27 830 Materieelprojecten

Nr. 207 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 25 oktober 2017

De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Defensie over de brief van 19 september 2017 inzake het Materieelprojectenoverzicht (MPO) 2017 (Kamerstuk 27 830, nr. 206).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 23 oktober 2017. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De fungerend voorzitter van de commissie, Ten Broeke

De griffier van de commissie, De Lange

1

Kunt u een update geven over de samenwerking met België op het terrein van de instandhouding M-fregatten?

Het project «Instandhouding M-fregatten» is in 2016 voltooid. Zowel de Nederlandse als Belgische M-fregatten hebben bij dit project uiteenlopende aanpassingen ondergaan (Kamerstuk 30 800 X, nr. 79). Het Commando Zeestrijdkrachten voert de reguliere instandhouding uit van de Nederlandse en Belgische M-fregatten in het kader van de Belgisch-Nederlandse Samenwerking (Benesam). Deze samenwerking levert schaalvoordelen op en maakt de instandhouding van dit wapensysteem meer doelmatig en doeltreffend.

België en Nederland treffen momenteel voorbereidingen voor de gezamenlijke vervanging van de M-fregatten. De beide Ministers van Defensie hebben in november 2016 een intentieverklaring ondertekend over samenwerking op het gebied van onderzoek, ontwikkeling, verwerving en instandhouding van de vervangende capaciteit M-fregatten, waarover de Kamer met de brief van 8 december 2016 is geïnformeerd (Kamerstuk 33 279, nr. 20). Besluitvorming over het vervolg van dit project is aan het volgende kabinet.

2

Waardoor is het projectvolume van het Instandhoudingsprogramma Luchtverdedigings- en Commandofregatten 78,9 miljoen euro hoger geworden dan oorspronkelijk geraamd?

Het project «Instandhoudingsprogramma LC-fregatten» is in 2010 opgenomen in het Materieelprojectenoverzicht met een geraamd projectvolume in de bandbreedte van € 50 miljoen tot € 100 miljoen. Op 4 februari 2014 is de Kamer geïnformeerd over een verhoging van het projectvolume (Kamerstuk 27 830, nr. 123) en de belangrijkste redenen voor deze verhoging, zoals het inrichten van onderhoudsfaciliteiten voor het infraroodsysteem, het plaatsen van explosiebestendige deuren en het verminderen van het uitgestraald geruis onder water. Ook is door de reorganisaties bij Defensie veel capaciteit verdwenen, waardoor meer inhuur van personeel of uitbesteding van deelprojecten noodzakelijk is dan oorspronkelijk was voorzien. Vanaf dat moment heeft Defensie de bandbreedte € 100 miljoen tot € 250 miljoen gehanteerd. Vervolgens heeft de Kamer in 2016 en 2017 enkele malen informatie ontvangen over de voortgang (Kamerstuk 27 830, nrs. 185, 194 en 200). Met de ondertekening van het resterende hoofdcontract in de zomer van 2017 is het project overgegaan naar de realisatiefase en is in het MPO het actuele projectvolume vermeld.

3

Kunt u een update geven over de internationale samenwerking aangaande het Maritime Ballistic Missile Defence (MBMD) project?

Nederland neemt in Europa een vooraanstaande plaats in op het gebied van kennis en sensorsystemen voor de verdediging tegen ballistische raketten. Internationale samenwerking is aan de orde bij meerdere aspecten van het project Maritime Ballistic Missile Defence (M-BMD). Denemarken, Duitsland, Nederland en de Verenigde Staten voeren gezamenlijk een sensorintegratiestudie uit waaraan Thales Nederland en TNO bijdragen leveren. Deze studie heeft betrekking op de gehele vuurleidingsketen van de verbeterde SMART-L radar tot de raket die de inkomende ballistische raket moet onderscheppen. De studie zorgt voor een betere integratie van de verbeterde SMART-L radar in het internationale BMD-netwerk.

Ten tweede werkt Nederland samen binnen het Framework Nation Concept (FNC) cluster van de Navo over de wapensystemen voor de hogere luchtlagen (Upper Layer Systems). Partners hierbij zijn België, Denemarken, Duitsland en de Verenigde Staten. Deze samenwerking betreft onder andere opleidingen, operationele doctrines en de uitwisseling van personeel.

In de derde plaats werkt Nederland met tien andere landen samen op het gebied van de interoperabiliteit van raketverdedigingssystemen in het Maritime Theater Missile Defence Forum (MTMD-F). In dit kader heeft een Nederlands LC-fregat in 2015 met een experimentele BMD-sensorcapaciteit deelgenomen aan een raketverdedigingsproef op zee. Deze maand wordt op Amerikaans initiatief de internationale oefening Formidable Shield gehouden op het gebied van lucht- en raketverdediging die voortbouwt op de beproeving van 2015. Een Nederlands met een SMART-L radar uitgerust LC-fregat vervult hierbij een belangrijke rol. Een volgende beproeving is voorzien voor over enkele jaren.

4

Waardoor is de planning van de verbetering van de MK48 torpedo 7 jaar vertraagd? Hoe verhoudt zich dit tot het voorziene einde van de levensduur van de Walrusklasse onderzeeboten?

De Kamer is op 30 januari 2015 geïnformeerd over de verhoging van het aantal te bestellen modificatiepakketten voor de Mk48 torpedo’s (Kamerstuk 27 830, nr. 145) om de inzetbaarheid van de onderzeeboten beter te waarborgen. Doordat Defensie meer pakketten aanschaft, is meer tijd nodig voor de modificatie en neemt het project meer tijd in beslag. De Kamer is hierover geïnformeerd in het Materieelprojectenoverzicht van 2016 (Kamerstuk 27 830, nr. 186). Ook is de planning vertraagd om de verbetering van de Mk48 torpedo te synchroniseren met het lopende instandhoudingsprogramma van de Walrusklasse onderzeeboten.

5

Wanneer worden de resultaten van het onderzoek naar de scheuren in de springstof van de Excalibur granaten verwacht? Op welke wijze wordt de Kamer geïnformeerd over de uitkomsten?

De Amerikaanse overheid verwacht het onderzoek naar mogelijke scheuren in de springstof van de Excalibur-granaten deze maand te voltooien. De Kamer zal schriftelijk worden geïnformeerd over het resultaat van het onderzoek. Overigens zijn granaten van dit type nog niet aan Defensie geleverd. Defensie zal uitsluitend goedgekeurde granaten in gebruik nemen.