Wet van 26 januari 2012, houdende de wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011, vastgesteld bij de wet van 3 februari 2011, Stb. 78;

Zo is het, dat Wij met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de in artikel 1 bedoelde begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.

Artikel 3

In afwijking van artikel 5, vierde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 wordt voor het jaar 2011 een meerjarige begrotingsreserve ten laste van het niet-beleidsartikel Ministerie Algemeen (artikelnummer 18) aangehouden.

De begrotingreserve is bestemd als budgettaire voorziening voor de garantstelling door de Staat voor ontstane restschuld bij onderwijsinstellingen die in gebreke blijven om gesloten leningen aan de schuldeiser terug te betalen.

Artikel 4

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 december van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de datum van 1 december, dan treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 december van het onderhavige begrotingsjaar.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 26 januari 2012

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Uitgegeven de tiende februari 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2011 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Departementale suppletoire begrotingsstaat behorende bij de Wet van 26 januari 2012, Stb. 47

Begroting 2011

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Bedragen x € 1.000

   

(1)

(2)

(3)

 

Omschrijving

Stand begroting t/m ISB1

Mutatie (+ of –) suppletoire begroting VJN

Mutaties (+ of –) suppletoire begroting NJN

   

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

 

TOTAAL

 

33 669 733

1 069 293

 

261 428

137 629

 

116 695

81

                     
 

Beleidsartikelen

 

33 481 072

1 067 769

 

94 688

138 586

 

273 218

81

1

Primair onderwijs

9 502 556

9 503 772

1 661

40 742

40 742

0

57 219

57 219

13 400

3

Voortgezet onderwijs

6 787 485

6 818 367

1 361

101 779

101 779

0

37 734

28 734

7 051

4

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

3 419 730

3 419 894

0

117 959

73 645

0

19 268

– 30 201

8 140

5

Technocentra

20

20

0

0

0

0

0

0

0

6

Hoger beroepsonderwijs

2 530 905

2 538 673

17

– 27 873

– 26 430

957

30 209

2 344

0

7

Wetenschappelijk onderwijs

3 953 323

3 913 542

25 016

– 11 3032

6 724

0

44 642

34 980

0

8

Internationaal beleid

37 671

42 258

99

– 27 398

– 22 905

0

3 014

631

0

9

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

299 840

300 415

0

4 220

4 220

0

– 23 123

– 23 123

1 100

11

Studiefinanciering

4 059 432

4 059 432

611 576

– 106 817

– 106 817

85 848

219 021

219 021

– 15 000

12

Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

133 359

133 359

8 400

5 896

5 896

5 758

– 12 712

– 12 712

2 000

13

Lesgelden

6 508

6 508

217 044

0

0

3 155

119

119

– 6 000

14

Cultuur

577 958

917 496

494

808

808

23 845

489 346

6 496

390

15

Media

904 760

905 506

202 000

10 664

10 664

19 023

– 10 736

– 10 736

– 11 000

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

845 366

903 410

101

7 123

5 938

0

– 5 310

3 372

0

24

Kinderopvang

0

0

0

0

0

0

0

0

0

25

Emancipatie

14 064

18 420

0

-3 024

424

0

4 537

– 2 926

0

                     
 

Niet-beleidsartikelen

 

188 661

1 524

 

166 740

– 957

 

– 156 523

0

17

Nominaal en onvoorzien

11 449

11 449

957

154 373

154 373

– 957

– 165 822

– 165 822

0

18

Ministerie algemeen

113 437

113 437

567

11 127

11 127

0

3 054

3 054

0

19

Inspecties

57 9823

57 982

0

746

746

0

5 833

5 833

0

20

Adviesraden

5 793

5 793

0

494

494

0

412

412

0

X Noot
1

ISB = Incidentele suppletoire begroting departementale herindeling.

X Noot
2

Mutatie conform Nota van Wijziging op de 1e suppletoire wet 2011 (Kamerstuk 32 780 VIII, nr. 3)

X Noot
3

Stand conform Nota van Wijziging op de 1e suppletoire wet 2011 (Kamerstuk 32 780 VIII, nr. 3)


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 33 090 VIII

Naar boven