salaris van een minister mag zijn. In artikel 2.2, eerste lid, aanhef van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector wordt de bezoldiging van een topfunctionaris per kalenderjaar vastgesteld op, ten hoogste, een bedrag van € 187 340. Dit bedrag is 130% van het salaris van een minister en wordt jaarlijks bij ministeriële regeling gewijzigd. In artikel III van het wetsvoorstel worden bepalingen uit de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector van overeenkomstige toepassing verklaard op collectieve beheersorganisaties. Indiener acht het ongewenst dat topfunctionarissen van collectieve beheersorganisaties ten hoogste 130% van het salaris van een minister verdienen. Met dit amendement wordt geregeld dat hun maximale bezoldiging wordt teruggebracht naar, ten hoogste, 100% van het salaris van een minister, dat wil zeggen 77% van het bedrag dat is vastgesteld in artikel 2.2 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.

Jasper van Dijk

Naar boven