25 037
Wijziging van de Gemeentewet, de Waterschapswet, de Wet op de inkomstenbelasting 1964, de Wet op de vermogensbelasting 1964, de Algemene wet inzake rijksbelastingen, alsmede de Wet waardering onroerende zaken (Aanpassingswet Wet waardering onroerende zaken)

nr. 14
NADER GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID H.G.J. KAMP C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 12

Ontvangen 6 november 1996

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I wordt na onderdeel F een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

Fa

Na artikel 220h wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 220i

1. In de belastingverordening kan worden bepaald dat gedurende maximaal drie jaren na het begin van een tijdvak als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken een vermindering wordt verleend op de belastingaanslag terzake van een onroerende zaak. Het bedrag van de vermindering wordt afzonderlijk vermeld op het aanslagbiljet.

2. De vermindering kan voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen anders worden vastgesteld dan voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen.

3. De vermindering wordt zodanig berekend dat het na vermindering te betalen belastingbedrag telkenjare niet meer bedraagt dan een in de belastingverordening te bepalen percentage van het belastingbedrag dat terzake van die onroerende zaak met betrekking tot het daaraan voorafgaande kalenderjaar na vermindering is verschuldigd, doch met een minimumpercentage van 125 procent.

4. In de belastingverordening kan worden bepaald dat de vermindering niet wordt berekend over wijzigingen van het belastingbedrag ten opzichte van het daaraan voorafgaande kalenderjaar die het gevolg zijn van toepassing van artikel 19 van de Wet waardering onroerende zaken en niet wordt toegepast indien de vermindering een door de gemeente te bepalen belastingbedrag niet te boven gaat.

II

In artikel I, onderdeel G, wordt «220d tot en met 220h» vervangen door: 220d tot en met 220i.

III

Na artikel XI wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL XIA

1. In afwijking in zoverre van artikel 220i, derde lid, van de Gemeentewet, kan een gemeente die de heffing van onroerende-zaakbelastingen reeds met ingang van 1 januari 1996 baseert op de naar de waardepeildatum 1 januari 1995 bepaalde waarden, in de belastingverordening bepalen dat een vermindering als bedoeld in dat artikel voor het eerst wordt berekend ten opzichte van het belastingbedrag dat is verschuldigd met betrekking tot het jaar 1995 en wordt voor de toepassing van het vierde lid van dat artikel onder het daaraan voorafgaande kalenderjaar mede begrepen het kalenderjaar 1995.

2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de toepassing van artikel 221 van de Gemeentewet.

Toelichting

Het amendement beoogt gemeenten de mogelijkheid te geven schoksgewijze verhogingen in de onroerende-zaakbelastingen die het gevolg zijn van de periodieke herwaardering van onroerende zaken via een ingroei-variant te mitigeren.

H. G. J. Kamp

Giskes

Noorman-den Uyl

Naar boven