A. TITEL

Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen van 1972;

(met Bijlagen)

Londen, 7 november 1996

B. TEKST

De Engelse en de Franse tekst van het Protocol zijn geplaatst in Trb. 1998, 134.

Op 2 november 2006 is te Londen een wijziging van Bijlage I bij het Protocol tot stand gekomen. De tekst van de in Resolutie LP.1(1) vervatte wijziging luidt als volgt:

Resolution LP.1(1)
On the Amendment to include CO2 sequestration in sub-seabed geological formations in Annex 1 to the London Protocol (Adopted on 2 November 2006)

The first meeting of contracting parties to the 1996 Protocol to the Convention on the prevention of marine pollution by dumping wastes and other matter 1972,

Recalling the objectives of the 1996 Protocol to the London Convention (“London Protocol”) that include the protection and preservation of the marine environment from all sources of pollution;

Being seriously concerned by the implications for the marine environment of climate change and ocean acidification due to elevated concentrations of carbon dioxide in the atmosphere;

Emphasizing the need to further develop low carbon forms of energy;

Considering that carbon dioxide capture and sequestration is one of a portfolio of options to reduce levels of atmospheric carbon dioxide;

Recognizing that carbon dioxide capture and sequestration represents an important interim solution;

Recognizing also that carbon dioxide capture and sequestration should not be considered as a substitute to other measures to reduce carbon dioxide emissions;

Noting that regulating such action is within the scope of the London Protocol;

Noting also that, since the adoption of the London Protocol, developments in technology have made it possible to capture carbon dioxide from industrial and energy-related sources, transport it and inject it into sub-seabed geological formations for long-term isolation from the atmosphere;

Noting further that this resolution is restricted solely to carbon dioxide sequestration in sub-seabed geological formations;

Welcoming the work of the Consultative Meetings’ Intersessional Legal and RelatedIssues Working Group on CO2 Sequestration and its conclusions, as set out in its report LC/CM-CO2 1/5;

Welcoming also the work of the Scientific Group Intersessional Technical Working Group on CO2 Sequestration and its conclusions, as set out in its report LC/SG-CO2 1/7;

Welcoming further the work of the Intergovernmental Panel on Climate Change and in particular its Special Report on Carbon Capture and Storage;

Desiring to regulate the sequestration of captured carbon dioxide streams into sub-seabed geological formations to seek to ensure protection of the marine environment;

Desiring aslo, to update the London Protocol in light of these objectives;

Stressing that this amendment may not be interpreted as legitimizing the disposal of any other waste or other matter for the purpose of disposing of those other wastes or other matter;

Recognizing that guidance informing Parties on the means by which sub-seabed geological sequestration of carbon dioxide can be conducted in a manner that is safe for the marine environment, over the long and short term, should be developed as soon as possible, and will, when finalized form an important part of the regulation of sub-seabed geological sequestration of carbon dioxide.

  • 1. Adopts the following amendment to Annex 1 to the London Protocol, in accordance with Article 22 of the Protocol, as set out in the Annex to this resolution;

  • 2. Requests the Scientific Group of the London Protocol to develop specific guidance on the application of Annex 2 to the Protocol to carbon dioxide sequestration in sub-seabed geological formations for consideration, with a view to adopting it, at the 2nd Meeting of Contracting Parties, and to collaborate with the Scientific Group of the London Convention; and

  • 3. Invites Parties that issue permits to use, until specific guidance is completed, the best available guidance relevant to carbon dioxide sequestration in sub-seabed geological formations to ensure the protection of the marine environment, while also recognizing the requirements of Annex 2 to the London Protocol.


Amendment to annex 1 to the London Protocol

  • 1.8 Carbon dioxide streams from carbon dioxide capture processes for sequestration

    ................................................................

  • 4. Carbon dioxide streams referred to in paragraph 1.8 may only be considered for dumping, if:

    • .1 disposal is into a sub-seabed geological formation; and

    • .2 they consist overwhelmingly of carbon dioxide. They may contain incidental associated substances derived from the source material and the capture and sequestration processes used; and

    • .3 no wastes or other matter are added for the purpose of disposing of those wastes or other matter.

      In paragraph 3, replace “1.7” with “1.8”, to take account of the new paragraph 1.8.


C. VERTALING

Zie Trb. 2000, 27.

De vertaling van Resolutie LP.1(1) van 2 november 2006, houdende een wijziging van Bijlage I, luidt als volgt:

Resolutie LP.1(1)
Inzake het amendement om CO2-opslag in geologische formaties in de ondergrond van de zee toe te voegen aan Bijlage 1 van het Protocol van Londen (Aangenomen op 2 November 2006)

De eerste Vergadering van de Partijen bij het Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen van 1972,

Herinnerend aan de doelstellingen van het Protocol van 1996 bij het Verdrag van Londen („Protocol van Londen”) waaronder het beschermen en het behoeden van het mariene milieu tegen, respectievelijk voor, alle bronnen van verontreiniging daarvan;

Ernstig bezorgd over de gevolgen voor het mariene milieu van de klimaatverandering en de verzuring van de oceaan als gevolg van verhoogde kooldioxideconcentraties in de atmosfeer;

Benadrukkend dat verdere ontwikkeling van koolstofarme vormen van energie noodzakelijk is;

Overwegend dat de opvang en opslag van kooldioxide één van een reeks van mogelijkheden is om het kooldioxidegehalte in de atmosfeer the verminderen;

Erkennend dat de opvang en opslag van kooldioxide een belangrijke tijdelijke oplossing is;

Tevens erkennend dat de opvang en opslag van kooldioxide niet mag worden beschouwd als substituut voor andere maatregelen om kooldioxide-emissies te verminderen;

Vaststellend dat het reguleren van dergelijke activiteiten binnen de reikwijdte van het Protocol van Londen valt;

Tevens vaststellend dat er, sedert de aanneming van het Protocol van Londen, technologische ontwikkelingen hebben plaatsgevonden die het mogelijk maken kooldioxide uit industriële en uit met energieproductie en -gebruik samenhangende bronnen op te vangen, te transporteren en te injecteren in geologische formaties in de ondergrond van de zee teneinde de kooldioxide langdurig te isoleren van de atmosfeer;

Verder vastellend dat deze resolutie zich beperkt tot uitsluitend de opslag van kooldioxide in geologische formaties in de ondergrond van de zee;

Waardering uitsprekend voor het werk van de Intersessionele Werkgroep Juridische en Aanverwante Zaken betreffende CO2-opslag van de Consultatieve Vergadering en zijn conclusies, zoals vervat in zijn rapport LC/CM-CO2 1/5;

Tevens waardering uitsprekend voor het werk van de Intersessionele Technische Werkgroep inzake CO2-opslag van de Wetenschappelijke Groep en zijn conlusies, zoals vervat in zijn rapport LC/SG-CO2 1/7;

Verder waardering uitsprekend voor het werk van het Intergouvernementeel Panel inzake Klimaatverandering en in het bijzonder haar Speciale Rapport over Koolstof Opvang en Opslag;

De wens uitsprekend om regels vast te stellen voor de opslag van opgevangen kooldioxidestromen in geologische formaties in de ondergrond van de zee teneinde de bescherming van het mariene milieu te waarborgen;

Tevens de wens uitsprekend om het Protocol in het licht van deze doelstellingen aan te vullen;

Benadrukkend dat deze wijziging niet mag worden opgevat als het legitimeren van het zich ontdoen van enig ander afval of enige andere stof met als doel zich te ontdoen van dit andere afval of deze andere stoffen;

Erkennend dat richtsnoeren die Partijen op de hoogte stellen van de manieren waarop de opslag van kooldioxide in geologische formaties in de ondergond van de zee plaats kan vinden, op een wijze die, op lange en korte termijn, veilig is voor het mariene milieu, zo spoedig mogelijk ontwikkeld dienen te worden, en dat ze, eenmaal in hun definitieve versie, een belangrijk onderdeel zullen vormen van de regelgeving met betrekking tot de geologische opslag van kooldioxide in de ondergrond van de zee;

  • 1. Neemt, in overeenstemming met Artikel 22 van het Protocol, aan de hierna volgende wijziging van Bijlage I bij het Protocol van Londen, zoals vervat in de Bijlage bij deze resolutie;

  • 2. Verzoekt de Wetenschappelijke Groep van het Protocol van Londen om richtsnoeren te ontwikkelen specifiek voor het toepassen van Bijlage 2 bij het Protocol op de opslag van kooldioxide in geologische formaties in de ondergrond van de zee ter beschouwing, met het oog op de aanvaarding daarvan tijdens de 2e Vergadering van de Partijen, en om samen te werken met de Wetenschappelijke Groep van het Verdrag van Londen; en

  • 3. Nodigt de Partijen die vergunningen verlenen uit om, totdat de specifieke richtsnoeren voltooid zijn, de beste beschikbare richtsnoeren met betrekking tot de opslag van kooldioxide in geologische formaties in de ondergrond van de zee te gebruiken teneinde de bescherming van het mariene milieu te waarborgen, waarbij tevens de vereisten van Bijlage 2 bij het Protocol van Londen in acht worden genomen.


Wijziging van Bijlage 1 bij het Protocol van London

  • 1.8 Kooldioxidestromen afkomstig van processen voor het opvangen van kooldioxide ten behoeve van opslag

    ................................................................

    Kooldioxidestromen bedoeld in lid 1.8 kunnen slechts in aanmerking genomen worden voor storting, indien:

  • .1 het zich ontdoen daarvan plaatsvindt in een geologische formatie in de ondergrond van de zee; en

  • .2 ze voor het overgrote deel bestaan uit kooldioxide. De stromen mogen sporen bevatten van bepaalde uit het bronmateriaal en het opvang- en opslagproces voortkomende stoffen; en

  • .3 er geen afval of andere stoffen aan worden toegevoegd met het doel zich van dit afval of deze andere stoffen te ontdoen.

Vervang in punt 3 „1.7” door „1.8” om rekening te houden met het nieuwe onderdeel.


D. PARLEMENT

Artikel 1 van de Rijkswet van 13 maart 2008 (Stb. 2008, 108) luidt als volgt:


„Artikel 1

Het op 7 november 1996 te Londen tot stand gekomen Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen, met Bijlagen, waarvan de Engelse en de Franse tekst is geplaatst in Tractatenblad 1998, 134, en de vertaling in het Nederlands in Tractatenblad 2000, 27, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk.”

Deze Rijkswet is gecontrasigneerd door de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat J.C. HUIZINGA-HERINGA en de Minister van Buitenlandse Zaken M.J.M. VERHAGEN.

De wijziging van Bijlage I van 2 november 2006 behoefde ingevolge artikel 7, onderdeel f, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.

E. PARTIJGEGEVENS

Zie Trb. 1998, 134.

Partij

Ondertekening

Ratificatie

Type*

In werking

Opzegging

Buiten werking

Angola

 

04-10-01

T

24-03-06

   

Argentinië

06-11-97

         

Australië

25-03-98

04-12-00

R

24-03-06

   

Barbados

 

25-07-06

T

24-08-06

   

België

27-03-98

13-02-06

R

24-03-06

   

Brazilië

05-02-98

         

Bulgarije

 

25-01-06

T

24-03-06

   

Canada

 

15-05-00

T

24-03-06

   

China

23-03-98

29-09-06

R

29-10-06

   

Denemarken

 

17-04-97

O

24-03-06

   

Duitsland

11-09-97

16-10-98

R

24-03-06

   

Egypte

 

26-05-04

T

24-03-06

   

Finland

31-03-98

         

Frankrijk

 

07-01-04

T

24-03-06

   

Georgië

 

18-04-00

T

24-03-06

   

Ierland

 

26-04-01

T

24-03-06

   

IJsland

31-03-98

21-05-03

R

24-03-06

   

Italië

 

13-10-06

T

12-11-06

   

Japan

 

02-10-07

T

01-11-07

   

Kenia

 

14-01-08

T

13-02-08

   

Luxemburg

 

21-11-05

T

24-03-06

   

Marokko

11-12-97

         

Marshall-eilanden, de

 

09-05-08

T

08-06-08

   

Mexico

 

22-02-06

T

24-03-06

   

Nederlanden, het Koninkrijk der

27-03-98

         

– Nederland

 

24-09-08

R

24-10-08

   

– Ned. Antillen

 

 

   

– Aruba

 

 

   

Nieuw-Zeeland

08-12-97

30-07-01

R

24-03-06

   

Noorwegen

30-03-98

16-12-99

R

24-03-06

   

Saudi-Arabië

 

02-02-06

T

24-03-06

   

Sierra Leone

 

10-03-08

T

09-04-08

   

Sint Kitts en Nevis

 

07-10-04

T

24-03-06

   

Slovenië

 

03-03-06

T

02-04-06

   

Spanje

30-03-98

24-03-99

R

24-03-06

   

Suriname

 

11-02-07

T

13-03-07

   

Tonga

 

18-09-03

T

24-03-06

   

Trinidad en Tobago

 

06-03-00

T

24-03-06

   

Vanuatu

 

18-02-99

T

24-03-06

   

Verenigd Koninkrijk, het

22-09-97

15-12-98

R

24-03-06

   

Verenigde Staten van Amerika, de

31-03-98

         

Zuid-Afrika

 

23-12-98

T

24-03-06

   

Zweden

09-09-97

16-10-00

R

24-03-06

   

Zwitserland

30-03-98

08-09-00

R

24-03-06

   

* O=Ondertekening zonder voorbehoud of vereiste van ratificatie, R= Bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of kennisgeving, T=Toetreding, VG=Voortgezette gebondenheid, NB=Niet bekend

Uitbreidingen

China

Uitgebreid tot

In werking

Buiten werking

Hong Kong SAR

29-10-2006

 

Denemarken

Uitgebreid tot

In werking

Buiten werking

Groenland

24-03-2006

 

Verenigd Koninkrijk, het

Uitgebreid tot

In werking

Buiten werking

Bermuda

24-03-2006

 

Britse Maagden-eilanden

24-03-2006

 

Cayman-eilanden

24-03-2006

 

Falkland-eilanden

24-03-2006

 

Guernsey

24-03-2006

 

Jersey

24-03-2006

 

Man

24-03-2006

 

Montserrat

24-03-2006

 

Sint Helena

24-03-2006

 

Zuid-Georgië & Zuid-Sandwicheilanden

24-03-2006

 

Verklaringen, voorbehouden en bezwaren

China, 29 september 2006

  • 1. With regard to Article 16.2 and 16.5 of the Protocol, if the People's Republic of China becomes a party to a dispute concerning the interpretation and application of the Protocol, including the interpretation and application of Article 3.1 and 3.2, the Arbitral Procedure set forth in Annex 3 of the Protocol shall only be applied with written consent of the Government of the People's Republic of China.

  • 2. Unless otherwise notified by the Government of the People's Republic of China, the Protocol shall not apply to the Macau Special Administrative Region of the People's Republic of China.

Nederlanden, het Koninkrijk der, 24 september 2008

[...] that for the Kingdom of the Netherlands in Europe the authority for the issuance of permits and reporting is:

The Minister of Transport, Public Works and Water Management

P.O. Box 20901

2500 EX The Hague

The Netherlands

Nieuw-Zeeland, 30 juli 2001

That, consistent with the constitutional status of Tokelau and taking into account the commitment of the Government of New Zealand to the development of self-government for Tokelau through an act of self determination under the Charter of the United Nations, this ratification shall not extend to Tokelau unless and until a Declaration to this effect is lodged by the Government of New Zealand with the Depository on the basis of appropriate consultation with that territory.

Noorwegen, 16 december 1989

In accordance with Article 10, paragraph 5 of the Protocol, the Kingdom of Norway hereby declares that it will apply the provisions of this Protocol to such Norwegian vessels and aircraft as are referred to in paragraph 4.

In accordance with Article 16, paragraph 5 of the Protocol, the Kingdom of Norway hereby notifies the Secretary-General that, when the Kingdom of Norway is a party to a dispute about the interpretation or application of Article 3.1 or 3.2, its consent will be required before the dispute may be settled by means of the Arbitral Procedure set forth in Annex 3.

Zweden, 16 oktober 2000

Referring to paragraphs 10.4 and 5 of the Protocol, Sweden shall apply the provisions of this Protocol to its vessels and aircraft referred to in paragraph 10.4, recognizing that only Sweden may enforce those provisions against such vessels.

G. INWERKINGTREDING

De bepalingen van het Protocol zijn ingevolge artikel 25, eerste lid, op 24 maart 2006 in werking getreden.

Voor de staten die na 24 maart 2006 tot uitdrukking hebben gebracht ermee in te stemmen door dit Protocol te worden gebonden, treedt het Protocol ingevolge artikel 25, tweede lid, in werking op de dertigste dag na de datum waarop de desbetreffende Staat zijn instemming tot uitdrukking heeft gebracht door dit Protocol te worden gebonden.

De wijziging van Bijlage I van 2 november 2006 is ingevolge artikel 22, vierde lid, van het Protocol op 10 februari 2007 in werking getreden.

Het Protocol, inclusief de wijziging van 2 november 2006, is ingevolge artikel 25, tweede lid, voor het Koninkrijk der Nederlanden op 24 oktober 2008 in werking getreden.

Wat betreft het Koninkrijk der Nederlanden, geldt het Protocol alleen voor Nederland.

J. VERWIJZINGEN

Zie Trb. 1998, 134

Overige verwijzingen

Titel

:

Handvest van de Verenigde Naties

San Francisco, 26 juni 1945

Laatste Trb.

:

Trb. 2008, 174

     

Titel

:

Statuut van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie

New York, 26 oktober 1956

Laatste Trb.

 

: Trb. 2001, 135

In overeenstemming met artikel 19, tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen heeft de Minister van Buitenlandse Zaken bepaald dat de wijziging van de Bijlage bij het Protocol zal zijn bekendgemaakt in Nederland op de dag na de datum van uitgifte van dit Tractatenblad.

Uitgegeven de eenendertigste oktober 2008.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

M. J. M. VERHAGEN

Naar boven