29 453 Woningcorporaties

25 424 Geestelijke gezondheidszorg

Nr. 415 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 februari 2016

Hierbij stuur ik u, mede namens de Staatssecretaris van VWS, een brief over de problematiek rond verwarde huurders die overlast veroorzaken. U heeft de Staatssecretaris en mij op 15 december 2015 (Handelingen II 2015/16, nr. 37, item 32) om deze brief gevraagd. Aanleiding voor uw verzoek was de in december verschenen Corporatiemonitor Verwarde Personen van Aedes waarin staat dat een meerderheid van de corporaties een toename ziet van overlast van huurders die verward gedrag vertonen.

Rapport Aedes

Aedes heeft in 2015 een enquête uitgevoerd onder 174 corporaties (52% van alle corporaties) over overlast door huurders die verward gedrag vertonen. Het gaat bij verwarde personen om mensen met verschillende aandoeningen en/of beperkingen.1 Vaak is het een combinatie van factoren die leidt tot verward gedrag. Uit de enquête blijkt dat circa de helft van de corporaties een lichte toename van overlast van deze groep ervaart en bijna een kwart een grote toename. Ruim een kwart van de corporaties ziet geen verandering. Dit onderzoek is in 2015 voor het eerst uitgevoerd en is nog niet wetenschappelijk gestaafd.

Aedes schrijft dat verwarde huurders van corporatiewoningen ongeveer 2.000 incidenten veroorzaken, zoals geluidsoverlast en agressief gedrag tegen de buren. Corporaties ontvangen volgens het onderzoek jaarlijks zo’n 18.000 meldingen van structurele overlast van verwarde personen, zoals geluidsoverlast of nachtelijke overlast door paniekaanvallen of psychosen.

Uit het onderzoek blijkt dat corporaties een rol voor zichzelf zien weggelegd in de aanpak, bijvoorbeeld door het signaleren van verward gedrag waardoor escalatie voorkomen kan worden. De regierol voor de aanpak moet echter wel bij de gemeente liggen, vinden corporaties. Het merendeel van de corporaties (71 procent) maakt afspraken over de huisvesting van mensen met een GGZ-achtergrond, doorgaans met GGZ-instellingen en gemeenten.

Taak van corporaties

In de herziene Woningwet is opgenomen dat huisvesting van mensen met lage inkomens een taak is van corporaties. Een van de prioriteiten bij het maken van prestatieafspraken tussen gemeenten, corporaties en huurdersorganisaties – op basis van de herziene Woningwet – is wonen en zorg, waar huisvesting aan mensen met een psychiatrisch en/of verstandelijke beperking onder valt.

In het algemeen hebben corporaties en verhuurders tot taak om woonoverlast – van welke huurder dan ook – te voorkomen. Om woonoverlast te voorkomen is samenwerking op het lokale niveau tussen gemeenten, corporaties en zorgaanbieders van groot belang. Naast de verantwoordelijkheden die gemeenten al hadden, zijn zij sinds 1 januari 2015 ook verantwoordelijk voor ambulante ondersteuning aan kwetsbare mensen. Tevens regelt de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 dat gemeenten beschermd wonen aanbieden aan cliënten die dat nodig hebben. Daarmee is de gemeentelijke regierol aanzienlijk versterkt.

Hierbij merk ik op dat niet alle verwarde personen woonoverlast veroorzaken en veel woonoverlast wordt veroorzaakt door mensen die niet tot bovenstaande doelgroep behoren.

Inzet van het Rijk

Het kabinetsbeleid is er op gericht burgers, gemeenten, woningcorporaties en zorgaanbieders in staat te stellen op het lokale niveau tot een optimale oplossing te komen. Door de decentralisaties van delen van de AWBZ en de herziening van de Woningwet zijn gemeenten meer dan voorheen in staat de regierol te vervullen en maatwerk te leveren2. De ambulantisering van de GGZ sluit hierbij aan. Deze houdt in dat mensen bij voorkeur in hun eigen omgeving zorg ontvangen en dat alleen intramurale zorg wordt verleend als dat noodzakelijk is.

Het Rijk ondersteunt de gemeenten, zorginstellingen en corporaties bij de aanpak van woonoverlast. Belangrijke instrumenten daarbij zijn het aanjaagteam Verwarde Personen en de Transitieagenda langer zelfstandig wonen.

Mijn collega’s van VWS en VenJ hebben u bij brief van 29 oktober 20153 geïnformeerd over het Aanjaagteam Verwarde Personen. Door de ministeries van VWS en VenJ en de VNG is in september 2015 dit aanjaagteam onder leiding van de burgemeester van Alphen aan den Rijn, mevrouw Liesbeth Spies aangesteld. Het aanjaagteam moet er voor zorgen dat gemeenten in de zomer van 2016 beschikken over een sluitende en duurzame aanpak van zorg aan en ondersteuning van verwarde personen waarbij de gemeenten vrij zijn in de manier waarop ze dit invullen. Op systeemniveau zal het aanjaagteam belemmeringen in kaart brengen en zo mogelijk oplossen. Het aanjaagteam Verwarde personen zal de Corporatiemonitor van Aedes betrekken bij haar aanpak. Aedes en het aanjaagteam zijn hierover met elkaar in gesprek.

Daarnaast is er vanuit het Rijk voor gemeenten een handreiking «Aanpak woonoverlast en verloedering» opgesteld waarin de juridische en niet-juridische maatregelen staan benoemd. Tevens staat ook stapsgewijs beschreven hoe gemeenten hun beleid voor de aanpak van woonoverlast kunnen vormgeven. De handleiding «Voorkomen is beter dan uit huis zetten» is gericht op de aanpak van multiprobleemgezinnen en woonproblematiek. Ook kenniscentra als Platform 31 en Centrum Criminaliteitspreventie Veiligheid (CCV) hebben praktische aanpakken ontwikkeld en geven workshops. In samenwerking met AEDES, VNG, Rijksuniversiteit Groningen en het CCV zijn de ministeries van VenJ en BZK gestart met het project «Toepassing van de gedragsaanwijzing binnen het huurrecht». Dit project is bedoeld om meer inzicht te verkrijgen in de werking van de huurrechtelijke gedragsaanwijzing ten behoeve van de aanpak van woonoverlast. Er zal bekendheid gegeven worden aan de inzet van de gedragsaanwijzing door onder andere een landelijke bijeenkomst op 4 februari 2016, bedoeld voor woningcorporaties, gemeentes en hulpverleners.

Bij brief van juli 2015 hebben de Staatssecretaris van VWS en ik u laatstelijk geïnformeerd over de Transitieagenda langer zelfstandig wonen.4 Onderdeel van deze agenda is de installatie van het aanjaagteam Langer zelfstandig wonen onder leiding van de heer Marnix Norder. Het team heeft de afgelopen anderhalf jaar alle Wmo regio’s bezocht en gemeenten, woningcorporaties en zorgaanbieders aangespoord samen te werken. Hierbij lag de focus nadrukkelijk niet alleen op mensen met lichamelijke beperkingen, maar ook mensen met psychiatrische en verstandelijke beperkingen. De Staatssecretaris en ik zullen dit voorjaar het eindrapport van het aanjaagteam toezenden, waarin ook wordt ingegaan op deze doelgroep.

Het gedrag van sommige verwarde personen kan voor overlast voor omwonenden zorgen. Goede communicatie tussen de verschillende partijen is daarom onontbeerlijk. Tussen de verwarde persoon en de betrokken organisaties, tussen de betrokken organisaties onderling maar vooral ook in de communicatie naar de omwonenden. Dit vraagt om lokaal maatwerk. De regering ziet dat er lokaal aandacht voor is en dat dit een gespreksonderwerp is tussen gemeenten en woningcorporaties om zich in te blijven zetten voor deze doelgroep.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok


X Noot
1

Dit betreffen psychiatrische klachten, licht verstandelijke beperkingen, dementie, verslaving) en/of verschillende levensproblemen (schulden, dakloosheid, verlies van dierbaren, gebrek aan participatie, onverzekerd zijn, illegaliteit, enzovoorts.

X Noot
2

Zoals ook beschreven in de voortgangsrapportages hervorming langdurige zorg (Kamerstuk 34 104, nr. 83).

X Noot
3

Kamerstuk 25 424, nr. 290.

X Noot
4

Kamerstuk 32 847, nr. 121.

Naar boven