25 904
Wijziging van de Wet van 16 december 1993 tot wijziging van de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 in verband met verruiming van het begrip personenauto (Stb. 673) (beëindiging grootwagenparkregeling)

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 24 maart 1998

De vaste commissie voor Financiën1, belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud, dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De leden van de commissie hebben met belangstelling kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Slechts de leden van de VVD-fractie willen enkele vragen aan de regering voorleggen alvorens hun standpunt te bepalen. Deze leden zullen daarbij ook overwegen dat zij zich destijds verzet hebben tegen de bij het amendement Reitsma/Van der Vaart (Kamerstuk 23 215 nr. 11) geïntroduceerde grootwagenparkregeling vanwege het discriminerende karakter ervan.

Is het juist dat de wetgever er destijds vanuit ging dat de grootwagenparkregeling zou uitsterven doordat de kentekens van de desbetreffende wagens na verloop van tijd op een andere naam zouden worden overgeschreven en daarmee alsnog onder het hogere belastingtarief zouden komen te vallen? Is het niet aannemelijk dat dit inmiddels al het geval is voor het overgrote deel van de wagens waarom het destijds ging? Indien deze vraag bevestigend kan worden beantwoord, wat is dan het belang van de nu voorgestelde wijziging, te weten de beëindiging van de regeling per 1 juni 1998 voor alle wagens? Op welke «omstandigheden op dit moment» wordt in de memorie van toelichting gedoeld? Is de regering van mening dat de nu voorgestelde wijziging van invloed is op deze omstandigheden?

Op 10 november 1997 verscheen het persbericht van het ministerie van Financiën over de voorgenomen beëindiging van de grootwagenparkregeling, zo vervolgen deze leden. Was het toeval dat dit twee dagen was voor de behandeling door de Hoge Raad van de procedure die de Stichting Belangen Grijskentekeneigenaren en MKB Nederland hebben aangespannen tegen het ook volgens hen discriminerende karakter van de grootwagenparkregeling? Is het inmiddels tot een uitspraak in laatste instantie in deze procedure gekomen? Wat zijn de financiële gevolgen indien de Stichting Belangen Grijskentekeneigenaren en MKB Nederland in het gelijk worden gesteld, zo vragen de leden van de VVD-fractie tot besluit.

De voorzitter van de commissie,

Ybema

De griffier van de commissie,

Janssen


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Schutte (GPV), Van Rey (VVD), Terpstra (CDA), Smits (CDA), Reitsma (CDA), Vliegenthart (PvdA), Ybema (D66), voorzitter, Schimmel (D66), Van Gijzel (PvdA), Witteveen-Hevinga (PvdA), Hillen (CDA), A. de Jong (PvdA), Hoogervorst (VVD), ondervoorzitter, Van Wingerden (AOV), Rabbae (Groen Links), Voûte-Droste (VVD), Adelmund (PvdA), Giskes (D66), H. G. J. Kamp (VVD), Vacature CD, Van Dijke (RPF), Van der Ploeg (PvdA), B. M. de Vries (VVD), Van Walsem (D66) en Ten Hoopen (CDA). Plv. leden: Van der Vlies (SGP), Van Hoof (VVD), Visser-van Doorn (CDA), Heeringa (CDA), Wolters (CDA), Noorman-den Uyl (PvdA), Bakker (D66), Jeekel (D66), Van Zijl (PvdA), Van Zuijlen (PvdA), G. de Jong (CDA), Van Nieuwenhoven (PvdA), Rijpstra (VVD), Verkerk (AOV), Rosenmöller (GroenLinks), Hofstra (VVD), Crone (PvdA), Assen (CDA), M. M. H. Kamp (VVD), Marijnissen (SP), Leerkes (U55+), Koenders (PvdA), Hessing (VVD), Van Boxtel (D66) en De Haan (CDA).

Naar boven