Voorpublicatie tot wijziging van het Besluit milieueffectrapportage in verband met de Wet windenergie op zee

De Minister van Infrastructuur en Milieu maakt bekend dat eenieder gedurende vier weken na de dagtekening van deze Staatscourant schriftelijk zijn zienswijze naar voren kan brengen over onderstaand ontwerp van een algemene maatregel van bestuur.

Adres: Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken

Postbus 20901

2500 EX Den Haag

Besluit van ... tot wijziging van het Besluit milieueffectrapportage in verband met de Wet windenergie op zee

Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van ..., nr. IenM/BSK-2015/, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Gelet op artikel 7.2, eerste en vierde lid, van de Wet milieubeheer;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van, nr. ...);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr. IenM/BSK-2015/, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In kolom 4 van onderdeel D van de bijlage behorende bij het Besluit milieueffectrapportage wordt ten aanzien van de categorie 22.2 na ‘artikel 6.5, onderdeel c, van de Waterwet’ ingevoegd: , het besluit, bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet windenergie op zee.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 16 oktober 2014 ingediende voorstel van wet houdende regels omtrent windenergie op zee (Wet windenergie op zee) (Kamerstukken 34 058) tot wet is of wordt verheven en die wet in werking treedt, treedt dit besluit op hetzelfde tijdstip in werking.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit wijzigt de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage. In tabel D van die bijlage zijn categorieën van besluiten aangewezen in het kader waarvan het bevoegd gezag krachtens de artikelen 7.17 of 7.19 van de Wet milieubeheer moet beoordelen of daarbij aangewezen activiteiten belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben (mer-beoordelingsplicht). Indien die gevolgen er kunnen zijn, moet bij de voorbereiding van die categorieën van besluiten een milieueffectrapport worden gemaakt.

Het Besluit milieueffectrapportage schrijft met betrekking tot de oprichting, wijziging of uitbreiding van een windturbinepark een mer-beoordelingplicht voor bij de voorbereiding van een vergunning, bedoeld in artikel 6.5, onderdeel c, van de Waterwet (watervergunning) of een besluit waarop afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht en een of meer artikelen van afdeling 13.2 van de Wet milieubeheer van toepassing zijn dan wel waarop titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is.

Onderhavig wijzigingsbesluit voegt aan de besluiten in kolom 4 ten aanzien van categorie 22.2 van tabel D van de bijlage een nieuw besluittype toe. Het bij koninklijke boodschap van 16 oktober 2014 bij de Tweede Kamer ingediende voorstel van wet houdende regels omtrent windenergie op zee (Wet windenergie op zee) (Kamerstukken 34 058) zal na inwerkingtreding regels stellen omtrent het oprichten en exploiteren van windturbineparken op zee. Daartoe introduceert de wet in artikel 3, eerste lid, een nieuw instrument: het kavelbesluit. In het kavelbesluit vindt een volledige omgevingsrechtelijke afweging plaats voor het realiseren en exploiteren van een windturbinepark op het bij dat besluit aangewezen kavel.

Ter uitvoering van artikel 21.6, vierde lid, van de Wet milieubeheer is een ontwerp van het wijzigingsbesluit in de Staatscourant van ... (Stcrt. ...) bekendgemaakt en aan de beide Kamers der Staten-Generaal [Kamerstukken .....] overgelegd. [PM reacties voorhang publicatie]

Dit besluit brengt geen administratieve lasten voor burgers of bedrijven met zich.

Inwerkingtreding van dit besluit vindt op hetzelfde moment plaats als inwerkingtreding van de Wet windenergie op zee. Die wet treedt in werking bij koninklijk besluit. Voor zover bij de inwerkintreding van die wet zal worden afgeweken van de vaste verandermomenten, zal dit besluit die lijn volgen. De reden voor de koppeling van de inwerkingtreding van dit besluit aan de Wet windenergie op zee is dat voor het uitvoeren van het “Energieakkoord voor Duurzame Groei” (Kamerstukken II 2012/13, 30 196, nr. 202) op korte termijn kavelbesluiten moeten kunnen worden genomen. Het juridisch kader dient daartoe dan sluitend te zijn.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven