nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID VERGEER
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel II wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt in onderdeel K in artikel 33, vijfde lid,
onderdeel c, vervangen door:
c. het onderwijs in het desbetreffende vakoverstijgende programmaonderdeel
kan worden verzorgd door:
1°. leden van het team, en
2°. andere leraren die daartoe naar het oordeel van het bevoegd
gezag geschikt zijn. Daarbij stelt het bevoegd gezag na overleg met de desbetreffende
leraar en met de leden van het team voor zover zij betrokken zijn bij en verantwoordelijk
zijn voor de kwaliteit van de werkzaamheden waarmee de desbetreffende leraar
wordt belast, vast of de inhoudelijke of didactische kennis en vaardigheden
van deze leraar ter zake voldoen aan de bekwaamheidseisen bedoeld in artikel
36, vierde lid. Indien dat niet het geval is, wordt eveneens vastgesteld hoe
hierin binnen twee jaren alsnog wordt voorzien en legt het bevoegd gezag dit
vast in de geordende gegevens, bedoeld in artikel 37a. Het bevoegd gezag kan
de in de vorige volzin bedoelde termijn verlengen met ten hoogste twee jaren
indien het bevoegd gezag dat noodzakelijk oordeelt vanwege de kwaliteit en
de voortgang van het onderwijs aan de school. Uiterlijk na afloop van de eventueel
verlengde termijn stelt een instellingsbestuur als bedoeld in artikel 118p
vast of de leraar inmiddels beschikt over de vereiste inhoudelijke of didactische
kennis en vaardigheden.
2. In het tweede lid, punt 2, wordt in artikel 33, vijfde lid, onderdeel
c, vervangen door:
c. het onderwijs in het desbetreffende vakoverstijgende programmaonderdeel
kan worden verzorgd door:
1°. leden van het team, en
2°. andere leraren die daartoe naar het oordeel van het bevoegd
gezag geschikt zijn. Daarbij stelt het bevoegd gezag na overleg met de desbetreffende
leraar en met de leden van het team voor zover zij betrokken zijn bij en verantwoordelijk
zijn voor de kwaliteit van de werkzaamheden waarmee de desbetreffende leraar
wordt belast, vast of de inhoudelijke of didactische kennis en
vaardigheden van deze leraar voldoen aan de bekwaamheidseisen bedoeld in artikel
36, vierde lid. Indien dat niet het geval is, wordt eveneens vastgesteld hoe
hierin binnen twee jaren alsnog wordt voorzien en legt het bevoegd gezag dit
vast in de geordende gegevens, bedoeld in artikel 37a. Het bevoegd gezag kan
de in de vorige volzin bedoelde termijn verlengen met ten hoogste twee jaren
indien het bevoegd gezag dat noodzakelijk oordeelt vanwege de kwaliteit en
de voortgang van het onderwijs aan de school. Uiterlijk na afloop van de eventueel
verlengde termijn stelt een instellingsbestuur als bedoeld in artikel 118p
vast of de leraar inmiddels beschikt over de vereiste inhoudelijke of didactische
kennis en vaardigheden.
Toelichting
In de Wet BIO wordt artikel 33, vierde lid, van de WVO vervangen door: «Degene
die benoembaar of tewerkstelbaar zonder benoeming is voor enig vak, mag door
het bevoegd gezag gedurende ten hoogste twee jaren worden belast met werkzaamheden
als leraar waarvoor hij niet voldoet aan de in artikel 36, eerste lid, bedoelde
bekwaamheidseisen. Aan de eerste volzin wordt uitsluitend toepassing gegeven
indien het bevoegd gezag en betrokkene in ieder geval schriftelijk hebben
verklaard dat betrokkene verplicht is zich in te spannen om binnen twee jaren
alsnog te voldoen aan de bekwaamheidseisen voor die werkzaamheden.»
Het nieuwe vierde lid van artikel 33 spreekt dus over een tijdslimiet,
een verplichting en bekwaamheidseisen.
Dit amendement regelt dat deze eisen ook gelden bij vakoverstijgend lesgeven
in teamverband. Het amendement doet recht aan de verschillen in niveau en
omvang van de eisen per team, per leerweg en per leerjaar doordat de eisen
van te voren worden vastgesteld door het bevoegd gezag na overleg met de desbetreffende
leraar en met de leden van het team.
Vergeer