30 413 Regels betreffende pensioenen (Pensioenwet)

Nr. 150 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 september 2010

Bijgaand treft u een afschrift aan van mijn brief, mede namens de minister van Justitie, van heden aan de International Accounting Standards Board (IASB) over de voorstellen van de IASB tot aanpassing van de verslaggevingsregels voor pensioenen voor beursgenoteerde ondernemingen.1 Die voorstellen zijn opgenomen in de «Exposure Draft: Defined Benefit Plans (Proposed amendments to IAS 19)» van april 2010.

In mijn brief wijs ik erop dat deze voorstellen van de IASB onder meer rekening houden met risicodeling en voorwaardelijke indexatie in pensioenverplichtingen, maar nog niet voldoende rekening houden met pensioenregelingen waarin de verplichtingen niet volledig worden gedragen door een werkgever maar door een onafhankelijk pensioenfonds, zoals het geval is in Nederland.

In mijn brief van 6 oktober 2008 naar aanleiding van een discussiestuk over dit onderwerp (Kamerstukken II 2008/09, 30 413, nr 115) wees ik de IASB op het gevaar dat als verslaggevingsregels onvoldoende rekening houden met de risico’s die ondernemers feitelijk lopen, zij ondernemers dwingen af te zien van het dragen van welke vorm van risico’s dan ook en dat dit haaks staat op de Europese doelstellingen om te komen tot adequate en financiële gezonde oudedagsvoorzieningen.

Om tot een oplossing op dit terrein te komen bevat mijn brief enkele concrete voorstellen tot aanpassing van de desbetreffende verslaggevingsregels.

Omdat de voorstellen van de IASB uiteindelijk zullen leiden tot aanpassing van de Europese regels op dit terrein, heb ik de brief aan de IASB ook gezonden aan de EU Commissarissen Andor en Barnier.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. P. H. Donner


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven