nr. 11
GEWIJZIGDE AMENDEMENTEN VAN HET LID SMITS TER VERVANGING
VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 8
Ontvangen 21 november 1995
De ondergetekende stelt de volgende amendementen voor:
I
Na artikel 2 worden drie nieuwe artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 2a
1. De gemeenteraad kan voor ten hoogste acht door hem aan te wijzen dagen
per kalenderjaar vrijstelling verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder
a en b, en tweede lid, vervatte verboden voor zover het betreft een zondag,
Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste
of tweede Kerstdag. Twee van deze dagen gelden voor elk deel van de gemeente
afzonderlijk.
2. De gemeenteraad kan, al dan niet onder het stellen van regels, de in
het eerste lid bedoelde bevoegdheid overdragen aan burgemeester en wethouders.
3. De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in
artikel 2, eerste lid, onder a en b, en tweede lid voor zover het de dagen
betreft, vervatte verboden of aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid
verlenen om in de gevallen, in de verordening aan te wijzen, en met inachtneming
van de daarin gestelde regelen op daartoe strekkend verzoek ontheffing van
die verboden te verlenen ten behoeve van:
a. op de betrokken gemeente of een deel daarvan gericht toerisme, mits
de aantrekkingskracht voor dat toerisme geheel of nagenoeg geheel is gelegen
buiten de verkoopactiviteiten die door de vrijstelling of de ontheffing mogelijk
worden gemaakt;
b. grensoverschrijdend verkeer, mits de vrijstelling of ontheffing slechts
betrekking heeft op handelingen die plaatsvinden in de nabijheid van grensovergangen
langs daarop aansluitende doorgaande wegen.
4. Voorts kan de gemeenteraad bij verordening aan burgemeester en wethouders
de bevoegdheid verlenen op daartoe strekkend verzoek met inachtneming van
de in de verordening gestelde regels ontheffing te verlenen van de in artikel
2, eerste lid, onder a en b, vervatte verboden, voor zover het betreft winkels
die op de in de genoemde onderdelen bedoelde dagen gesloten zijn
tussen 0 uur en 16 uur en waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren
plegen te worden verkocht met uitzondering van sterke drank als bedoeld in
artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet. De verordening bepaalt
in ieder geval het aantal winkels, waarvoor in de gemeente ontheffing kan
worden verleend. Dit aantal kan ten hoogste een winkel per 15 000 inwoners
van de gemeente zijn of, indien het inwonertal lager is dan 15 000, een
winkel.
5. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend;
aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.
Artikel 2b
1. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling van de in artikel 2,
eerste lid, onder a en b, en tweede lid voor zover het de dagen betreft, vervatte
verboden verlenen op grond van plotseling opkomende bijzondere omstandigheden.
2. Zij kunnen op daartoe strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste
lid bedoelde verboden verlenen ten behoeve van:
a. feestelijkheden en bijeenkomsten, indien deze een cultureel of sociaal
doel hebben,
b. veilingen,
c. vertoningen op het gebied van de mode met betrekking tot kleding en
schoeisel, voor zover betreft de ruimte, waarin of het terrein, waarop zij
plaatshebben, alsmede, indien voor het bereiken van die ruimte of dat terrein
noodzakelijk een winkel moet worden betreden, die winkel.
3. Zij kunnen voorts in bij algemene maatregel van bestuur aangewezen
gevallen en met inachtneming van de in die maatregel gestelde regelen op daartoe
strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste lid bedoelde verboden verlenen
ten behoeve van het uitstallen van goederen.
4. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend;
aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.
II
Artikel 4, eerste lid, wordt vervangen door:
1. De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van het in
artikel 2, eerste lid, onder c, en tweede lid voor zover het de tijden betreft,
vervatte verbod.
III
Artikel 5 wordt vervangen door:
Artikel 5
1. Bij algemene maatregel van bestuur kan vrijstelling van de in artikel
2 vervatte verboden worden verleend. Bij zodanige maatregel kan aan de gemeenteraad
de bevoegdheid worden verleend om, indien naar zijn oordeel plaatselijke omstandigheden
daartoe aanleiding geven, bij verordening te bepalen dat een vrijstelling
voor de betrokken gemeente of een of meer delen daarvan niet geldt.
2. Bij de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in het eerste lid, kan
aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid worden verleend om met inachtneming
van in die maatregel gestelde regels in aanvulling op een vrijstelling op
daartoe strekkend verzoek ontheffing te verlenen van de in het eerste lid
bedoelde verboden.
3. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend; aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften
worden verbonden.
IV
In artikel 9 wordt «Winkeltijdenwet de artikelen 2, 3, tweede lid,
4, derde lid, en 5, tweede lid» vervangen door: Winkeltijdenwet de artikelen
2, 2a, vijfde lid, 2b, vierde lid, 3, tweede lid, 4, derde lid, en 5, derde
lid.
Toelichting
Door deze amendementen wordt het huidige regime inzake het geopend hebben
van winkels op zon- en feestdagen gehandhaafd. Op dit punt dient de rijksoverheid
de regels te stellen.
Een verdergaande verruiming van mogelijkheden doet afbreuk aan het specifieke
karakter en de betekenis van de zondag. Dat laatste is onwenselijk op grond
van godsdienstige overwegingen alsmede uit sociaal-maatschappelijke motieven
(gezinsleven, verenigingsleven enz.).
De vrijstellings- en ontheffingsmogelijkheden zijn opgenomen in de artikelen
2a, eerste lid (8 zon- en feestdagen), 2a, derde lid (toerisme en grensoverschrijdend
verkeer), 2a, vierde lid (avondwinkels), 2b, eerste en tweede lid (bijzondere
gevallen zoals feestelijkheden en veilingen), 2b, derde lid (uitstallen goederen)
en 5 (algemene vrijstellingsregeling bij algemene maatregel van bestuur).
Ter aanvulling op het bepaalde over de avondwinkels (artikel 2a, vierde
lid) kan nog worden opgemerkt, dat de openingstijd van die winkels op werkdagen
wordt beheerst door het gewone regime volgens de artikelen 4, eerste lid,
en 6.
Smits