34 541 Voorstel van wet van de leden Voortman en Kuiken tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 in verband met het verankeren van het belang van het kind

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is artikel 3 van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind te verankeren in de Vreemdelingenwet 2000 teneinde de specifieke belangen van minderjarige vreemdelingen een meer prominente plek te geven in de procedure tot het verkrijgen van een verblijfsvergunning;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In de Vreemdelingenwet 2000 wordt na artikel 13 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 13a

  • 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 13 wordt een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning van een vreemdeling die minderjarig is dan wel van een van zijn ouders ingewilligd, indien de belangen van de vreemdeling die minderjarig is ernstig worden bedreigd bij afwijzing van de aanvraag, tenzij het algemeen belang zich daar in het specifieke geval tegen verzet.

  • 2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de toepassing van het eerste lid.

ARTIKEL II

Artikel 13a van de Vreemdelingenwet 2000 is niet van toepassing met betrekking tot de behandeling van het bezwaar of beroep tegen een beschikking op een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning die voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet is bekendgemaakt.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Naar boven