24 787
Nieuwe regeling inzake de sociale werkvoorziening (Wet sociale werkvoorziening)

nr. 17
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 4 april 1997

Inleiding

In het wetgevend overleg van 17 maart jl. (24 787, nr. 13) met de VKC SZW over het voorstel voor een nieuwe regeling inzake de sociale werkvoorziening heb ik aangegeven met het Nationaal Overlegorgaan Sociale Werkvoorziening in overleg te zullen treden, inzake de arbeids-handicap als indelingscriterium. Dit overleg heeft inmiddels plaatsgevonden en de heer Hofstede, voorzitter van het NOSW-bestuur heeft mij meegedeeld dat de NOSW zich kan vinden in het bereikte resultaat. Wel heeft hij mijn aandacht gevraagd voor de twee provinciaal opererende administratieve dienstencentra die aparte bestuurlijke eenheden vormen. Ik heb mij bereid verklaard hiervoor een overgangsmaatregel te treffen.

1. Afspraken betreffende de arbeidshandicap als indelingscriterium

Met het NOSW zijn de volgende principe-afspraken gemaakt:

– Het NOSW accepteert op grond van de nadere toelichting die het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft verstrekt dat in de wet het begrip arbeidshandicap als uitgangspunt wordt gekozen. Het NOSW stemt in met de beleidsdoelen die met de introductie van dit begrip worden beoogd: het voorkomen van verdringing om financiële redenen en de wens zicht te houden op de ontwikkeling van de populatie, zowel in termen van medische beperking als in termen van de mate van arbeidshandicap.

– In de AMvB betreffende Indicatie zullen nadere voorschriften worden opgenomen over de gevallen waarin de arbeidshandicapcategorie mede wordt bepaald aan de hand van een inschatting van de arbeidsprestatie op grond van bijvoorbeeld een testperiode. In naar schatting 80% van de gevallen zal een specifieke inschatting van de arbeidsprestatie niet noodzakelijk zijn, maar kan worden volstaan met een beoordeling op grond van de medische beperking in combinatie met factoren als noodzakelijke mate van begeleiding en aanpassingen aan de werkplek.

– Het wordt aan de indicatiecommissie binnen de door de rijksoverheid te stellen regels overgelaten te bepalen welke instantie zal worden ingeschakeld voor eventueel nader onderzoek of test-activiteiten. De mogelijkheid dat hiervoor de testafdeling van een bestuurlijke eenheid wordt benut is aanwezig. Het NOSW zal voor het handelen van de testafdeling in dergelijke gevallen gedragsregels formuleren.

– In het nog met het veld te ontwikkelen modelprotocol betreffende de indicering, zal naast een beschrijving van de arbeidshandicap ook de medische beperking expliciet worden opgenomen.

Deze afspraken worden na twee jaar geëvalueerd, op basis waarvan de algemene maatregel van bestuur zonodig kan worden aangepast.

Ook de VNG stemt in met deze nadere afspraken.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. P. W. Melkert