29 842
Beleidsnota Biologische Landbouw 2005–2007

nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 oktober 2004

Zoals toegezegd stuur ik u hierbij de eindrapportage1 van de evaluatie van het huidige beleid voor biologische landbouw en de Beleidsnota Biologische Landbouw 2005–2007 toe. Aan de eindrapportage van de evaluatie liggen drie onderzoeksrapporten ten grondslag, die als bijlagen zijn bijgevoegd.1 Mede op basis van de evaluatie van het huidige beleid is een nieuwe Beleidsnota Biologische Landbouw voor de periode 2005–2007 opgesteld.

Evaluatie

De biologische landbouw is in de afgelopen jaren gegroeid, maar minder dan bij het opstellen van de huidige Beleidsnota Biologische Landbouw 2001–2004 werd verwacht. Uit de evaluatie blijkt dat de invalshoek die indertijd was gekozen om de ontwikkeling van de biologische landbouw te stimuleren, de vraaggerichte aanpak, een goede keus is geweest. Alleen door de vraag te stimuleren is een duurzame groei van de biologische sector mogelijk.

Intensiveren vraaggerichte aanpak

Veel groeperingen in de samenleving zetten zich in voor groei van de biologische landbouw. In het magazine «Schap voor schap, ... op weg naar meer biologische landbouw» is een selectie van enkele aansprekende voorbeelden daarvan opgenomen.

Dit magazine wordt samen met de nieuwe Beleidsnota Biologische Landbouw 2005–2007 uitgebracht en is bij deze brief gevoegd1. Vanwege de bijdrage die de biologische landbouw kan leveren aan de verdere verduurzaming van de gehele Nederlandse land- en tuinbouw, draagt het kabinet de biologische keten een warm hart toe.

Het kabinet zal de maatschappelijke organisaties en de marktpartijen ook in de komende jaren blijven ondersteunen in hun streven naar verdere groei van de sector. Niet door zelf de markt te bepalen, maar door de randvoorwaarden te creëren voor de ontwikkeling van de biologische markt en door de betrokken partijen bij deze ontwikkeling te ondersteunen. In de komende drie jaar zal het kabinet de vraaggerichte aanpak intensiveren.

Middelen voor primaire producenten

Zoals ik heb toegezegd tijdens het Algemene Overleg met de Vaste Kamercommissie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de landbouw- en visserijraad op 17 juni jl., zal ik in deze brief een antwoord geven op de vraag hoeveel van de beschikbare middelen voor het bevorderen van de biologische landbouw de boeren uiteindelijk bereikt.

In de periode 2001–2004 is ruim de helft van de in totaal € 37,5 miljoen (exclusief kennis) besteed aan het direct ondersteunen van biologische boeren en tuinders. Vergeleken met de voorgaande periode (1997–1999) heeft de rijksoverheid zowel absoluut als relatief veel minder subsidie aan de primaire sector verleend als gevolg van de keuze voor een vraaggerichte aanpak die het kabinet in de Beleidsnota Biologische Landbouw 2001–2004 heeft gemaakt. Deze keuze is geheel in lijn met de beleidsomslag die het kabinet in het Hoofdlijnenakkoord heeft aangekondigd van een overheid die niet meer «zorgt voor, maar zorgt dat».

Uit de evaluatie blijkt dat de uitvoeringskosten van de subsidieregelingen voor biologische boeren en tuinders, de Investeringsregeling Biologische Varkens en de Regeling Stimulering Biologische Productiemethode, in de periode 2001–2004 relatief hoog waren. Oorzaken waren het eenmalige karakter van de regeling respectievelijk de complexiteit.

In de nieuwe Beleidsnota Biologische Landbouw 2005–2007 is op grond van deze uitkomst van de evaluatie opgenomen, dat voor de nieuwe subsidieregeling voor biologische boeren en tuinders wordt gestreefd naar een eenvoudige regeling met minimale uitvoeringslasten voor zowel overheid als ondernemers.

Europees Actieplan Biologische Landbouw en Voedsel

Inmiddels zijn in Brussel de besprekingen binnen de Raad over de conclusies aan het Europees Actieplan voor Biologisch Voedsel en Biologische Landbouw in het eindstadium gekomen. De verwachting is dat de conclusies worden aangenomen in de Landbouwraad van oktober. Het in juni van dit jaar gepresenteerde actieplan past binnen de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.

De bevordering van een milieuvriendelijke kwaliteitsproductie is één van de doelstellingen van de hervorming van het GLB en de biologische landbouw is een belangrijk instrument om dit doel te bereiken. Het actieplan bevat 21 acties die zich richten op:

a) ontwikkeling van de markt voor biologisch voedsel door voorlichting;

b) het doeltreffender maken van het overheidsbeleid voor de biologische landbouw;

c) verbetering van normen en controle ter waarborging van de integriteit van biologische producten.

De Raad zal naar verwachting de analyse en voorgestelde aanpak van de Commissie ondersteunen en extra aandacht vragen voor onder meer informatie- en promotiecampagnes, integratie van biologische landbouw in de programma's voor plattelandsontwikkeling, versterking van onderzoek en het verder harmoniseren van normen en standaarden. De voor Nederland belangrijke balans tussen acties aan vraag- en aanbodzijde komt in het Europees Actieplan terug.

Daarnaast wordt de voortrekkersrol van de biologische landbouw ten opzichte van de gangbare landbouw benadrukt, evenals het belang van kennis. Het actieplan en de conclusies sluiten hiermee goed aan op het Nederlandse stimuleringsbeleid voor de biologische landbouw, zodat ze elkaar wederzijds versterken.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven