28 000 XVI
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2002

nr. 105
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2002

Zoals u bekend is, is er gisteren in de pers nogal wat te doen geweest over het project Thuiszorg Slowakije-Nederland, opgezet door een aantal participanten, waaronder Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN). Daarbij werd, kennelijk op aangeven van de voorzitter van BTN, gesuggereerd dat het ministerie van VWS en het ministerie van SZW het project zouden omarmen.

Deze suggestie is gisteren in de pers al gecorrigeerd.

Bij de regeling van de werkzaamheden van hedenmiddag heeft u gevraagd om een brief van de bewindslieden van VWS en SZW, waarin u op de hoogte wordt gesteld van de feiten met betrekking tot de betrokkenheid van beide ministeries bij het project. Graag wil ik, mede namens de minister van SZW, aan dat verzoek voldoen.

Bij brief van 3 juli jl. ben ik door de voorzitter van BTN op de hoogte gesteld van het project. Daarbij werd mij gevraagd mijn goedkeuring en ondersteuning te geven aan het project.

Bij brief van 5 oktober jl. heb ik aan BTN mijn reactie gegeven. Deze reactie treft u als bijlage1 aan. In de reactie heb ik aangegeven dat ik over het project grote twijfels heb, met name waar het gaat om de doelstelling van het project om een bijdrage te leveren aan de oplossing van arbeidsmarktknelpunten in de Nederlandse thuiszorg. Ik heb daarbij duidelijk aangegeven wat het Nederlandse beleid is met betrekking tot de werving van verpleegkundigen en verzorgenden van buiten de Europese Economische Ruimte. Kortheidshalve verwijs ik u verder naar de bijlage.

Na het sturen van mijn reactie aan BTN heeft er alleen nog een informatief gesprek plaatsgevonden tussen enkele ambtenaren van mijn ministerie met TWEN B.V. Deze organisatie verzorgt in het kader van het project de thuiszorgopleiding in Slowakije. In dit gesprek is door TWEN B.V. aan het ministerie gevraagd om in contact te treden met de Slowaakse overheid over de opbouw van de thuiszorg in Slowakije. Mijn ambtenaren hebben TWEN B.V. te verstaan gegeven dat een officieel verzoek van de Slowaakse overheid dan de aangewezen weg is. Tot op heden heb ik van de Slowaakse overheid daaromtrent nog niets vernomen.

In dit verband kan ik nog melden dat er op het terrein van de gezondheidszorg geen bilaterale overeenkomsten zijn gesloten tussen de overheden van Slowakije en Nederland.

Ook het ministerie van SZW heeft bij brief van BTN het verzoek gekregen tot goedkeuring en ondersteuning van het project. Het ministerie van SZW heeft daarop alleen een procedurele reactie gegeven, waarin het voor een inhoudelijke reactie verwijst naar mijn ministerie.

In het kader van de Wet arbeid vreemdelingen zijn ook voor stagiaires tewerkstellingsvergunningen vereist. Een voorwaarde daarbij is dat de stagiaire geen reguliere arbeidsplaats mag bezetten. Wordt niet aan deze voorwaarden voldaan, zal de CWI een aanvraag om een tewerkstellingsvergunning weigeren.

Het beleid met betrekking tot de werving van buitenlandse verpleegkundigen en verzorgenden, dat vast ligt in wet- en regelgeving en waarover met sociale partners aanvullende afspraken zijn gemaakt, is regelmatig met u besproken. Binnen dit beleid is geen ruimte voor het project van het Branchebelang Thuiszorg Nederland. Een wijziging van dit beleid is niet aan de orde.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. M. Vliegenthart


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven