31 320
Regels omtrent energie-efficiëntie (Wet implementatie EG-richtlijnen energie-efficiëntie)

nr. 11
AMENDEMENT VAN HET LID JANSEN

Ontvangen 23 mei 2008

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden, in het belang van het doelmatig gebruik van energie, regels gesteld met betrekking tot toestellen en installaties.

2. Het vierde lid vervalt.

II

Artikel 14 vervalt.

Toelichting

In het regeerakkoord en de nota Schoon en Zuinig wordt hoge prioriteit gegeven aan energiebesparing en energie-efficiëntie. Op het niveau van toestellen en installaties is het stellen van regels een zeer effectieve methode om de beleidsdoelstelling te realiseren. Om deze reden wijzigt het amendement de kan-bepaling in lid 1 in een moet-bepaling.

In het wetsvoorstel wordt de mogelijkheid tot het stellen van regels met betrekking tot toestellen en installaties beperkt tot professionele toepassingen. Door het schrappen van artikel 10, lid 4 en artikel 14 breidt het amendement de reikwijdte van regels uit tot toestellen en installaties in woningen. Juist bij kleinverbruikers blijkt regelgeving immers een effectieve manier om energiezuinigheid te bevorderen.

Tenslotte breidt het amendement de rechtsgrond voor het stellen van regels uit met het aspect veiligheid. Onlangs toonde onderzoek in opdracht van het ministerie van VROM naar het binnenmilieu in woningen aan, dat door de toegenomen kierdichting van de woningschil bij de toepassing van open verbrandingstoestellen risico’s ontstaan voor de gezondheid van de bewoners. Het amendement creëert de basis om de toepassing van dergelijke toestellen te verbieden of aan stringentere voorwaarden te binden.

Jansen

Naar boven