30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid

Nr. 404 MOTIE VAN HET LID SMALING

Voorgesteld 2 maart 2016

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de weerstand in de Drentse en Groningse Veenkoloniën tegen megawindparken op land aanhoudend groot is en de Drentse gebiedscoördinator dat ook aangeeft in zijn rapportage;

constaterende dat er vanuit de regio duurzame alternatieven zijn geformuleerd die hetzelfde resultaat kunnen realiseren;

constaterende dat de ministers van EZ en l en M in een recente brief (31 239, nr. 211) aangeven veel meer aandacht te willen schenken aan omgevingsmanagement;

constaterende dat de Minister van Economische Zaken schetst dat om 1,9 petajoule uit zonne-energie te realiseren, er voor 2020 liefst 3,5 miljoen m2 zonnepark aangelegd zou moeten worden, maar dat dit omgerekend hetzelfde is als een niet bijster groot gebied van 1,5 bij 2 kilometer;

constaterende dat professor Wim Sinke in zijn recente inaugurele rede schetst dat de toename in rendement en productie van duurzame energie en daarmee de afname van de kosten de komende tijd vooral in zonnestroom zit;

verzoekt de regering, de gepresenteerde alternatieven, zoals zonneparken, volwaardig mee te wegen in de verdere besluitvorming rond duurzame investeringen die een grote impact op landschap en omwonenden hebben,

en gaat over tot de orde van de dag.

Smaling

Naar boven