Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 34845 nr. 1 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2017-2018 | 34845 nr. 1 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2017
De Najaarsnota presenteert de ontwikkeling van de inkomsten en uitgaven in het begrotingsjaar 2017. Hierbij worden de wijzigingen ten opzichte van de stand in de Miljoenennota 2018 (Kamerstuk 34 775, nrs. 1 en 2) gepresenteerd. Tussen de Miljoenennota 2018 en de Najaarsnota heeft uw Kamer ook de Startnota ontvangen (Kamerstuk 34 775, nr. 54). Daarom wordt – waar dit van toepassing is – ook de aansluiting op de Startnota weergegeven. De met de Najaarsnota samenhangende tweede suppletoire begrotingswetten worden tegelijk met deze nota aan de Tweede Kamer aangeboden. De tweede suppletoire wetten zijn de laatste reguliere mogelijkheid voor het kabinet om voor het lopende begrotingsjaar nog beleidsmatige mutaties aan uw Kamer voor te leggen. Mocht er onverhoopt na de Najaarsnota nog sprake zijn van een voorstel tot een beleidsmatige wijziging van een begroting, dan zal dit door de betreffende vakminister in een aparte brief aan uw Kamer worden gemeld.
Leeswijzer en kernpunten
Paragraaf 2 licht de uitgavenkant van de begroting 2017 toe met de mutaties sinds de Miljoenennota 2018 en de kadertoetsing. Aan de uitgavenkant van de begroting doen zich onder de drie deelkaders (Rijksbegroting in enge zin, Sociale Zekerheid en Arbeidsmarktbeleid en het Budgettair Kader Zorg) verschillende mee- en tegenvallers voor. Er is onderschrijding op het deelkader Sociale Zekerheid en Arbeidsmarktbeleid en op het Budgettair Kader Zorg. Deze onderschrijdingen compenseren voor de overschrijding op het deelkader Rijksbegroting in enge zin. Het totale uitgavenplafond wordt niet overschreden.
Paragraaf 3 licht de inkomstenkant van de begroting 2017 toe.
Paragraaf 4 gaat in op het overheidssaldo en de overheidsschuld. Het overheidssaldo voor 2017 wordt geraamd op 0,4 procent bbp. De overheidsschuld eind 2017 wordt geraamd op 57,3 procent bbp. Het gemiddelde overheidssaldo in de Eurozone wordt geraamd op – 1,1 procent bbp en de gemiddelde overheidsschuld op 89,3 procent bbp.
Bijlage 1 geeft een overzicht van de budgettaire kerngegevens en de ontwikkeling van de overheidsschuld. Bijlage 2 bevat de Verticale Toelichting.
Het kabinet voert een trendmatig begrotingsbeleid. Bij een trendmatig begrotingsbeleid horen vaste uitgavenplafonds. Deze Najaarsnota gaat over 2017 en hiervoor geldt een eerder vastgesteld uitgavenkader. In de Startnota zijn de plafonds vanaf 2018 vastgesteld. De bij Najaarsnota geraamde uitgaven voor 2017 zijn lager dan het voor 2017 vastgestelde kader. Dit is weergegeven in tabel 2.1.
(in miljarden euro; – is onderschrijding) |
2017 |
---|---|
Totaal uitgavenkader |
|
Uitgavenkader (in lopende prijzen) |
254,9 |
Uitgavenniveau |
254,1 |
Over-/onderschrijding |
– 0,8 |
Rijksbegroting in enge zin |
|
Uitgavenkader (in lopende prijzen) |
106,1 |
Uitgavenniveau |
108,7 |
Over-/onderschrijding |
2,6 |
Sociale Zekerheid en Arbeidsmarktbeleid |
|
Uitgavenkader (in lopende prijzen) |
78,3 |
Uitgavenniveau |
77,3 |
Over-/onderschrijding |
– 1,0 |
Budgettair Kader Zorg |
|
Uitgavenkader (in lopende prijzen) |
70,5 |
Uitgavenniveau |
68,1 |
Over-/onderschrijding |
– 2,4 |
Het totaalkader is opgedeeld in drie deelkaders, Rijksbegroting in enge zin, Sociale Zekerheid en Arbeidsmarktbeleid en het Budgettair Kader Zorg. Deze deelkaders worden hieronder apart toegelicht.
Rijksbegroting in enge zin (RBG-eng)
De kadertoets voor het deelkader RBG-eng is weergegeven in tabel 2.2. Hieronder worden de belangrijkste onderdelen van de tabel toegelicht.
(in miljoenen euro; – is onderschrijding) |
2017 |
|
---|---|---|
1 |
Uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 |
106.092 |
2 |
Aanpassing uitgavenkader a.g.v. inflatie-ontwikkeling |
0 |
3 |
Overboekingen met SZA en BKZ |
3 |
4 |
Overige correcties |
6 |
5 |
Uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (=1 t/m 4) |
106.101 |
6 |
Uitgaven bij Miljoenennota 2018 |
106.995 |
7 |
EU-afdrachten |
– 65 |
8 |
Dividend en afdrachten staatsdeelnemingen |
– 74 |
9 |
Noodhulp bovenwindse eilanden |
55 |
10 |
Reservering Wederopbouw Sint Maarten |
550 |
11 |
Reservering Wederopbouw Saba En Sint Eustatius |
67 |
12 |
Onderuitputting (inclusief HGIS) |
– 513 |
13 |
In=uit-taakstelling1 |
1.690 |
14 |
Overig |
0 |
15 |
Uitgaven bij Najaarsnota 2017 (=6 t/m 14) |
108.706 |
16 |
Over-/onderschrijding uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 (=6–1) |
904 |
17 |
Ontwikkeling kadertoets sinds Miljoenennota (=18–16) |
1.702 |
18 |
Over-/onderschrijding uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (=15–5) |
2.605 |
EU-afdrachten
Bij Miljoenennota 2018 is de lenteraming van de Europese Commissie verwerkt. Deze raming leidde voor Nederland tot een tegenvaller bij de btw- en bni- afdracht voor 2017. De Europese Commissie heeft deze gevolgen gepresenteerd in het zesde Draft Amending Budget (DAB 6). Doordat de DAB 6 pas laat in dit jaar is gepresenteerd door de Commissie kunnen zij het effect ervan op de afdrachten niet meer in dit jaar verwerken. Dit leidt ertoe dat de tegenvaller bij de btw- en bni-afdracht voor 2017 bij Najaarsnota ongedaan wordt gemaakt en wordt verwerkt in 2018.
Dividenden en afdrachten staatsdeelnemingen
De meest recente raming van de dividenden en afdrachten van staatsdeelnemingen in 2017 leidt tot een verhoging van 74 miljoen euro ten opzichte van de vorige raming. Doordat de staatsdeelnemingen in totaal meer dividend hebben afgedragen dan geraamd, is de raming in 2017 met 62,5 mln. verhoogd. Daarnaast heeft Holland Casino dit jaar 11,5 mln. afgedragen.
Noodhulp bovenwindse eilanden
De orkanen Irma en Maria hebben grote schade aangericht op de bovenwindse eilanden. Vanuit Nederland is er noodhulp geboden. Het kabinet heeft 55 mln. vrijgemaakt voor deze noodhulp. De verantwoording vindt plaats op de begroting van Koninkrijksrelaties.
Reservering Wederopbouw Sint Maarten
In de ministerraad van 10 november is besloten dat er een bedrag van € 550 miljoen wordt toegevoegd voor de wederopbouw van Sint Maarten aan de Aanvullende Post (Kamerstuk 34 773, nr. 5). Indien Sint Maarten instemt met de door Nederland gestelde voorwaarden ten aanzien van het instellen van een integriteitkamer en adequaat grenstoezicht, is Nederland bereid tot 2021 bij te dragen aan de wederopbouw van Sint Maarten.
Op basis van een doelmatig bestedingsplan zal het budget worden overgeboekt van de Aanvullende Post naar de begroting van Koninkrijksrelaties. Vervolgens zal het budget in tranches worden verstrekt ten behoeve van de wederopbouw van Sint Maarten, waarbij er tussentijdse evaluaties plaatsvinden om doelmatige en rechtmatige besteding zeker te stellen en de bijdragen zo nodig te kunnen heroverwegen. De besteding van de Nederlandse bijdrage zal voor een wezenlijk deel plaatsvinden via internationale organisaties. De bijdrage kan vorm krijgen in leningen, giften of inzet in natura.
Reservering Wederopbouw Saba en Sint Eustatius
Het kabinet heeft tevens besloten dat voor de wederopbouw van de openbare lichamen Saba en Sint Eustatius eenmalig € 67 miljoen beschikbaar wordt gesteld. Deze middelen zijn toegevoegd aan de Aanvullende Post. Op basis van doelmatige bestedingsplannen zullen de middelen worden overgeheveld naar de begroting van Koninkrijksrelaties.
Onderuitputting
Op diverse begrotingen is er sprake van onderuitputting. Tabel 2.3 geeft inzicht in de verdeling hiervan over de verschillende departementale begrotingen onder het kader RBG-eng. De meeste onderuitputting doet zich voor bij Defensie. Deze bestaat voor ca. 80 miljoen uit vertraagde projecten en ca. 100 miljoen uit vertraagde betalingen. Middelen op het investeringsartikel blijven beschikbaar voor Defensie-investeringen. Op de begrotingshoofdstukken Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Nationale Schuld is sprake van relatief grote onderuitputting. Bij SZW wordt dit voornamelijk veroorzaakt door de fasering van en lagere nabetalingen bij de sectorplannen. Bij Nationale Schuld vallen de uitvoeringskosten lager uit vanwege het niet doen van een geplande obligatieveiling in 2017. De overige middelen op Nationale Schuld zijn niet kaderrelevant. De Verticale Toelichting (VT) in bijlage 2 geeft per begrotingshoofdstuk meer gedetailleerde informatie over de mutaties die hebben plaatsgevonden.
(in miljoenen euro; – is onderuitputting) |
2017 |
% ontwerpbegroting |
---|---|---|
Hoge Colleges van Staat |
2 |
1,7% |
Veiligheid en Justitie |
– 11 |
– 0,1% |
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
– 88 |
– 0,3% |
Nationale Schuld |
– 4 |
– 20,9% |
Financiën |
– 71 |
– 1,6% |
Defensie |
– 180 |
– 2,3% |
Infrastructuur en Milieu |
– 36 |
– 2,0% |
Economische Zaken |
– 8 |
– 0,2% |
Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
– 55 |
– 9,8% |
Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
– 11 |
– 0,4% |
Wonen & Rijksdienst |
– 8 |
– 0,2% |
Infrastructuurfonds |
– 3 |
0,0% |
HGIS |
– 40 |
– 1,0% |
Totaal |
– 513 |
– 0,6% |
In=uit-taakstelling
Het is niet ongebruikelijk dat aan het einde van het jaar niet het gehele budget op een begroting is besteed. Dit was ook in 2016 het geval en telde op tot 1,8 mld. aan zgn. onderuitputting. Om te voorkomen dat aan het einde van het jaar ondoelmatige uitgaven worden gedaan mogen ministeries dit budget onder voorwaarden via de zogenoemde eindejaarsmarge meenemen naar 2017.
Omdat het uitgavenplafond voor 2017 vastligt, leidt het toevoegen van 1,8 mld. via de eindejaarsmarge bij Voorjaarsnota tot een overschrijding van het plafond (zie figuur 2.1). Hiervoor zou volgens de begrotingsregels dan elders ruimte moeten worden gevonden, bijvoorbeeld door te bezuinigen. Om dit te voorkomen wordt een tegenboeking van gelijke omvang gedaan op de Aanvullende Post van Financiën, de zgn. in=uit-taakstelling. Dit gebeurt in de veronderstelling dat aan het eind van dat jaar wederom onderuitputting optreedt (de in=uit gedachte) die vervolgens gebruikt kan worden om de openstaande taakstelling in te vullen.
Figuur 2.1 In=uit-taakstelling
In deze Najaarsnota wordt de in=uit-taakstelling van 1,8 mld. volledig ingevuld (waarvan 1,7 mld. op kader RBG-eng en 0,1 mld. op kader SZA) met onderuitputting en met meevallende uitgaven die in 2017 op de departementale begrotingen zijn opgetreden. Daarmee resteert er geen taakstellende onderuitputting meer op de Aanvullende Post van Financiën.
Overig
Onder de post «Overig» valt een aantal kleinere mutaties, zoals overboekingen tussen het kader RBG-eng en de andere twee kaders en kasschuiven.
Sociale zekerheid en arbeidsmarktbeleid (SZA)
Tabel 2.4 geeft de kadertoets weer van het kader SZA. Hieronder worden de belangrijkste onderdelen van de tabel toegelicht.
(in miljoenen euro; – is onderschrijding) |
2017 |
|
---|---|---|
1 |
Uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 |
78.248 |
2 |
Aanpassing uitgavenkader a.g.v. inflatie-ontwikkeling |
0 |
3 |
Overboekingen met RBG en BKZ |
0 |
4 |
Overige correcties |
48 |
5 |
Uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (=1 t/m 5) |
78.296 |
6 |
Uitgaven bij Miljoenennota 2018 |
77.388 |
7 |
Werkloosheidsuitgaven |
16 |
8 |
Arbeidsongeschiktheid |
– 36 |
9 |
Kindgebonden budget |
– 92 |
10 |
AOW |
– 45 |
11 |
Wajong |
– 27 |
12 |
UFO Correctie |
48 |
13 |
In=uit-taakstelling |
87 |
14 |
Overig |
– 43 |
15 |
Uitgaven bij Najaarsnota 2017 (=6 t/m 14) |
77.296 |
16 |
Over/onderschrijding uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 (=6–1) |
– 859 |
17 |
Ontwikkeling kadertoets sinds Miljoenennota (=18–16) |
– 141 |
18 |
Over/onderschrijding uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (15–5) |
– 1.000 |
Werkloosheidsuitgaven
De werkloosheidsuitgaven laten een tegenvaller zien als gevolg van zowel iets hogere volumerealisaties, als van een hogere gemiddelde jaaruitkering ten opzichte van Miljoenennota 2018. De hogere gemiddelde jaaruitkering komt onder andere door de dagloonherziening. Begin 2017 is het dagloon, de basis voor de berekening van de WW-uitkering, herzien, waardoor onder andere starters en flexwerkers hogere WW-uitkeringen ontvangen dan eerder voorzien. Daarnaast is er, in lijn met de technische correctie die in de Startnota van het kabinet Rutte III is toegelicht, ook voor 2017 sprake van een technische correctie van de ontvangsten op het Uitvoeringsfonds voor de overheid (UFO-ontvangsten).
Arbeidsongeschiktheid
De uitgaven voor arbeidsongeschiktheidsregelingen zijn naar beneden bijgesteld. Enerzijds zijn de IVA-uitkeringslasten op basis van volumerealisaties opwaarts bijgesteld, anderzijds zijn de uitgaven aan de WGA omlaag bijgesteld, voornamelijk als gevolg van een volumemeevaller. Per saldo leidt dit tot een meevaller op de arbeidsongeschiktheidsregelingen.
Kindgebonden budget
Er is een meevaller op de uitgaven Kindgebonden budget (WKB). Dit komt vooral door de lagere uitgaven in het lopende jaar en lagere uitgaven aan nabetalingen. De uitgaven in het lopende jaar zijn lager doordat de economie zich gunstiger ontwikkelt dan geraamd, waardoor er minder inkomensafhankelijke toeslagen zijn. Daarnaast is het budgettair beslag van de WKB bij invoering van de Wet Hervorming Kindregelingen in 2015 verdubbeld. Het effect van deze verdubbeling op de hoogte van de nabetalingen is echter lager dan eerder geraamd. Doordat het effect van de verdubbeling lager is dan eerder geraamd zijn er ook minder terugontvangsten, wat voor een tegenvaller op niet-belastingontvangsten van de SZW-begroting zorgt. Per saldo resteert een meevaller.
AOW
De uitgaven aan de AOW worden op basis van realisaties met 45 miljoen neerwaarts bijgesteld. Hiervan kan circa 30 miljoen worden verklaard door een lager aantal AOW-uitkeringen en circa 15 miljoen door een lagere gemiddelde uitkering. De lagere gemiddelde uitkering hangt voornamelijk samen met een iets lagere gemiddelde AOW-opbouw dan eerder geraamd.
Wajong
Er is een meevaller op de uitgaven aan de Wajong. Dit komt vooral doordat de realisaties van de gemiddelde uitkeringen een lagere stijging laten zien dan eerder geraamd. Daarnaast is ook het aantal Wajong-uitkeringen lager dan eerder verwacht. Dit is een gevolg van een hoger dan geraamde uitstroom uit de Wajong2010.
Overig
Er is per saldo sprake van een meevaller op alle andere uitgaven onder het SZA-kader. De grootste posten zijn de Toeslagenwet die met 15 miljoen naar beneden wordt bijgesteld en de Ziektewet die met 9 miljoen naar beneden wordt bijgesteld.
Budgettair Kader Zorg (BKZ)
Tabel 2.5 geeft de kadertoets weer van het BKZ. Hieronder worden de belangrijkste onderdelen van de tabel toegelicht.
(in miljoenen euro; – is onderschrijding) |
2017 |
|
---|---|---|
1 |
Uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 |
70.552 |
2 |
Aanpassing uitgavenkader a.g.v. inflatie-ontwikkeling |
0 |
3 |
Overboekingen met RBG en SZA |
– 3 |
4 |
Overige correcties |
0 |
5 |
Uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (=1 t/m 4) |
70.550 |
6 |
Uitgaven bij Miljoenennota 2018 |
68.828 |
7 |
Actualisering zorguitgaven |
– 700 |
8 |
Overig |
– 17 |
9 |
Uitgaven bij Najaarsnota 2017 (=6 t/m 8) |
68.111 |
10 |
Over/onderschrijding uitgavenkader bij Miljoenennota 2018 (=6–1) |
– 1.725 |
11 |
Ontwikkeling kadertoets sinds Miljoenennota (=12–10) |
– 714 |
12 |
Over/onderschrijding uitgavenkader bij Najaarsnota 2017 (=9–5) |
– 2.439 |
Op basis van voorlopige gegevens van het Zorginstituut Nederland over het eerste half jaar van 2017 zijn de ramingen van de zorguitgaven 2017 geactualiseerd. Deze actualisering is gebaseerd op bij verzekeraars gedeclareerde uitgaven van zorg in de eerste zes maanden van 2017 plus een inschatting van de zorgverzekeraars van wat in de komende tijd nog met betrekking tot het jaar 2017 gedeclareerd gaat worden. Deze cijfers hebben hierdoor een voorlopig karakter. Het beeld dat hieruit naar voren komt, leidt tot een neerwaartse bijstelling van uitgaven onder de Zorgverzekeringswet van 700 mln. De belangrijkste sectoren waarin naar verwachting sprake is van een onderschrijding zijn de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) en genees- en hulpmiddelen. Deze geraamde onderschrijding kan nog wijzigen op grond van de realisatiecijfers over geheel 2017. Daarover wordt in het jaarverslag 2017 nader gerapporteerd.
De post «overig» bestaat uit een aantal kleine mutaties waaronder een vrijval van 7 mln. bij verschillende zorgopleidingen.
De raming van de totale belasting- en premieontvangsten 2017 is met 0,1 miljard euro opwaarts bijgesteld ten opzichte van de Miljoenennota 2018.
(in miljarden euro) |
Stand MN 2018 |
Stand NJN 2017 |
Mutatie |
|
---|---|---|---|---|
Totaal belastingen en premies op EMU-basis |
270,2 |
270,2 |
0,1 |
|
w.v. belastingen en premies volksverzekeringen |
209,6 |
209,6 |
0,1 |
|
w.v. premies werknemersverzekeringen |
60,6 |
60,6 |
0,0 |
De Najaarsnotaraming is grotendeels gebaseerd op de gerealiseerde ontvangsten over 2017 tot en met de maand oktober, naast het macro-economisch beeld van het CPB voor de doorrekening van de financiële bijlage bij het regeerakkoord Rutte III. In tabel 3.2 zijn de belangrijkste bijstellingen getoond ten opzichte van de Miljoenennota 2018.
(in miljoenen euro) |
Mutatie |
---|---|
Schenk- en erfbelasting |
– 450 |
Vennootschapsbelasting |
168 |
Loon- en inkomstenheffing |
163 |
Omzetbelasting (btw) |
111 |
BPM |
131 |
Overig |
– 73 |
Totaal |
51 |
De raming voor de schenk- en erfbelasting is met 450 miljoen euro neerwaarts bijgesteld op basis van de gerealiseerde kasontvangsten tot en met de maand oktober. Deze bijstelling hangt samen met de vertraagde oplevering van de nieuwe kantoorautomatisering voor de schenk- en erfbelastingprocessen.1 Het bedrag dat als gevolg daarvan in 2017 niet opgelegd kan worden, zal in latere jaren alsnog geïnd worden. Tegelijkertijd kunnen ook andere ontwikkelingen hebben bijgedragen aan de lagere kasontvangsten.2
De realisaties van de vennootschapsbelasting (vpb) tot en met oktober 2017 geven aanleiding om de vpb-ontvangsten over 2017 met 168 miljoen euro omhoog bij te stellen.
De loon- en inkomensheffing en de btw zijn bijgesteld met respectievelijk 163 en 111 miljoen euro op basis van de kasontvangsten. Ten opzichte van de omvang van deze belastingsoorten – zie tabel 3.3 – zijn dit beperkte bijstellingen. Tot slot is de raming van de bpm met 131 miljoen euro opwaarts bijgesteld omdat het aantal verkochte nieuwe auto’s en de gemiddelde bpm die daarover wordt geheven hoger uitvallen.
Tabel 3.3 laat een nadere uitsplitsing van de belasting- en premieontvangsten zien op basis van de ramingen in de Miljoenennota 2018, Startnota en Najaarsnota 2017. De Najaarsnotastand ligt 0,1 miljard euro lager dan de Startnotastand. Dat komt hoofdzakelijk door de bijstelling van de erf- en schenkbelasting.
(in miljoenen euro) |
Stand MN 2018 |
Stand Startnota 2017 |
Stand NJN 2017 |
|
---|---|---|---|---|
Kostprijsverhogende belastingen |
83.757 |
83.756 |
83.928 |
|
Omzetbelasting |
50.197 |
50.172 |
50.308 |
|
Accijnzen |
11.709 |
11.707 |
11.707 |
|
MRB |
4.026 |
4.025 |
4.025 |
|
Belastingen op milieugrondslag |
5.008 |
5.009 |
5.009 |
|
Invoerrechten |
3.209 |
3.176 |
3.144 |
|
Overdrachtsbelasting |
2.748 |
2.749 |
2.783 |
|
Assurantiebelasting |
2.414 |
2.414 |
2.414 |
|
Verhuurderheffing |
1.664 |
1.639 |
1.619 |
|
BPM |
1.876 |
1.957 |
2.008 |
|
Bankbelasting |
473 |
473 |
478 |
|
Overige kostprijsverhogende belastingen |
433 |
433 |
433 |
|
Belastingen en premies volksverzekeringen op inkomen, winst en vermogen |
125.840 |
125.983 |
125.721 |
|
Loon- en inkomensheffing |
98.787 |
98.681 |
98.950 |
|
Vennootschapsbelasting |
21.292 |
21.542 |
21.461 |
|
Dividendbelasting |
3.212 |
3.212 |
3.212 |
|
Schenk- en erfbelasting |
1.850 |
1.850 |
1.400 |
|
Overige belastingen op inkomen, winst, vermogen |
698 |
698 |
698 |
|
Totaal belastingen en premies volkverzekeringen |
209.597 |
209.739 |
209.648 |
|
Premies werknemersverzekeringen |
60.587 |
60.586 |
60.586 |
|
Totaal belastingen en premies |
270.184 |
270.325 |
270.234 |
Het overheidssaldo wordt voor 2017 geraamd op 0,4 procent van het bbp. Ten tijde van zowel de Miljoenennota als de Startnota werd nog uitgegaan van een overschot van 0,6 procent van het bbp. Het overschot valt dus 0,2 procentpunt lager uit dan werd geraamd bij de Miljoenennota en Startnota. De verandering van het geraamde overheidssaldo is weergegeven in tabel 4.1.
(in procenten bbp; + is overschot) |
2017 |
---|---|
EMU-saldo Miljoenennota 2018 |
0,6% |
Mutaties Startnota |
0,0% |
EMU-saldo Startnota |
0,6% |
Inkomsten |
0,0% |
Uitgaven onder het uitgavenkader |
– 0,1% |
w.v. RBG-eng |
– 0,2% |
w.v. SZA |
0,0% |
w.v. BKZ |
0,1% |
Overig |
0,0% |
EMU-saldo Najaarsnota 2017 |
0,4% |
Er is sprake van hogere uitgaven onder het kader RBG-eng. Onder het BKZ is juist sprake van lagere uitgaven als gevolg van meevallende zorgkosten. De mutaties bij de inkomsten zijn zoals hierboven toegelicht beperkt. De post overig bestaat onder meer uit overige uitgaven en ontvangsten die niet relevant zijn voor enig kader (zoals dividend financiële instellingen) en zorgbemiddelingskosten.
De overheidsschuld wordt voor eind 2017 geraamd op 57,3 procent van het bbp. Ten tijde van de Miljoenennota werd de schuld nog geraamd op 57,5 procent van het bbp. De raming bij Startnota was verbeterd naar 57,1 procent bbp, dit was voornamelijk het gevolg van de verkoop van aandelen a.s.r. en ABN AMRO. Ten opzichte van de stand bij Startnota is de overheidsschuld met 0,2 procentpunt verslechterd. De belangrijkste verklaring hiervoor is de ontwikkeling van het overheidssaldo.
(in procenten bbp; + is toename schuld) |
|
---|---|
EMU-schuld Miljoenennota 2018 |
57,5% |
Mutaties Startnota |
– 0,4% |
EMU-schuld Startnota |
57,1% |
EMU-saldo |
0,2% |
Overig |
0,0% |
EMU-schuld Najaarsnota 2017 |
57,3% |
Overheidssaldo en overheidsschuld in de eurozone
Figuur 4.1 geeft het voor 2017 geraamde overheidssaldo en de geraamde overheidsschuld van eurozonelanden weer. De data voor dit figuur zijn afkomstig uit de herfstraming van de Europese Commissie.3 Voor Nederland zijn de recentere cijfers uit deze Najaarsnota gebruikt.
Figuur 4.1 Overheidssaldo en overheidsschuld in de eurozone in 2017 (in procenten bbp)
Het gemiddelde overheidssaldo van de Eurozone wordt voor 2017 door de Europese Commissie geraamd op – 1,1 procent bbp. Dit cijfer is een verbetering ten opzichte van het overheidssaldo van – 1,4 procent bbp dat geraamd werd bij de lenteraming van de Europese Commissie. Ook ten opzichte van 2016 is het saldo verbeterd, toen was het tekort nog 1,5 procent van het bbp. Het Nederlandse overheidssaldo voor 2017 wordt in deze Najaarsnota geraamd op 0,4 procent bbp en is daarmee gunstiger dan het eurozonegemiddelde.
De Europese Commissie raamt de gemiddelde overheidsschuld in de eurozone eind 2017 op 89,3 procent bbp. Dit is een procentpunt lager dan de lenteraming van 90,3 procent bbp van de Europese Commissie. Ook ten opzichte van 2016 is het beeld verbeterd. Eind 2016 lag de gemiddelde overheidsschuld nog op 91,1 procent bbp, dit ligt eind 2017 1,8 procentpunt van het bbp lager. De bij Najaarsnota geraamde overheidsschuld is met 57,3 procent bbp eind 2017 een stuk lager dan het eurozonegemiddelde. De schuld is daarmee ook lager dan de Europese grenswaarde van 60 procentpunt van het bbp.
De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra
(in miljarden euro, tenzij anders aangegeven) |
2017 |
---|---|
Inkomsten (belastingen en sociale premies) |
270,2 |
Netto-uitgaven onder het uitgavenkader |
254,1 |
Rijksbegroting in enge zin |
108,7 |
Sociale Zekerheid en Arbeidsmarktbeleid |
77,3 |
Budgettair Kader Zorg |
68,1 |
Overige netto-uitgaven buiten het uitgavenkader |
11,3 |
Gasbaten |
– 2,1 |
Rentelasten |
6,4 |
Zorgtoeslag |
4,6 |
Overig |
2,3 |
Totale netto-uitgaven |
265,4 |
EMU-saldo centrale overheid |
4,8 |
EMU-saldo decentrale overheden |
– 1,8 |
Feitelijk EMU-saldo |
3,0 |
Feitelijk EMU-saldo (in procenten bbp) |
0,4% |
Bruto binnenlands product (bbp) |
733 |
(in miljarden euro; + is schuldverhogend) |
2017 |
|||
---|---|---|---|---|
1 |
EMU-schuld begin jaar |
434,2 |
||
2 |
EMU-saldo centrale overheid |
– 4,8 |
||
3 |
EMU-saldo sociale fondsen |
– 4,6 |
||
4 |
EMU-saldo Rijk (2–3) |
– 0,2 |
||
5 |
Kas-transverschillen en financiële transacties |
– 16,3 |
||
6 |
Mutatie begrotingsreserves |
0,3 |
||
7 |
Mutatie derdenrekeningen |
1,1 |
||
8 |
Financieringstekort Rijk (4+5+6+7) |
– 15,0 |
||
9 |
Overige exogene mutaties schuld |
– 0,9 |
||
10 |
EMU-saldo decentrale overheden |
1,8 |
||
11 |
EMU-schuld einde jaar (1+8+9+10) |
420,1 |
||
12 |
EMU-schuldquote (in procenten bbp) |
57,3% |
De Verticale Toelichting geeft voor alle begrotingen een overzicht van- en een toelichting op de belangrijkste mutaties sinds Miljoenennota 2018. Naast de mutaties bij Najaarsnota, zitten ook enkele mutaties die hebben plaatsgevonden bij Startnota en die zien op 2017 in dit overzicht. Voor een meer gedetailleerde toelichting van de mutaties bij Najaarsnota wordt verwezen naar de tweede suppletoire begrotingswetten.
Leeswijzer
De mutaties zijn gesplitst in drie categorieën:
1) Mee- en tegenvallers;
2) Beleidsmatige mutaties;
3) Technische mutaties.
De laatste categorie omvat alle overboekingen tussen begrotingen, desalderingen (waarbij een ontvangst direct aan een uitgave is gekoppeld), mutaties tussen verschillende uitgavenplafonds of met het lastenkader. Mutaties worden toegelicht indien ze een bepaalde ondergrens overschrijden. De post diversen bevat de mutaties die onder de ondergrens vallen.
De totalen per begroting worden in eerste instantie gepresenteerd exclusief de bedragen die onder de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) vallen. In een aparte regel wordt het deel van de begroting dat onder de HGIS valt zichtbaar gemaakt en de laatste regel geeft per begroting de totaalstand inclusief HGIS aan. De mutaties die optreden binnen het HGIS-deel van de begroting worden gepresenteerd en toegelicht in de Verticale Toelichting van alle HGIS uitgaven.
De bedragen in de tabellen zijn in miljoenen euro’s. Door afrondingen kan het totaal afwijken van de som der onderdelen.
Bedragen in miljoenen euro’s |
Mutaties uitgaven |
Mutaties ontvangsten |
|
---|---|---|---|
Departementale begrotingen |
|||
I |
De Koning |
0,0 |
0,0 |
IIA |
Staten Generaal |
– 1,4 |
0,0 |
IIB |
Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs |
– 4,8 |
0,2 |
III |
Algemene Zaken |
– 0,5 |
– 0,5 |
IV |
Koninkrijksrelaties |
109,2 |
1,4 |
V |
Buitenlandse Zaken |
– 64,5 |
0,0 |
VI |
Veiligheid en Justitie |
– 46,5 |
– 22,8 |
VII |
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
1,4 |
– 0,6 |
VIII |
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
– 78,5 |
15,8 |
IXA |
Nationale Schuld |
– 11 |
366,1 |
IXB |
Financiën |
52,7 |
3.071,1 |
X |
Defensie |
– 251,7 |
– 67,9 |
XII |
Infrastructuur en Milieu |
– 159,2 |
– 57,7 |
XIII |
Economische Zaken |
– 6,7 |
50,7 |
XV |
Sociale Zaken en Werkgelegenheid |
– 225,2 |
– 17,5 |
XVI |
Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
– 9,5 |
8,3 |
XVII |
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking |
0,0 |
0,0 |
XVIII |
Wonen en Rijksdienst |
0,3 |
13,3 |
Overig |
|||
Sociale Zekerheid |
– 155,7 |
– 63,5 |
|
Budgettair kader Zorg |
– 716,6 |
0,0 |
|
Gemeentefonds |
187 |
0,0 |
|
Provinciefonds |
159,5 |
0,0 |
|
Infrastructuurfonds |
– 83,6 |
– 80,8 |
|
Diergezondheidsfonds |
– 0,2 |
0,0 |
|
Accres Gemeentefonds |
– 159 |
0,0 |
|
Accres Provinciefonds |
– 21,4 |
0,0 |
|
BES fonds |
0,0 |
0,0 |
|
Deltafonds |
– 5,4 |
– 5,4 |
|
Prijsbijstelling |
0,0 |
0,0 |
|
Arbeidsvoorwaarden |
0,0 |
0,0 |
|
Koppeling Uitkeringen |
0,0 |
0,0 |
|
Aanvullende Post Algemeen |
2.352,8 |
0,0 |
|
Homogene Groep Internationale Samenwerking |
– 5,9 |
16,3 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
42,2 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
42,2 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
42,2 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0,1 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0,1 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0,1 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
150 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 1,4 |
||
– 1,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 1,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
148,6 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
148,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
4,2 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
4,2 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
4,2 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
119,7 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 5,1 |
||
– 5,1 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,3 |
||
0,3 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 4,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
114,9 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
114,9 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
5,9 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,2 |
||
0,2 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
6,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
6,1 |
Diversen (technische mutaties: uitgaven en ontvangsten)
Dit betreft voornamelijk de bekostiging van het Hoger Beroep Vreemdelingen (HBV) bij de Raad van State. De bekostigingssystematiek van de Vreemdelingenkamer van de Afdeling bestuursrechtspraak voorziet in een nacalculatie van de kostprijs per zaak bij de Najaarsnota. De prognose van 8.200 zaken leidt tot een verhoging van de uitgavenraming.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
63,5 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,5 |
||
– 0,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0 |
||
0 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 0,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
63 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
63 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
6,9 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,5 |
||
– 0,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 0,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
6,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
6,4 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
317,4 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Noodhulp |
55 |
||
55 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Liquiditeitssteun sint maarten |
41 |
||
Diversen |
2,8 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Lopende inschrijving sxm |
10,3 |
||
54,1 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
109,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
426,5 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
426,5 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
56,9 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
1,4 |
||
1,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
1,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
58,3 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
58,3 |
Noodhulp
De orkanen Irma en Maria hebben grote schade aangericht op de bovenwindse eilanden. Vanuit Nederland is er noodhulp geboden. Het kabinet heeft 55 mln. vrijgemaakt voor deze noodhulp. De verantwoording vindt plaats op de begroting van Koninkrijksrelaties.
Liquiditeitssteun Sint Maarten
Er is afgesproken dat Nederland 41 mln. reserveert ten behoeve van eventuele liquiditeitssteun aan Sint Maarten voor 2017. Dit bedrag is overgeheveld naar BZK vanuit de geserveerde 550 mln. op de aanvullende post bij financiën voor de wederopbouw van Sint Maarten.
Diversen – technische mutaties uitgaven & ontvangsten
Voor de wederopbouw ontvangen de openbare Lichamen Saba en Sint Eustatius ieder een bijdrage van 2 mln. Dekking komt voornamelijk uit de meer ontvangsten (1,4 mln.) als gevolg van de opheffing van de Nederlandse Participatiemaatschappij voor de Nederlandse Antillen N.V. (NPMNA), onderuitputting binnen apparaat (1 mln.) en het beschikbaar budget op Nominaal & Onvoorzien (1,1 mln.). Aanvullend op de middelen die binnen H4 Koninkrijksrelaties zijn vrijgemaakt, heeft het Kabinet 67 mln. beschikbaar gesteld voor de wederopbouw van Saba en Sint Eustatius op H86 Aanvullende Post.
Lopende inschrijving Sint Maarten
In augustus is er een lening (10,3 mln.) verstrekt aan Sint Maarten via de lopende inschrijving.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
7.076,5 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Correctie spring forecast 2017 |
– 64,5 |
||
– 64,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 64,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
7.012 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
1.376,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
8.388,3 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
3.764,2 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
3.764,20 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
80,1 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
3.844,3 |
Correctie spring forecast 2017
Bij Miljoenennota 2018 zijn de effecten van de raming van de Spring Forecast op de Nederlandse afdrachten in 2017 verwerkt. De Europese Commissie heeft de verwerking hiervan in de Europese begroting gepresenteerd in het zesde Draft Amending Budget (DAB 6) voor 2017. Echter, omdat deze DAB 6 pas laat in het jaar door de Europese Commissie werd gepresenteerd, kan de Commissie het effect op de afdrachten niet meer in 2017 verwerken waardoor het BTW en BNI-effect van de Spring Forecast naar 2018 schuiven. Daarom wordt bij Najaarsnota het effect van de Spring Forecast op de Nederlandse BNI- en BTW-afdracht zoals verwerkt bij Miljoenennota 2018, tegengeboekt. In 2018 krijgt het opwaartse effect van ca 65 mln. alsnog zijn beslag.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
13.119,3 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 38,8 |
||
– 38,8 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Aanpassing oda-toerekening |
– 32,8 |
||
Lagere ontvangsten relocatie |
18,5 |
||
Diversen |
5,9 |
||
– 8,4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,7 |
||
0,7 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 46,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
13.072,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
31,9 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
13.104,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
1.896,1 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Tegenvaller lagere ontvangsten griffierechten |
– 22 |
||
Diversen |
0,7 |
||
– 21,3 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 1,5 |
||
– 1,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 22,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
1.873,3 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
1.873,3 |
Diversen (mee- en tegenvallers)
Deze post bestaat uit verschillende mee- en tegenvallers, waaronder een meevaller bij de Raad voor de rechtsbijstand van 14,6 mln. Deze wordt voornamelijk veroorzaakt door lagere kosten voor tolk- en vertaalwerkzaamheden door een lager dan verwachte asielinstroom. Daarnaast is er een meevaller van ca. 10 mln. door vertraging in de implementatie van C2000, het landelijke communicatiesysteem voor hulpverleningsdiensten in Nederland en een meevaller van 6,5 mln. door een terugbetaling van het Rijksvastgoedbedrijf (RVB).
Aanpassing oda-toerekening
Kosten voor de eerstejaarsopvang van asielzoekers worden volgens afspraken binnen OESO-DAC toegerekend aan ODA (official development assistance) op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS). Op basis van de reguliere herijking van de raming is de instroom bijgesteld van 41.000 naar 40.100, waaronder het aantal alleenstaande minderjarige vluchtelingen (amv’s) van 2.209 naar 1.280. De ODA-toerekening wordt daarom naar beneden bijgesteld, VenJ boekt 32,8 mln. terug naar de begroting van BHOS.
Lagere ontvangsten relocatie
Nederland ontvangt een Europese vergoeding voor de relocatie van vluchtelingen uit Griekenland en Italië die wordt gedeeld door VenJ en BHOS. De ontvangstenraming is op de begroting van VenJ opgenomen. Het aantal relocanten blijft achter bij de oorspronkelijke verwachting. BHOS boekt het aandeel in de lager dan verwachte ontvangsten terug naar VenJ.
Diversen (beleidsmatige mutaties)
Hieronder valt een aantal mee- en tegenvallers die zich hebben voorgedaan gedurende het jaar. Het betreft o.a. een tegenvaller van 8 mln. op de loonkosten van het personeel. Ook verwacht de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) een kleine tegenvaller door implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Diversen (technische mutaties)
Dit is een optelling van verschillende overboekingen met verschillende departementen. VenJ ontving o.a. 8,8 mln. van OCW voor onderwijsmiddelen voor scholen verbonden aan Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI’s). Ook heeft er een overboeking van 6,1 mln. naar het Gemeentefonds plaatsgevonden voor de opvang van asielzoekers.
Tegenvaller lagere griffieontvangsten
De ontvangsten uit griffierechten vallen in de eerste negen maanden lager uit dan geraamd door een lagere instroom van zaken (m.n. civiele, kanton-, bestuurszaken). Er wordt voor heel 2018 rekening gehouden met een tegenvaller van ca. 22 mln.
Diversen (beleidsmatige mutaties)
Dit betreft o.a. een tegenvaller op de ontvangsten uit administratiekosten bij verkeersboetes bij het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) van 1,2 mln. door een lager aantal geïnde verkeersboetes.
Diversen (technische mutaties)
Dit betreft een bijstelling van het ontvangstenkader op het artikel van de Raad voor de Kinderbescherming.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
889 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,5 |
||
0,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,9 |
||
0,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
1,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
890,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
2,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
892,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
154,9 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,6 |
||
– 0,6 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 0,6 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
154,2 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
154,2 |
Diversen – beleidsmatige en technische mutaties uitgaven en ontvangsten
Dit betreft onder andere een tegenvaller door de verhoging van de bijdrage aan het Rijksdienst voor Identiteitsgegevens met 2,8 mln. voor het stopzetten van de Operatie Basis registratie Personen (BRP). Aan het stopzetten van de Operatie BRP zijn kosten verbonden zoals het extra afschrijven op investeringen en het opzeggen van lopende contracten. Daarnaast draagt het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2 mln. bij, het zogeheten bijdrage meergebruik, in het meerverbruik van het beheer Basisregistratie Personen.
Verder draagt het Ministerie van BZK centraal de vennootschapsbelasting af over de specifieke en generale ontvangsten op de begroting van WenR en voor baten-lastenagentschappen. In de totale afdracht ontbrak nog het specifieke deel van 2,4 mln. Daar tegenover staat een meevaller op centraal apparaat door o.a. uitstel van projecten (3,3 mln.) en is het beschikbare bedrag op Nominaal en Onvoorzien ingezet (1,0 mln.)
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
38.112,7 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 18,3 |
||
– 18,3 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 54,4 |
||
– 54,4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
4,2 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 10 |
||
– 5,8 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 78,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
38.034,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
57,9 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
38.092,0 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
1.337,9 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
15,7 |
||
15,7 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
10,1 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 10 |
||
0,1 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
15,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
1.353,8 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
1.353,8 |
Op de begroting van OCW vinden bij Najaarsnota enkel mutaties plaats die relatief klein zijn en daarom in de verschillende diversen posten vallen. Deze worden hieronder toegelicht.
Diversen (mee- en tegenvallers)
Dit betreft het saldo van diverse mee- en tegenvallers. Voorbeelden hiervan zijn de uitgaven aan de studiefinanciering, die naar boven zijn bijgesteld met 14 mln. aan de hand van de realisatiecijfers van dit jaar. Een andere tegenvaller is de vertraging in het project Programma Vernieuwing Studiefinanciering bij DUO (12,8 mln.) Daartegenover staan meevallers, zoals bij de resultaatafhankelijke regeling voortijdig schoolverlaten in het mbo, omdat een aantal instellingen de norm (gedeeltelijk) niet haalde (– 18,3 mln.), de team-, schoolleiders- en lerarenbeurs, omdat er minder aanvragen waren dan geraamd (– 18 mln.) en de subsidies in het primair onderwijs (– 7 mln.).
Diversen (beleidsmatige mutaties)
Op diverse artikelen zijn er verplichtingen die niet meer tot uitgaven zullen leiden in 2017, maar wel in 2018.
Diversen (technische, relevante mutaties)
Deze post is het saldo van desalderingen en overboekingen van en naar andere departementen. Een voorbeeld van een desaldering is een terugstorting in het Participatiefonds van 10 mln. Uit het Participatiefonds worden wachtgeldkosten betaald in het primair onderwijs. Onterechte declaraties worden teruggevorderd en weer in het fonds gestort.
Diversen (technische, niet-relevante mutaties)
De niet-relevante uitgaven voor studiefinanciering zijn 27 mln. lager dan geraamd. Dit komt vooral omdat binnen de basisbeurs, aanvullende beurs en reisvoorziening meer is omgezet naar een gift dan eerder geraamd. Bij de omzettingen van de beurzen van een lening in een gift (dit gebeurt na afstuderen van de student) schuiven de uitgaven van niet-relevant naar relevant. De niet-relevante posten in de begroting nemen dan dus af.
Diversen (mee- en tegenvallers niet-belastingontvangsten)
Dit betreft het saldo van diverse mee- en tegenvallers aan de kant van de niet-belastingontvangsten, voornamelijk op het gebied van de studiefinanciering (13,5 mln.). Aan de hand van reeds bekende realisatiecijfers worden er voor dit jaar meer ontvangsten verwacht dan eerder geraamd, vooral op kortlopende vorderingen.
Diversen (technische, relevante mutaties niet-belastingontvangsten)
Deze technische mutaties zijn de tegenhangers van de desalderingen die ook zijn genoemd aan de uitgavenkant.
Diversen (technische, niet-relevante mutaties niet-belastingontvangsten)
De niet-relevante ontvangsten op de hoofdsom van de studielening zijn met 10 mln. naar beneden bijgesteld. Dit gebeurt aan de hand van de prognose op basis van reeds ontvangen terugbetalingen op de hoofdsom tot nu toe dit jaar.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
8.419,1 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 4 |
||
– 4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 7 |
||
– 7 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 11 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
8.408,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
8.408,1 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
10.392 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
4 |
||
4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Aflossingen op leningen |
– 193,2 |
||
Mutatie in rekening-courant en deposito |
359 |
||
Voortijdige beëindiging derivaten |
213 |
||
Diversen |
– 16,7 |
||
362,1 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
366,1 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
10.758,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
10.758,1 |
Aflossingen op leningen
Op basis van de reeds gerealiseerde aflossingen in 2017 is de raming voor de aflossingen op leningen verlaagd. Met name de agentschappen zullen minder aflossen dan eerder dit jaar in de raming was voorzien.
Mutatie in rekening-courant en deposito
De raming mutatie in rekening-courant en deposito’s is aangepast op basis van de actuele standen op de rekeningen-courant van de sociale fondsen.
Voortijdige beëindiging derivaten
Er zijn rentederivaten voortijdig beëindigd. Bij het beëindigen van een rentederivaat wordt de actuele marktwaarde van het derivaat verrekend tussen beide partijen. Doordat de derivaten voortijdig worden beëindigd, wordt de meerjarig geraamde ontvangst in een keer ontvangen.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
6.699,2 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Eigen personeel belastingdienst |
– 15 |
||
Ict materieel programma |
– 15 |
||
Vertraging investeringsagenda |
– 25 |
||
Diversen |
– 16,2 |
||
– 71,2 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Afdrachten staatsloterij |
102 |
||
Bijdrage aan agentschap (programma) |
15 |
||
Eigen personeel belastingdienst |
– 39,1 |
||
Materieel ict |
15 |
||
Diversen |
13,1 |
||
106 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
18,2 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 0,3 |
||
17,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
52,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
6.751,8 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
45,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
6.797,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
5.643 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Dividend staatsdeelnemingen |
62,5 |
||
Diversen |
3,7 |
||
66,2 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Afdrachten staatsloterij |
102 |
||
Diversen |
11,5 |
||
113,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 1,5 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Dividend financiële instellingen |
348,3 |
||
Opbrengst verkoop vermogenstitels |
2.545,1 |
||
Diversen |
– 0,4 |
||
2.891,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
3.071,1 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
8.714,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
3,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
8.718 |
Eigen personeel belastingdienst (mee- en tegenvallers)
Op 11 april (Kamerstukken II 2016/2017, 31 066, nr. 354) bent u geïnformeerd over de werving van 1.024 nieuwe werknemers in 2017. Een deel van de nieuwe werknemers stroomt pas in 2018 in. Daarnaast stromen de medewerkers gemiddeld later in 2017 in dan vooraf is begroot. Beide ontwikkelingen zorgen voor een incidentele meevaller.
Ict materieel programma
Een aantal ICT projecten is vertraagd of kost minder dan begroot.
Vertraging investeringsagenda
De realisatie op Investeringsagendaprojecten loopt vertraging op. Op 19 september (Kamerstukken II 2017/2018, 31 066, nr. 378) bent u geïnformeerd over de stand van zaken over de Investeringsagenda.
Diversen (uitgaven en ontvangsten, rijksbegroting enge zin, technische en niet tot een ijklijn behorende mutaties)
Dit betreft een saldo van mutaties van onder andere overboekingen aan het BTW-Compensatiefonds en meevallers op de muntcirculatie en het apparaatsbudget van het kerndepartement.
Afdrachten staatsloterij (uitgaven en ontvangsten)
Op basis van de Wet op de Kansspelen komen de opbrengsten van de Staatsloterij toe aan de Staat. Op basis van de fusieovereenkomst met De Lotto worden deze verrekend met de afdrachten van de Lotto, waarna 63% van het totaal toekomt aan de Staat. De verrekening is opgenomen als technische post bij de uitgaven en ontvangsten. De ontvangst na verrekening is opgenomen onder de post dividend staatsdeelnemingen.
Bijdrage aan agentschap (programma)
Een aantal uitgaven aan Logius wordt al gedaan in 2017 in plaats van 2018, zoals eerder verwacht werd.
Eigen personeel belastingdienst (beleidsmatige mutaties)
Bij een aantal dienstonderdelen (met name Toeslagen, CKC en CAP) is in 2017, vooruitlopend op de formatietaakstelling 2018, besloten vacatureruimte niet op te vullen. Indien noodzakelijk is er extra geld uitgegeven aan uitzendkrachten.
Materieel ict
De Belastingdienst schaft extra licenties aan voor soft- en hardware (digitale werkpakketten).
Dividend staatsdeelnemingen
Doordat de staatsdeelnemingen in totaal meer dividend hebben afgedragen dan geraamd, is de raming in 2017 met 62,5 mln. verhoogd.
Dividend financiële instellingen
De raming dividend financiële instellingen is 348 mln. hoger doordat ABN Amro vanwege goede resultaten meer interimdividend heeft uitgekeerd in het najaar van 2017.
Opbrengst verkoop vermogenstitels
Vanwege de verkoop aandelen ABN Amro en ASR in september 2017 is er 2,5 mld. meer ontvangen dan geraamd.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
8.680,5 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Abvw akkoord 1% eenmalige uitkering |
25,4 |
||
Abvw akkoord 2,5% loonsverhoging |
86,3 |
||
Dekking abvw akkoord |
– 111,8 |
||
Onderrealisatie investeringen |
– 180 |
||
Diversen |
– 0,3 |
||
– 180,4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Doorwerking ontvangsten |
– 67,9 |
||
Diversen |
1,2 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 4,7 |
||
– 71,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 251,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
8.428,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
273,1 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
8.701,8 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
404,9 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Bijstellen ontvangsten |
– 67,9 |
||
– 67,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 67,9 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
336,9 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
14,1 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
351 |
Abvw akkoord 1% eenmalige uitkering, Abvw akkoord 2,5% loonsverhoging, Dekking abvw akkoord
Defensie en de centrales van overheidspersoneel hebben op 12 oktober jl. een onderhandelingsresultaat bereikt over nieuwe arbeidsvoorwaarden voor het defensiepersoneel. De centrales van overheidspersoneel zullen hun achterban over dit onderhandelingsresultaat raadplegen. Om bij het bereiken van een akkoord in 2017 het personeel overeenkomstig de nieuwe CAO in 2017 te kunnen uitbetalen, wordt het hiervoor benodigde budget overgeheveld naar de Defensieonderdelen vanaf artikel 12 Nominaal en Onvoorzien.
Onderrealisatie investeringen
Binnen het project F-35 en het project Chinook is er sprake van latere betalingen dan verwacht. De projecten zelf zijn niet vertraagd. Het project Defensie Bewakings- en Beveiligingssysteem (DBBS) heeft wel vertraging opgelopen door late levering van een leverancier. Bovendien zal een aantal projecten niet meer in 2017 in uitvoering worden genomen, zoals de studie naar de vervanging van M-fregatten en de midlife update van de Fuchspantservoertuigen. Ook zijn verschillende IT projecten vertraagd. Als laatste wordt de reserve voor valutaschommelingen van 40 mln. binnen het investeringsartikel in 2017 niet ingezet.
Diversen – beleidsmatige mutaties
Dit betreft een herschikking binnen artikel 8 Commando Dienstencentra waarbij 0,3 mln. beschikbaar wordt gesteld voor de militaire attachés.
Doorwerking ontvangsten
Dit betreft lagere ontvangsten uit de verkoop van strategisch materieel. Het gaat hier vooral om achterstallige betalingen uit Jordanië en Griekenland, die later zullen worden ontvangen. Daarnaast is er een lagere opbrengst van de verkoop van dienstpersonenauto’s. Tot slot is de raming van de ontvangsten van de Defensie Materieel Organisatie herijkt en naar beneden bijgesteld.
Diversen – technische mutaties, rijksbegroting in enge zin
Dit is een saldo van verschillende mutaties, waaronder een bijdrage van het Ministerie van Economische Zaken voor de extra radar op vliegveld De Kooy en een bijdrage aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken voor JSCU (Joint Sigint Cyber Unit).
Diversen – Niet tot een ijklijn behorend
De lening met het ABP voor 2017 is aangepast op basis van realisatiecijfers. De staat is met het ABP een lening overeengekomen om de kapitaaldekking van de militaire ouderdomspensioenen te financieren.
Bijstellen ontvangsten
Zie Doorwerking ontvangsten.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
7.437 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Regeringsvliegtuig |
– 33 |
||
Diversen |
– 2,5 |
||
– 35,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Regiospecifiek pakket zuiderzeelijn |
– 45 |
||
Diversen |
– 78,7 |
||
– 123,7 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 159,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
7.277,8 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
24 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
7.301,8 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
269,3 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,3 |
||
0,3 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
6,1 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Ontvangsten ets |
– 64 |
||
– 57,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 57,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
211,6 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
6,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
218 |
Regeringsvliegtuig
Voor de vervanging van het regeringsvliegtuig is op de IenM-begroting een reservering van in totaal 90 mln. getroffen, zoals gemeld bij Voorjaarsnota 2017 (Kamerstuk 34 730, nr. 1). Het koopcontract voor de levering van het nieuwe regeringsvliegtuig is getekend en het oude regeringsvliegtuig is verkocht. Een deel van de betaling volgt in 2018, daarom schuiven de middelen (– 33 mln.) door naar volgend jaar.
Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn
In het kader van het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn ontvangen de provincies Drenthe, Flevoland, Friesland en Groningen een bijdrage. Deze middelen worden vanuit het Infrastructuurfonds toegevoegd aan het Provinciefonds. De provincies gebruiken deze middelen voor versterking van de regionale economie.
Diversen – technische mutaties uitgaven
Deze post bestaat uit verschillende onderdelen:
1) Diverse desalderingen binnen de IenM-begroting (HXII) van in totaal 6,1 mln. waaronder ontvangsten (3 mln.) uit grondverkopen door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland die worden ingezet ten behoeve van hydrologische maatregelen door provincies.
2) Diverse overboekingen waarmee in totaal – 40,6 mln. uit het Infrastructuurfonds via de IenM-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar andere departementale begrotingen, het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds. De grootste overboekingen zijn een bijdrage aan de provincie Limburg ten behoeve van het project Logistiek Multimodaal Knooppunt Venlo (– 21,2 mln.), een bijdrage voor provincie Zuid-Holland voor de BTW afdracht van de weginfrastructuurprojecten Rotterdamsebaan en Parallelstructuur Gouwe (– 13,1 mln.), een bijdrage aan diverse gemeenten en provincies voor projecten binnen het programma Beter Benutten (– 9,1 mln.).
3) Diverse overboekingen waarmee in totaal – 8,8 mln. uit het Deltafonds via de IenM-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar andere departementale begrotingen, het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds. De grootste overboeking is een bijdrage aan de provincie Limburg voor het project Ooijen Wanssum (– 5,2 mln.).
4) Diverse overboekingen waarmee in totaal – 35,3 mln. vanuit de IenM-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar andere departementale begrotingen, het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds. De grootste mutatie is een bijdrage voor diverse saneringsopgaven dat via het Provinciefonds en het Gemeentefonds beschikbaar wordt gesteld (– 22,1 mln).
Diversen – technische mutaties niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat diverse desalderingen waaronder ontvangsten (3 mln.) uit grondverkopen door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland die worden ingezet ten behoeve van hydrologische maatregelen door provincies.
Ontvangsten ETS
De raming van de veilingopbrengsten emissiehandel (ETS) wordt neerwaarts bijgesteld doordat de verwachte prijs per emissierecht is verlaagd van 7 naar 5 euro.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
5.178 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
33 |
||
33 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 33,4 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 6,4 |
||
– 39,8 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 6,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
5.171,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
52,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
5.223,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
3.393 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Meevaller acm-boete |
39,9 |
||
39,9 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
4 |
||
4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
4,8 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
2 |
||
6,8 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
50,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
3.443,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
3.443,7 |
Diversen (beleidsmatige mutaties RBG-eng uitgaven)
Deze post betreft het saldo van diverse mutaties van een aantal meevallers en EZ-brede knelpunten. Het betreft o.a. enkele meevallers op beleidsartikelen, een investering in het CBS (12 mln.), middelen voor een nieuw cao-akkoord (10,5 mln), de afkoop van Oracle-licenties omdat deze nauwelijks benut worden (6,2 mln.), extra kosten voor het Inkoop Uitvoeringscentrum (IUC) (6,3 mln.), een schadevergoeding die naar aanleiding van een uitspraak van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) betaald dient te worden (4,5 mln.) en een bijdrage vanwege de uitloop van het ICT-project GAMMA (1,9 mln).
Ook betreft het een storting in het Diergezondheidsfonds (DGF) (5,9 mln). De storting in het DGF hangt samen met uitstel van betaling voor een aantal pluimveehouders als gevolg van de fipronilcontaminatie van eieren. Hierdoor wordt vanuit het beleidsartikel 6 een aantal uitgaven in het DGF namens deze pluimveehouders voorgefinancierd.
Diversen (technische mutaties RBG-eng uitgaven)
Deze post betreft het saldo van diverse mutaties waaronder bijdragen van diverse departementen voor TNO. De uitgaven betreffen regionale structuurversterking in Zeeland (13,5 mln, een bijdrage aan de provincie Limburg voor de effecten mijnbouw (3,4 mln.) en de decentralisatie van de MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT) (12,6 mln.) via het provinciefonds, een overheveling naar IenM voor het Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt (6,7 mln.), en een overheveling naar OCW voor snel internet op scholen (2,8 mln.).
Diversen (technische mutaties niet tot een ijklijn behorend uitgaven)
Dit betreft o.a. een overboeking van 5,6 mln. van het werkbudget van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) naar het apparaatsartikel van de EZ-begroting ten behoeve van uitvoeringskosten van de NCG-organisatie.
Meevaller ACM-boete
Als gevolg van een aan de NS opgelegde boete, komen er 39,9 mln. meer ontvangsten binnen dan geraamd.
Diversen (beleidsmatige mutaties RBG eng ontvangsten)
Dit betreft o.a. een meevaller in de ontvangsten i.v.m. een versnelde aflossing van een lening door WUR/DLO (13 mln). Hier tegenover staan tegenvallende ACM-ontvangsten uit de markt (o.a. voor telecommunicatie, vervoer en post).
Diversen (technische mutaties RBG-eng mutaties)
Het betreft o.a. minder ontvangsten uit de retributies van Staatstoezicht op de Mijnen (4 mln.) en een onttrekking uit de reserve Apurement (2,7 mln).
Diversen (technische mutaties niet tot een ijklijn behorend ontvangsten)
Het betreft o.a. een verlaging van de aardolie-inkomsten met 2 mln, lagere terugontvangst dividendbelasting van de NOM (1,5 mln.) en een verhoging van de ontvangsten van Agentschap Telecom (8,5 mln).
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
32.235,7 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Sectorplannen |
– 36 |
||
Diversen |
– 16,9 |
||
Sociale zekerheid |
|||
Kindgebonden budget |
– 119,4 |
||
Wajong |
– 27,1 |
||
Diversen |
– 22,2 |
||
– 221,6 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,2 |
||
Sociale zekerheid |
|||
Diversen |
0 |
||
– 0,2 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 5,2 |
||
Sociale zekerheid |
|||
Diversen |
1,8 |
||
– 3,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 225,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
32.010,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
32.010,9 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
1.903,4 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
2,4 |
||
Sociale zekerheid |
|||
Kindgebonden budget |
– 27,6 |
||
Diversen |
8,1 |
||
– 17,1 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,4 |
||
– 0,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 17,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
1.885,9 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
1.885,9 |
Sectorplannen
Dit betreft een neerwaartse bijstelling op het budget voor de sectorplannen als gevolg van vooral een andere fasering in de voorschotten en lagere nabetalingen bij de subsidievaststellingen.
Kindgebonden budget
Er is een meevaller op de uitgaven Kindgebonden budget (WKB). Dit komt met name door de lagere uitgaven voor het lopende jaar en lagere uitgaven aan nabetalingen. Doordat de economie zich gunstiger ontwikkelt, zijn de uitgaven aan inkomensafhankelijke toeslagen lager. Daarnaast is het budgettair beslag van de WKB bij invoering van de Wet Hervorming Kindregelingen in 2015 verdubbeld. Het effect van deze verdubbeling op de hoogte van de nabetalingen is echter lager dan eerder geraamd. Hierdoor zijn er ook minder terugontvangsten, wat voor een tegenvaller op niet-belastingontvangsten van de SZW-begroting zorgt. Per saldo resteert een meevaller.
Wajong
Er is een meevaller op de Wajong. Dit komt voornamelijk doordat de realisaties van het gemiddelde uitkeringsniveau een lagere stijging laten zien dan eerder geraamd. Daarnaast is ook het aantal Wajong-uitkeringen lager dan eerder verwacht. Dit is een gevolg van een hoger dan geraamde uitstroom uit de Wajong2010.
Diversen (mee- en tegenvallers SZA)
Hieronder vallen verschillende mee- en tegenvallers. De grootste post is de Toeslagenwet, waar de raming met 15 mln. naar beneden is bijgesteld, vooral vanwege minder toeslagen op WW-uitkeringen.
Kindgebonden budget
Bij de Wet Kindgebonden Budget is er een tegenvaller bij de terugontvangsten, zijnde terugbetaling van gebruikers. Net als bij de nabetalingen is bij de ontvangsten het effect van de verdubbeling van de regeling lager dan eerder geraamd.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
78.466,3 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Sociale zekerheid |
|||
Aow |
– 45 |
||
Iva |
35,5 |
||
Kindgebonden budget |
– 119,4 |
||
Wajong |
– 27,1 |
||
Wga |
– 59 |
||
Diversen |
– 27,3 |
||
– 242,3 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Sociale zekerheid |
|||
Invullen in=uit-taakstelling |
86,5 |
||
86,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Sociale zekerheid |
|||
Diversen |
0,1 |
||
0,1 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 155,7 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
78.310,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
1.078,1 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Sociale zekerheid |
|||
Kindgebonden budget |
– 27,6 |
||
Diversen |
12,1 |
||
– 15,5 |
|||
Technische mutaties |
|||
Sociale zekerheid |
|||
Diversen |
– 48 |
||
– 48 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 63,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
1.014,6 |
Algemene Ouderdomswet (AOW)
De AOW wordt op basis van realisaties met 45 mln. neerwaarts bijgesteld. Hiervan wordt circa 30 miljoen verklaard door een lager aantal AOW-uitkeringen en circa 15 mln. door een lagere gemiddelde uitkering. De lagere gemiddelde uitkering hangt voornamelijk samen met een iets lagere gemiddelde AOW-opbouw dan eerder geraamd.
Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten (IVA)
De IVA-uitkeringslasten worden naar boven bijgesteld op basis van uitvoeringsinformatie van het UWV. Dit is met name het gevolg van een opwaartse bijstelling van het volume.
Kindgebonden budget
Er is een meevaller op de uitgaven Kindgebonden budget (WKB). Dit komt met name door de lagere uitgaven voor het lopende jaar en lagere uitgaven aan nabetalingen. Doordat de economie zich gunstiger ontwikkelt, zijn de uitgaven aan inkomensafhankelijke toeslagen lager. Daarnaast is het budgettair beslag van de WKB bij invoering van de Wet Hervorming Kindregelingen in 2015 verdubbeld. Het effect van deze verdubbeling op de hoogte van de nabetalingen is echter lager dan eerder geraamd. Hierdoor zijn er ook minder terugontvangsten, wat voor een tegenvaller op niet-belastingontvangsten van de SZW-begroting zorgt. Per saldo resteert een meevaller.
Wajong
Er is een meevaller op de Wajong. Dit komt vooral doordat de realisaties van de gemiddelde uitkeringen een lagere stijging laten zien dan eerder geraamd. Daarnaast is ook het aantal Wajong-uitkeringen lager dan eerder verwacht. Dit is een gevolg van een hoger dan geraamd uitstroom uit de Wajong2010.
Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA)
De uitgaven aan de WGA zijn naar beneden bijgesteld op basis van uitvoeringsinformatie van het UWV. Dit is met name het gevolg van een neerwaartse bijstelling van het volume.
Diversen (uitgaven mee- en tegenvallers SZA)
Hieronder vallen verschillende mee- en tegenvallers. De grootste post is de Toeslagenwet, waar de raming met 15 mln. naar beneden is bijgesteld, vooral vanwege minder toeslagen op WW-uitkeringen. Daarnaast wordt de raming van de Ziektewet naar beneden bijgesteld, onder andere als gevolg van een lagere gemiddelde jaaruitkering.
Invullen in=uit-taakstelling
Ministeries hebben budget via de zogenoemde eindejaarsmarge meegenomen uit 2016 naar 2017. In het voorjaar van 2017 is in totaal 1,8 mld. eindejaarsmarge toegevoegd aan de departementale begrotingen. Om te voorkomen dat het toevoegen van deze middelen uit 2016 aan de departementale begrotingen leidde tot een overschrijding van het uitgavenkader in 2017, is gelijktijdig een tegenboeking onder het uitgavenkader op de Aanvullende Post van Financiën gedaan van gelijke omvang, de zogenoemde in=uit-taakstelling (waarvan 1,7 mln. op kader RBG-eng en 0,1 mld. op kader SZA). In deze Najaarsnota wordt de taakstellende onderuitputting volledig ingevuld met onderuitputting en met meevallende uitgaven die in 2017 op de departementale begrotingen zijn opgetreden.
Kindgebonden budget
Bij de Wet Kindgebonden Budget is er een tegenvaller bij de terugontvangsten. Net als bij de nabetalingen is bij de ontvangsten het effect van de verdubbeling van de regeling lager dan eerder geraamd.
Diversen (ontvangsten mee- en tegenvallers SZA)
Er is sprake van een technische correctie van de ontvangsten op het Uitvoeringsfonds voor de overheid (UFO-ontvangsten). Met deze correctie wordt de methodiek van het Centraal Planbureau overgenomen waarbij de UFO-ontvangsten (de door het UWV op overheidswerkgevers verhaalde bedragen) voortaan exclusief werkgeverslasten worden geboekt. Hierdoor sluiten de UFO-ontvangsten beter aan bij de uitkeringslasten, waarin de werkgeverslasten ook niet zijn meegeteld.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
14.711,5 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Taakstellende onderuitputting |
35,8 |
||
Transitie jeugd subsidies |
19,1 |
||
Diversen |
– 58,7 |
||
Zorg |
|||
Diversen |
– 7,1 |
||
– 10,9 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,9 |
||
Zorg |
|||
Diversen |
– 0,2 |
||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
0,7 |
||
1,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 9,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
14.702 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
8,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
14.710,4 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
159,1 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
7 |
||
7 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
1,4 |
||
1,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
8,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
167,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
167,4 |
Taakstellende onderuitputting
Dit betreft het invullen van de taakstellende onderuitputting. Deze wordt ingevuld met onderuitputting bij de 2e suppletoire begrotingswet (onderdeel van de post «diversen»).
Transitie jeugd subsidies
Instellingen die Jeugdzorg verlenen kunnen een beroep doen op de subsidieregeling Bijzondere transitiekosten Jeugdwet. Het aantal aanvragen voor deze regeling is hoger dan geraamd, hiervoor is aanvullend budget beschikbaar gesteld.
Diversen – beleidsmatige mutaties – rijksbegroting in enge zin
Dit betreft voornamelijk incidentele vrijval van middelen. De grootste drie posten zijn 9,6 mln. vrijval bij de subsidieregeling voor onverzekerde verwarde personen, vrijval van niet uitgekeerde prijsbijstelling van 8,7 mln. en 7,3 mln. vrijval bij de pgb-compensatieregeling. Daarnaast vallen de uitgaven aan de Projectdirectie Antonie van Leeuwenhoekterrein 9,8 mln. hoger uit.
Diversen – beleidsmatige mutaties – zorg
Het betreft voornamelijk een vrijval van 7 mln. in een drietal opleidingsbudgetten (publieke gezondheidsopleidingen, opleidingen in jeugd-ggz-instellingen en opleidingen voor gespecialiseerde verpleegkundigen die buiten het ziekenhuis zorg geven) als gevolg van lagere instroom en/of hogere uitval, en een nabetaling van 5 mln. aan het ziekenhuis van Bonaire doordat de daadwerkelijke uitgaven in 2016 hoger zijn dan het voorgeschoten bedrag.
Diversen – technische mutaties – rijksbegroting in enge zin
Deze post bestaat hoofdzakelijk uit een overboeking van plafond Zorg naar plafond Rijksbegroting van 2,5 mln. voor incidentele ICT kosten van de Sociale Verzekeringsbank.
Diversen – technische mutaties – zorg
De post bestaat uit een overboeking tussen plafond Zorg en plafond Rijksbegroting van 0,2 mln.
Diversen – technische mutaties – niet tot een ijklijn behorend
Deze post bestaat uit hogere uitgaven van 1,1 mln. ivm de afwikkeling van de voormalige algemene kas van de Ziekenfondswet en de macro-economische doorwerking van de RA maatregelen op de zorgtoeslag in 2017 van – 0,5 mln.
Diversen – beleidsmatige mutaties
Deze post bevat een tegenvaller van 5,4 mln. doordat de ontvangsten van de wanbetalersregeling lager zijn dan geraamd. Daarnaast zijn er onder meer meevallers bij de ontvangsten jeugd van 5,1 mln. en diverse posten van langdurige zorg van 4,4 mln.
Diversen – technische mutaties
Het betreft voornamelijk de optelsom van verschillende kleine desalderingen.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
73.872,6 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Zorg |
|||
Actualisering zorguitgaven |
– 700 |
||
– 700 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Zorg |
|||
Diversen |
– 14 |
||
– 14 |
|||
Technische mutaties |
|||
Zorg |
|||
Diversen |
– 2,7 |
||
– 2,7 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 716,6 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
73.156 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
5.045,1 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
5.045,1 |
Actualisering zorguitgaven
Op basis van voorlopige gegevens van het Zorginstituut Nederland over het eerste half jaar van 2017 zijn de ramingen van de zorguitgaven 2017 geactualiseerd. Deze actualisering is gebaseerd op bij verzekeraars gedeclareerde uitgaven van zorg in de eerste zes maanden van 2017 plus een inschatting van de zorgverzekeraars van wat in de komende tijd nog met betrekking tot het jaar 2017 gedeclareerd gaat worden. Deze cijfers hebben hierdoor een voorlopig karakter. Het beeld dat hieruit naar voren komt, leidt tot een neerwaartse bijstelling van uitgaven onder de Zorgverzekeringswet van 700 mln. De belangrijkste sectoren waarin naar verwachting sprake is van een onderschrijding zijn de geestelijke gezondheidszorg (ggz) en genees- en hulpmiddelen. Deze geraamde onderschrijding kan nog wijzigen op grond van de realisatiecijfers over geheel 2017. Daarover wordt in het jaarverslag 2017 nader gerapporteerd.
Diversen – beleidsmatige mutaties – zorg
Het betreft voornamelijk een vrijval van 7 mln. in een drietal opleidingsbudgetten (publieke gezondheidsopleidingen, opleidingen in jeugd-ggz-instellingen en opleidingen voor gespecialiseerde verpleegkundigen die buiten het ziekenhuis zorg geven) als gevolg van lagere instroom en/of hogere uitval, en een nabetaling van 5 mln. aan het ziekenhuis van Bonaire doordat de daadwerkelijke uitgaven in 2016 hoger zijn dan het voorgeschoten bedrag.
Diversen – technische mutaties – zorg
Deze post bestaat hoofdzakelijk uit een overboeking van plafond Zorg naar plafond Rijksbegroting van 2,5 mln. voor incidentele ICT kosten van de Sociale Verzekeringsbank.
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
2.830,6 |
Stand Najaarsnota 2017 |
2.830,6 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
18,1 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
18,1 |
Totaal Internationale samenwerking |
72,1 |
Stand Najaarsnota 2017 |
90,2 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
4.470,3 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0 |
||
0 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
0,3 |
||
0,3 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
4.470,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
4.470,7 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
723,9 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
8,8 |
||
8,8 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
4,4 |
||
4,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
13,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
737,2 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
737,2 |
Diversen – technische mutaties uitgaven en ontvangsten
Aan het Gemeentefonds is een bijdrage ten behoeve van decentralisatie-uitkering Innovatieve Aanpak (2,6 mln.) toegevoegd. Aan de begroting van Economische Zaken is een eenmalige bijdrage (1,5 mln.) overgeboekt uit de Subsidie Energiebesparing Eigen Huis (SEEH) voor de verduurzaming van de eerste 500 woningen in het aardbevingsgebied in de provincie Groningen.
Als gevolg van een systeemwijziging in de administratieve verwerking van de ontvangsten voor ingebruikgevingen zijn er eenmalig 3 mln. extra ontvangsten. Daarnaast zijn er extra ontvangsten voor de verkoop van Paleis Soestdijk. Deze meer ontvangsten zijn binnen de begroting ingezet.
Diversen – beleidsmatige ontvangsten
Betreft voornamelijk de terugvordering van het positief resultaat (7,9 mln.) van de Starterslening van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVN).
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
27.821,9 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Afrekening bcf |
156,9 |
||
Diversen |
30 |
||
186,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
187 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
28.008,8 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
28.008,8 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
Afrekening BCF
Het plafond van het Btw-compensatiefonds (BCF) is per 2015 gekoppeld aan de accrespercentages zoals deze volgen uit de normeringssystematiek voor het Gemeentefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF. Als het plafond overschreden wordt, komt het verschil ten laste van het Gemeentefonds. Bij een realisatie lager dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het Gemeentefonds. De toevoeging of uitname wordt over het Gemeentefonds en Provinciefonds verdeeld conform de aandelen van de gezamenlijke gemeenten in het BCF in het gerealiseerde jaar. Bij Najaarsnota 2017 is het aandeel van gemeenten van 156,9 mln. in de geraamde ruimte onder het plafond voor 2017 toegevoegd aan het Gemeentefonds. Samen met de definitieve afrekening over 2016 uit het voorjaar komt de post «afrekening bcf» voor 2017 uit op 104,3 mln.
Diversen
Dit betreft diverse overboekingen vanuit de begroting van IenM (16,5 mln.), VenJ (6,3 mln.), BZK (4,3 mln.), SZW (2,8 mln.) en EZ (2,2 mln.). Zo boekt IenM 16,3 mln. over naar de decentralisatie-uitkering Bodemsanering voor de projecten Nazorg Volgermeerpolder Amsterdam en Voormalige Vetgasfabriek (Amersfoort). VenJ boekt 6,1 mln. over voor het faciliteitenbesluit Opvangcentra. Van de begroting van BZK wordt 2,6 mln. overgeboekt voor Innovatieve aanpakken energiebesparing en van SZW wordt 2,6 mln. overgeboekt voor Arbeidsparticipatie van mensen met een psychische beperking.
Daarnaast wordt 2,1 mln. vanuit het Gemeentefonds overgeboekt naar de begroting van BZK als bijdrage van de gemeenten in het project Berichtenvoorziening.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
2.410,1 |
||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
regiospecifiekpakket zuiderzeelijn |
45 |
||
Afrekening bcf |
23,5 |
||
Investeringsprogramma zeeland in stroomversnelling |
13,5 |
||
Mkb innovatiestimulering |
12,6 |
||
Trade port noord |
21,2 |
||
Diversen |
43,8 |
||
159,6 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
159,5 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
2.569,6 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
2.569,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
RegioSpecifiekPakket ZuiderZeeLijn (decentralisatie-uitkering)
In het kader van het RegioSpecifiekPakket ZuiderZeeLijn ontvangen de vier betrokken provincies van het Ministerie van IenM de volgende bedragen: Drenthe: 8,4 mln., Flevoland: 7,9 mln., Friesland: 16,0 mln. en Groningen: 12,8 mln. De noordelijke provincies gebruiken deze middelen voor versterking van de regionale economie.
Afrekening BCF
Het plafond van het Btw-compensatiefonds (BCF) is per 2015 gekoppeld aan de accrespercentages zoals deze volgen uit de normeringssystematiek voor het Provinciefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF. Als het plafond overschreden wordt, komt het verschil ten laste van het Provinciefonds. Bij een realisatie lager dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het Provinciefonds. De toevoeging of uitname wordt over het Gemeentefonds en Provinciefonds verdeeld conform de aandelen van de gezamenlijke provincies in het BCF in het gerealiseerde jaar. Bij Najaarsnota 2017 is het aandeel van provincies van 23,5 mln. in de geraamde ruimte onder het plafond voor 2017 toegevoegd aan het Provinciefonds. Samen met de definitieve afrekening over 2016 uit het voorjaar komt de post «afrekening bcf» voor 2017 uit op 15,1 mln.
Investeringsprogramma Zeeland in stroomversnelling (decentralisatie-uitkering)
Voor het Investeringsprogramma Zeeland in Stroomversnelling is door het Rijk een bijdrage toegezegd van 25 mln. Hiervan wordt nu 13,5 mln. door het Ministerie van EZ uitgekeerd aan de provincie Zeeland.
MKB Innovatiestimulering Topsectoren (decentralisatie-uitkering)
De provincies ontvangen van Ministerie van EZ in totaal 12,6 mln. ten behoeve van de regeling MKB Innovatiestimulering Topsectoren.
MIRT Trade Port Noord, Venlo (decentralisatie-uitkering)
Het Ministerie van IenM stelt 21,2 mln. beschikbaar aan de provincie Limburg ten behoeve van Trade Port Noord, Venlo. Het bedrag is voor de aansluiting van de railterminal op het hoofdspoor.
Diversen
Dit betreft diverse overboekingen vanuit de begroting van IenM (33,3 mln.) en EZ (10,3 mln.). Zo boekt EZ 5 mln. over naar het Provinciefonds voor de decentralisatie-uitkering Regionale Investeringssteun Groningen en boekt IenM 8 mln. over voor het programma Beter Benutten.
Daarnaast is sprake van een verschuiving van 23,6 mln. van de decentralisatie-uitkering naar de algemene uitkering in verband met de afrekening over 2016 en wordt het onderzoeksbudget financiële verhoudingswet 2017 teruggeboekt naar de algemene-uitkering. Dit budget komt in 2017 niet tot besteding.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
5.779,2 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Saldo 2017 hoofdwegennet |
– 25,8 |
||
Saldo 2017 megaprojecten verkeer en vervoer |
– 46,3 |
||
Saldo 2017 overige uitgaven en ontvangsten |
– 59 |
||
Saldo 2017 regionaal, lokale infrastructuur |
93,3 |
||
Saldo 2017 spoorwegen |
16,5 |
||
Diversen |
2,1 |
||
– 19,2 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Regiospecifiek pakket zuiderzeelijn |
– 45 |
||
Diversen |
– 19,4 |
||
– 64,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 83,6 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
5.695,6 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
5.695,6 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
5.779,2 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 16,4 |
||
– 16,4 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Regiospecifiek pakket zuiderzeelijn |
– 45 |
||
Diversen |
– 19,4 |
||
– 64,4 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 80,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
5.698,4 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
5.698,4 |
Saldo 2017 Hoofdwegennet
Er is minder uitgegeven dan verwacht op het artikel Hoofdwegennet. Dit bedrag bestaat uit drie componenten:
1) Op het budget voor beheer en onderhoud wordt – 10,3 mln. minder uitgegeven dan begroot omdat de contractvoorbereiding voor de renovatie van de Suurhoffbrug meer tijd vraagt.
2) Het budgettaire gevolg van verschillende programma vertragingen is dat in 2017 per saldo – 18,5 mln. minder is uitgegeven dan begroot. Dit komt door lagere uitgaven op onder andere de volgende projecten; het programma Beter Benutten (– 21,8 mln.); A7 Zuidelijke Ringweg Groningen (– 15,6 mln.); Bereikbaarheid Lelystad Airport (– 13,0 mln.) en A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere (– 9,5 mln.). Daartegenover staan hogere kasuitgaven op onder meer de projecten A4 Delft-Schiedam (15,5 mln.) en A2 Passage Maastricht (12,7 mln.).
3) Op het artikelonderdeel Geïntegreerde contractvormen is per saldo sprake van 3 mln. overschrijding. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een snellere realisatie van het project A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere (16,3 mln.) en een onvoorziene betaling voor het project N18 Varsseveld-Enschede (12,3 mln.). Daartegenover staan lagere uitgaven op het project A15 Maasvlakte-Vaanplein door een opgelegde boete aan de aannemer (– 24,9 mln.).
Saldo 2017 Megaprojecten verkeer en vervoer
Per saldo is op het artikel Megaprojecten verkeer en vervoer sprake van een onderschrijding. Dit bedrag bestaat uit de volgende componenten:
1) De verwachting is dat ProRail – 2,2 mln. minder middelen nodig heeft voor de nazorg van de Betuweroute.
2) Er is sprake van – 3,7 mln. onderschrijding op het budget voor de HSL-Zuid voornamelijk omdat het onderzoek naar zettingsproblematiek nog niet is afgerond waardoor de maatregelen vertraagd zijn.
3) Op het project Mainport ontwikkeling Rotterdam is – 0,4 mln. minder uitgegeven dan begroot.
4) Op het budget voor ERTMS wordt – 24,2 mln. minder uitgegeven dan begroot hoofdzakelijk omdat een deel van de werkzaamheden is uitgesteld doordat de programmabeslissing van ERTMS later wordt genomen.
5) Naar aanleiding van de gunning van het contract voor het project ZuidasDok is de kasreeks geactualiseerd, wat leidt tot een verlaging van – 15,8 mln.
Saldo 2017 Overige uitgaven en ontvangsten
Per saldo is op het artikel overige uitgaven en ontvangsten minder uitgegeven dan begroot. Dit wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat er minder budget (– 22,7 mln.) in 2017 nodig is ten behoeve van het programma Eenvoudig Beter, onder meer omdat het wetgevingstraject vertraagt (Kamerstuk 34 775 A, nr.1). Daarnaast is het surplus aan eigen vermogen (– 32,5 mln.) bij Rijkswaterstaat afgeroomd bij Voorjaarsnota 2017, conform de Regeling agentschappen. Deze middelen worden dit jaar niet aangewend. Tot slot is op het programma Externe Veiligheid in 2017 sprake van een overschot (3,7 mln.).
Saldo 2017 Regionaal, lokale infrastructuur
Op dit artikel is sprake van een overschrijding. Dit komt hoofdzakelijk omdat met de Provincies Drenthe, Flevoland, Friesland en Groningen is overeengekomen een aantal betalingen voor het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) reeds in 2017 te doen.
Saldo 2017 Spoorwegen
Per saldo wordt op het artikel spoorwegen meer uitgegeven dat begroot. Dit bedrag bestaat voornamelijk uit de volgende componenten:
1) Vaststelling van de subsidie 2016 aan ProRail voor beheer- en onderhoudwerkzaamheden in 2016 leidt tot een overschrijding van 70,1 mln. ProRail heeft een aantal werkzaamheden eerder uitgevoerd.
2) Op het aanlegbudget wordt per saldo – 22,7 mln. minder uitgegeven dan begroot. De lagere uitgaven doen zich met name voor op project OV SAAL Korte termijn en Programma Hoogfrequent Spoor Doorstroom Station Utrecht. Daartegenover is er sprake van overschrijding (7 mln.) op project Traject Oost.
3) Op het artikelonderdeel Investeringsruimte zijn in 2017 geen uitgaven meer, waardoor de middelen van per saldo – 17,4 mln. doorschuiven naar 2018.
4) Op het artikelonderdeel Geïntegreerde contractvormen is – 13,5 mln. minder uitgegeven dan begroot door het doorschuiven van de afrekening met het consortium Infraspeed naar 2018.
Regiospecifiek pakket Zuiderzeelijn
In het kader van het Regiospecifiek pakket Zuiderzeelijn ontvangen de provincies Drenthe, Flevoland, Friesland en Groningen een bijdrage van in totaal 45 mln. Deze middelen worden door middel van een desaldering vanuit het Infrastructuurfonds via de IenM-begroting (XII) toegevoegd aan het Provinciefonds. De provincies gebruiken deze middelen voor versterking van de regionale economie.
Diversen – technische mutaties uitgaven en niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat uit verschillende elementen:
1) Diverse overboekingen waarmee in totaal – 40,6 mln. uit het Infrastructuurfonds via de IenM-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar andere departementale begrotingen, het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds. De grootste overboekingen zijn een bijdrage aan de provincie Limburg ten behoeve van het project Logistiek Multimodaal Knooppunt Venlo (– 21,2 mln.), een bijdrage voor provincie Zuid-Holland voor de BTW afdracht van de weginfrastructuurprojecten Rotterdamsebaan en Parallelstructuur Gouwe (– 13,1 mln.), een bijdrage aan diverse gemeenten en provincies voor projecten binnen het programma Beter Benutten (– 9,1 mln.).
2) Diverse overhevelingen tussen het Infrastructuurfonds en de IenM-begroting (HXII) waardoor per saldo 11,3 mln. wordt toegevoegd aan het Infrastructuurfonds. De grootste mutatie omvat middelen omdat er minder beroep is gedaan op de subsidieregeling GSM-R dan verwacht.
3) Diverse desalderingen binnen het Infrastructuurfonds van totaal 9,9 mln.
Diversen – beleidsmatige mutaties niet-belastingontvangsten
Deze post bestaat voornamelijk de per saldo lagere ontvangsten op het artikel spoorwegen (– 8,2 mln.). Dit wordt veroorzaakt doordat de afrekening van HSL-heffing nog niet vastgesteld kan worden en de afrekening hiervoor doorschuift naar 2018. Dit geldt ook voor een bijdrage van provincies aan diverse (aanleg)projecten. De compensatie van NS voor de treindiensten naar Antwerpen in 2016 kan nog niet worden vastgesteld, waardoor de concessievergoeding in 2017 hoger uitvalt. Ook is er sprake van lagere ontvangsten op het artikel hoofdwegennet (– 6,7 mln.). Dit wordt onder meer veroorzaakt doordat de bijdragen van de Provincie Zuid-Holland voor de projecten A15-N3 en A16-N3 vertragen. Op het project A9 Badhoevedorp vindt eerder een verrekening plaats van een aanbestedingsvoordeel. Daartegenover zijn ontvangsten van de gemeente Amsterdam voor het project A1/A6/A9 Schiphol – Almere eerder ontvangen.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
44,2 |
||
Technische mutaties |
|||
Niet tot een ijklijn behorend |
|||
Diversen |
– 0,2 |
||
– 0,2 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 0,2 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
44,1 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
44,1 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
44,2 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
44,2 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
44,2 |
Diversen (niet tot een ijklijn behorend)
Dit betreft het saldo van drie technische mutaties in de uitgaven van het Diergezondheidsfonds (DGF) die bijna tegen elkaar wegvallen.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
159 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 2,1 |
||
– 2,1 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Afrekening bcf |
– 156,9 |
||
– 156,9 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 159 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
Het plafond van het Btw-compensatiefonds (BCF) is per 2015 gekoppeld aan de accrespercentages zoals deze volgen uit de normeringssystematiek voor het gemeentefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF. Als het plafond overschreden wordt, komt het verschil ten laste van het gemeentefonds. Bij een realisatie lager dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het gemeentefonds. De toevoeging of uitname wordt over het gemeentefonds en provinciefonds verdeeld conform de aandelen van de gezamenlijke gemeenten in het BCF in het gerealiseerde jaar. Bij Najaarsnota 2017 is het aandeel van gemeenten van 156,9 mln. in de geraamde ruimte onder het plafond voor 2017 toegevoegd aan het gemeentefonds.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
21,4 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
2,1 |
||
2,1 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 23,5 |
||
– 23,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 21,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
Het plafond van het Btw-compensatiefonds (BCF) is per 2015 gekoppeld aan de accrespercentages zoals deze volgen uit de normeringssystematiek voor het provinciefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF. Als het plafond overschreden wordt, komt het verschil ten laste van het provinciefonds. Bij een realisatie lager dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het provinciefonds. De toevoeging of uitname wordt over het gemeentefonds en provinciefonds verdeeld conform de aandelen van de gezamenlijke provincies in het BCF in het gerealiseerde jaar. Bij Najaarsnota 2017 is het aandeel van provincies van 23,5 mln. in de geraamde ruimte onder het plafond voor 2017 toegevoegd aan het provinciefonds.
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
41,6 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
41,6 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
41,6 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
983 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Saldo 2017 investeren in waterveiligheid |
34,9 |
||
Diversen |
– 35,6 |
||
– 0,7 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 4,6 |
||
– 4,6 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 5,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
977,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
977,7 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
983 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,7 |
||
– 0,7 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 4,6 |
||
– 4,6 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 5,4 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
977,7 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
977,7 |
Saldo 2017 investeren in waterveiligheid
De per saldo hogere uitgaven worden hoofdzakelijk veroorzaakt door de sneller dan verwachtte realisatie van een aantal projecten (57,5 mln.). Daarnaast is op het Tweede Hoogwaterbeschermingsproramma (HWBP-2) sprake van een lagere realisatie omdat er geen beroep is gedaan op de post onvoorzien (– 24,5 mln.).
Diversen – beleidsmatige mutaties uitgaven
Deze post bestaat voornamelijk uit saldo op de artikelen Investeren in Waterkwaliteit (– 11,7 mln.), Investeren in Zoetwatervoorziening (– 10,2 mln.) en Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven (– 9,1 mln.).
1) Op het artikel Investeren in Waterkwaliteit is per saldo minder uitgegeven dan verwacht door bijstelling van de planning en voortgang op de kaderrichtlijn water, met name als gevolg van vertragingen van enkele projecten in de tweede tranche. De gestelde eindmijlpalen blijven staan.
2) Op het artikel Investeren in Zoetwatervoorziening is minder uitgegeven dan verwacht met name door vertraging in het Europese aanbestedingstraject Roode Vaart, het niet verstrekken van de voorgenomen subsidie Brielse Meer en er is sprake van een lagere subsidiebetaling op het project kleinschalige wateraanvoer.
3) Op het artikel Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven is in 2017 geen aanspraak gemaakt op een reservering voor eventuele data migratie- en frictie kosten voor Basisregistratie Ondergrond. Daarnaast heeft Rijkswaterstaat de kosten voor de Basis ICT binnen het projectbudget kunnen opvangen.
Diversen – technische mutaties ontvangsten
Deze post omvat twee elementen:
1) Diverse overboekingen waarmee in totaal – 8,8 mln. uit het Deltafonds via de IenM-begroting (HXII) wordt overgeheveld naar andere departementale begrotingen, het Provinciefonds, Gemeentefonds en BTW-compensatiefonds. De grootste overboeking is een bijdrage aan de provincie Limburg voor het project Ooijen Wanssum (– 5,2 mln.).
2) Diverse desalderingen van totaal 4,2 mln.
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|
---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
– 1.651 |
||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Invullen in=taakstelling |
1.690,3 |
||
Reservering wederopbouw saba en sint eustatius |
67 |
||
Reservering wederopbouw sint maarten |
550 |
||
Sociale zekerheid |
|||
Invullen in=uit-taakstelling |
86,5 |
||
2.393,8 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Liquiditeitssteun sint maarten |
– 41 |
||
– 41 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
2.352,8 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
701,8 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
701,8 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 (excl. IS) |
0 |
||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 (subtotaal) |
0 |
||
Totaal Internationale samenwerking |
0 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
0 |
Invullen in=uit-taakstelling
Ministeries hebben budget via de zogenoemde eindejaarsmarge meegenomen uit 2016 naar 2017. In het voorjaar van 2017 is in totaal 1,8 mld. eindejaarsmarge toegevoegd aan de departementale begrotingen. Om te voorkomen dat het toevoegen van deze middelen uit 2016 aan de departementale begrotingen leidde tot een overschrijding van het uitgavenkader in 2017, is gelijktijdig een tegenboeking onder het uitgavenkader op de Aanvullende Post van Financiën gedaan van gelijke omvang, de zogenoemde in=uit-taakstelling (waarvan 1,7 mln. op kader RBG-eng en 0,1 mld. op kader SZA). In deze Najaarsnota wordt de taakstellende onderuitputting volledig ingevuld met onderuitputting en met meevallende uitgaven die in 2017 op de departementale begrotingen zijn opgetreden.
Reservering wederopbouw Saba en Sint Eustatius
Het kabinet heeft besloten dat voor de wederopbouw van de openbare lichamen Saba en Sint Eustatius eenmalig 67 mln. beschikbaar wordt gesteld. Deze middelen zijn toegevoegd aan de Aanvullende Post. Op basis van doelmatige bestedingsplannen zullen de middelen worden overgeheveld naar de begroting van Koninkrijksrelaties.
Reservering wederopbouw Sint Maarten
In de ministerraad van 10 november is besloten dat er een bedrag van 550 miljoen wordt toegevoegd voor de wederopbouw van Sint Maarten aan de Aanvullende Post. Indien Sint Maarten instemt met de door Nederland gestelde voorwaarden ten aanzien van het instellen van een integriteitkamer en adequaat grenstoezicht, is Nederland bereid tot 2021 bij te dragen aan de wederopbouw van Sint Maarten.
Op basis van een doelmatig bestedingsplan zal het budget worden overgeboekt van de Aanvullende Post naar de begroting van Koninkrijksrelaties. Vervolgens zal het budget in tranches worden verstrekt ten behoeve van de wederopbouw van Sint Maarten, waarbij er tussentijdse evaluaties plaatsvinden om doelmatige en rechtmatige besteding zeker te stellen en de bijdragen zo nodig te kunnen heroverwegen. De besteding van de Nederlandse bijdrage zal voor een wezenlijk deel plaatsvinden via internationale organisaties. De bijdrage kan vorm krijgen in leningen, giften of inzet in natura.
Liquiditeitssteun Sint Maarten
Er is afgesproken dat Nederland 41 mln. reserveert ten behoeve van eventuele liquiditeitssteun aan Sint Maarten voor 2017. Dit bedrag is overgeheveld naar BZK vanuit de geserveerde 550 mln. op de aanvullende post bij financiën voor de wederopbouw van Sint Maarten.
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
4.708,8 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
– 0,6 |
||
– 0,6 |
|||
Beleidsmatige mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Asiel |
32,8 |
||
Dggf |
– 36,5 |
||
Eu-vergoeding relocatie |
– 18,5 |
||
Nog te verdelen |
16,3 |
||
Noodhulp |
26 |
||
Opvang in de regio |
– 50 |
||
Private sector en investeringsklimaat |
21,6 |
||
Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten |
16,9 |
||
Diversen |
– 26,4 |
||
– 17,8 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
12,5 |
||
12,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
– 5,9 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
4.702,9 |
2017 |
|||
---|---|---|---|
Stand Miljoenennota 2018 |
160,2 |
||
Mee- en tegenvallers |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
3,8 |
||
3,8 |
|||
Technische mutaties |
|||
Rijksbegroting in enge zin |
|||
Diversen |
12,5 |
||
12,5 |
|||
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2018 |
16,3 |
||
Stand Najaarsnota 2017 |
176,6 |
Diversen (alle uitgaven, mee- en tegenvallers, rijksbegroting enge zin)
Deze post betreft een som van mutaties waarvan de grootste zich voordoen op de begrotingen van Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie. De apparaatsuitgaven van Buitenlandse Zaken nemen per saldo toe. Dit kent een aantal oorzaken. Er zijn extra kosten gemaakt op het apparaatbudget zoals huurkosten die verband houden met de verhuizing naar de Rijnstraat, hogere kosten voor veiligheidsonderzoeken en ICT-uitgaven. Op de begroting van VenJ heeft het afbetalen van de schuld bij het Rijksvastgoedbedrijf (egalisatieschuld) vertraging opgelopen.
Asiel
Kosten voor de eerstejaarsopvang van asielzoekers worden volgens afspraken binnen OESO-DAC toegerekend aan ODA (official development assistance). Op basis van de reguliere herijking van de raming is de instroomraming voor 2017 bijgesteld van 41.000 naar 40.100. De ODA-toerekening wordt daarom naar beneden bijgesteld. VenJ boekt 32,8 mln. terug naar de begroting van BHOS.
DGGF
Het Dutch Good Growth Fund (DGGF) heeft als doel het bevorderen van handel en investeringen van het MKB in ontwikkelingslanden en Nederlandse bedrijven die in ontwikkelingslanden willen investeren. Vanaf 2014 is meerjarig 700 mln. beschikbaar om het fonds te voeden, waarna het DGGF moet revolveren. De beschikbare middelen voor 2017 zijn niet volledig uitgeput.
EU-vergoeding relocatie
Nederland ontvangt een Europese vergoeding voor de relocatie van vluchtelingen uit Griekenland en Italië die wordt gedeeld door VenJ en BHOS. De ontvangstenraming is op de begroting van VenJ opgenomen. Het aantal relocanten blijft achter bij de oorspronkelijke verwachting. BHOS boekt het aandeel in de lager verwachte ontvangsten terug naar VenJ.
Nog te verdelen
De mutatie betreft een som van mutaties van ODA-middelen die binnen de HGIS in 2017 niet tot besteding zijn gekomen. De middelen worden geparkeerd op het verdeelartikel.
Noodhulp
Deze mutatie betreft een verhoging van het budget voor humanitaire hulp. Het gaat om extra middelen aan UNRWA (6 mln.), WFP (8,8 mln.) en UNHCR (8 mln.). Ook wordt 3,2 mln. toegevoegd aan het noodhulpbudget om in te kunnen spelen op eventuele acute noodsituaties.
Opvang in de regio
Het is moeilijk gebleken om de middelen voor «Opvang in de regio» geheel te besteden in 2017. De verplichtingen zijn reeds aangegaan, maar een deel van de betalingen kan pas in 2018/2019 worden gedaan.
Private sector en investeringsklimaat
De Wereldbank start een fonds om vrouwelijke ondernemers in ontwikkelingslanden te ondersteunen. Deze mutatie betreft o.a. een bijdrage aan dit Women Entrepreneurs Financing Initiative (We-Fi).
Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten
Het budget wordt verhoogd met middelen voor She Decides (13,6 mln.) en het budget van Global Fund to Fight AIDS, Tuberculosis and Malaria (GFATM) wordt verhoogd met 3,3 mln. waarmee invulling gegeven wordt aan de motie Van Laar en Veldhoven (Kamerstuk 34 550 XVII, nr. 29).
Diversen (ontvangsten, mee- en tegenvallers, beleidsmatige mutaties – rijksbegroting enge zin)
Deze post betreft een som van mutaties van o.a. terugbetalingen van leningen door de EIB en de Wereldbank die hoger zijn dan geraamd. Daarnaast zijn er meer ontvangsten door verkoop van roerende zaken op posten.
Zie voor een nadere toelichting de aankomende 20e halfjaarsrapportage van de Belastingdienst.
In het algemeen geldt dat de endogene ontwikkeling geraamd wordt met een macro-economisch model, en dus in werkelijkheid anders kan uitvallen. Ook de vooraf geraamde en ingeboekte effecten van beleid kunnen in werkelijkheid anders uitpakken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34845-1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.