25 018
Wijziging van de Tracéwet, houdende nadere aanwijzing van enige gevallen waarin die wet wordt toegepast, alsmede een nadere inpassing van hogere-waardenbesluiten krachtens de Wet geluidhinder en enkele andere verbeteringen

nr. 7
AMENDEMENT VAN HET LID VERSNEL-SCHMITZ

Ontvangen 29 april 1997

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel C, punt 4, wordt als volgt gewijzigd:

I

In het voorgestelde artikel 2, tweede lid, onderdeel c, onder 1°, wordt «ecologische hoofdstructuur;» vervangen door: ecologische hoofdstructuur, dan wel in een bufferzone, aangewezen in hoofdstuk V van de Planologische Kernbeslissing Nationaal Ruimtelijk Beleid;.

II

In het voorgestelde artikel 2, tweede lid, onderdeel c, onder 3°, wordt «in een in een streekplan begrensd gebied als bedoeld onder 1°;» vervangen door: in een in een streekplan begrensd gebied dan wel in een bufferzone als bedoeld onder 1°;.

Toelichting

I. Toevoeging van rijksbufferzones aan de categorie van gevoelige gebieden waarvoor een MER-plicht geldt, houdt in dat ook voor deze belangrijke buffers tussen sterk verstedelijkte gebieden de aan de MER-plicht verbonden voordelen van toepassing worden, te weten:

– stroomlijning van de besluitvorming

– bij koppeling van de MER-procedure aan de vergunningenprocedure: snellere besluitvorming

– verduidelijking van de milieueffecten van de voorgenomen activiteit

– de met de MER verbonden verplichting tot beschrijving van alternatieven

– de openbaarheid van procedure en documenten voor burgers, belangenorganisaties en andere belanghebbenden

– de met de MER verbonden waarborg van objectiviteit door inschakeling van onafhankelijke deskundigen vanuit de commissie MER

II. Bij deze wijziging is het wenselijk de reikwijdte van de MER-plicht uit te breiden door dienovereenkomstige aanpassing van de bijlage (onderdeel B) bij het Besluit milieu-effectrapportage 1994.

Versnel-Schmitz

Naar boven