nr. 18
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN MIDDELKOOP EN VAN DER KNAAP
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel 76 (Algemene bijstandswet) wordt als volgt gewijzigd:
A. Onderdeel S vervalt.
B. In onderdeel T vervalt in artikel 122, eerste lid, aanhef, de zinsnede
«of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 120, derde
lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot
het nemen van besluiten inzake de verlening van bijstand, aan de Centrale
organisatie werk en inkomen,.
C. In onderdeel T vervalt in artikel 122, derde lid, de zinsnede «of,
indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 120, derde lid, aan
de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen
van besluiten inzake de verlening van bijstand, aan de Centrale organisatie
werk en inkomen,.
II
Artikel 77 (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
werkloze werknemers) wordt als volgt gewijzigd:
A. Onderdeel Q vervalt.
B. In onderdeel R vervalt in artikel 45, eerste lid, aanhef, de zinsnede
«of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde
lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot
het nemen van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale
organisatie werk en inkomen,.
C. In onderdeel R vervalt in artikel 45, derde lid, de zinsnede «of,
indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde lid, aan
de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen
van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale organisatie
werk en inkomen,.
III
Artikel 78 (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
gewezen zelfstandigen) wordt als volgt gewijzigd:
A. Onderdeel Q vervalt.
B. In onderdeel R vervalt in artikel 45, eerste lid, aanhef, de zinsnede
«of, indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde
lid, aan de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot
het nemen van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale
organisatie werk en inkomen,.
C. In onderdeel R vervalt in artikel 45, derde lid, de zinsnede «of,
indien burgemeester en wethouders op grond van artikel 43, derde lid, aan
de Centrale organisatie werk en inkomen mandaat hebben verleend tot het nemen
van besluiten inzake de verlening van uitkering, aan de Centrale organisatie
werk en inkomen,.
Toelichting
Met dit amendement wordt beoogd het nemen van besluiten inzake de verlening
van een uitkering uitsluitend aan de gemeenten over te laten, omdat zij verantwoordelijk
zijn voor de uitvoering van de bijstand en de toekenning van de uitkering.
De voorgestelde mogelijkheid van mandatering van deze taak komt hiermee te
vervallen. De besluitvorming inzake de verlening van een uitkering kan in
een bedrijfsverzamelgebouw plaatsvinden of in gemeenten zelf.
Van Middelkoop
Van der Knaap