33 576 Natuurbeleid

Nr. 107 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 juni 2017

Tijdens het Algemeen Overleg Landbouw- en Visserijraad van 11 mei jongstleden (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1023) heb ik toegezegd om schriftelijk te reageren op de kritiek van de Europese groene organisaties op het actieplan Vogel- en Habitatrichtlijn. Met deze brief voldoe ik aan mijn toezegging.

Op 2 juni jl. heeft uw Kamer in een BNC-fiche de reactie van het kabinet ontvangen op het «Actieplan voor de natuur, de mensen en de economie» van de Europese Commissie.

Zoals ook door de groene organisaties aangegeven is het actieplan een belangrijke stap in de goede richting om de doelen van de biodiversiteitsstrategie te behalen. Vanwege het aflopen van het mandaat van de huidige Europese Commissie is er echter weinig tijd voor uitvoering. Dit beperkt de mogelijkheden voor een zichtbaar resultaat voor de EU-biodiversiteitsdoelen, zoals een verbeterde staat van instandhouding van soorten en habitattypen.

De kritiek van de groene organisaties is met name dat bepaalde punten niet in het actieplan geadresseerd worden. Zoals aangegeven in het BNC-fiche is Nederland het hier deels mee eens. Zo is het bijvoorbeeld niet mogelijk om aan te haken op de uitkomsten van de modernisering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid omdat die parallel aan het actieplan loopt. Ook kunnen op dit moment geen nieuwe fondsen beschikbaar gesteld worden omdat het financieel kader tot 2020 vast ligt. Nederland verwacht wel dat het actieplan zal bijdragen aan het bij elkaar laten komen van de verschillende Europese fondsen. Nederland is voorstander van een betere integratie tussen de verschillende Europese beleidsvelden. Voorwaarde hiervoor is een gemeenschappelijke visie over het landgebruik in Europa, waar natuurinclusieve landbouw onderdeel vanuit maakt.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven