nr. 101
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 januari 2002
De uitkomst van de behandeling van de begroting van VWS is dat met ingang
van 2002 het budget van de specifieke uitkeringen maatschappelijke opvang
& verslavingsbeleid en vrouwenopvang in totaliteit met 22,5 mln. EURO
verhoogd wordt.
In de begroting stond al dat er structureel 4,5 mln. EURO extra beschikbaar
gesteld wordt voor maatschappelijke opvang, met als doel dat instellingen
en gemeenten beleid kunnen voeren ter verlichting van de werkdruk. Daarnaast
heeft de Tweede Kamer de nota van wijziging aanvaard die tot doel had het
budget voor maatschappelijke opvang dat bedoeld is voor de begeleiding van
bijzondere groepen, zoals vrouwen, slachtoffers van geweld, dak- en thuislozen
en zwerfjongeren te verhogen met 18 mln. EURO structureel.1
Voorts heb ik toegezegd een convenant-zwerfjongeren tot stand te brengen
met de betrokken partijen. Van de 22,5 mln. EURO wil ik 3 mln. EURO daarvoor
aanwenden. Over de structurele bestemming van die gelden wil ik een besluit
nemen nadat het rapport van de Algemene Rekenkamer over zwerfjongeren verschenen
is.
In 1999 heeft de Kamer voor de specifieke uitkering maatschappelijke opvang
& verslavingsbeleid de toepassing van het verdeelmodel van de Raad voor
de financiële verhoudingen aanvaard. Tegelijkertijd is ingestemd met
mijn standpunt dat de toepassing van het verdeelmodel voor de specifieke uitkering
vrouwenopvang op dat moment niet mogelijk was. Wel is het advies van de Rfv
opgevolgd ten aanzien van de gemeenten die in aanmerking zouden moeten komen
voor een specifieke uitkering vrouwenopvang.2
Gegeven de nu beschikbaar gekomen middelen acht ik nu wel de mogelijkheden
aanwezig om het verdeelmodel voor de vrouwenopvang met ingang van 2002 in
te voeren. Ik wil dat doen op dezelfde wijze als waarop bij de invoering van
het model voor maatschappelijke opvang en verslavingsbeleid grootschalige
kapitaalvernietiging voorkomen is: de gemeenten die er op basis van het Rfv-model
op vooruit gaan krijgen de verhoging van het budget zoals door
de Rfv aangegeven; de gemeenten van wie het budget verlaagd zou moeten worden,
worden niet gekort. Voor deze operatie is een bedrag van 7,5 mln. EURO benodigd.
Op grond van het bovenstaande kom ik tot de volgende inzet:
Overzicht toedeling ophoging
budget specifieke uitkeringen |
---|
9,4 mln. EURO | Ophoging specifieke uitkering maatschappelijke
opvang & verslavingsbeleid |
3,0 mln. EURO | Convenant zwerfjongeren |
7,5 mln. EURO | Invoering verdeelmodel vrouwenopvang |
2.4 mln. EURO | Ophoging budget specifieke uitkering
vrouwenopvang |
0,2 mln. EURO | Beleidsontwikkeling
(monitor maatschappelijke opvang) |
22,5 mln. EURO | totaal |
Bijgevoegd1 treft u de adviesaanvrage aan
de Raad voor de financiële verhoudingen aan.
Op basis van het advies aan de Raad kan de toedeling nog enigszins bijgesteld
worden omdat bovenstaande cijfers gebaseerd zijn op 2001.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers
XNoot
1Kamerstukken II, 2001–2002, 28 000 XVI, nr. 40.
XNoot
2Kamerstukken II, 1999–2000, 26 604 en 25 682, nr. 2.
XNoot
1Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.