Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 januari 2013
De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 20 december 2012
verzocht om een reactie op berichtgeving in de media dat het kabinet de uitkeringen
aan gerechtigden in Marokko wil stoppen.
Voor het eerst in april 2011 is Marokko verzocht om onderhandelingen te beginnen over
aanpassing van het bilaterale socialezekerheidsverdrag tussen Nederland en Marokko.
Aanpassing van dit verdrag is noodzakelijk om met betrekking tot Marokko uitvoering
te geven aan het voornemen de export van kinderbijslagen naar landen buiten de EU
te stoppen en de vergoeding van zorgkosten bij tijdelijk verblijf in landen buiten
de EU te beëindigen.
Sindsdien is dit verzoek op verschillende manieren herhaald maar tot op heden is Marokko
niet ingegaan op deze herhaalde verzoeken. Conform het gestelde in de brief van 22 december
2010 (Kamerstukken II, 2010–2011, 32 500 XV, nr. 57) is dit voor het kabinet aanleiding geweest om zich op 30 november 2012 te beraden
op de opstelling van Marokko en op de vraag welke consequenties het daaraan zal verbinden.
Het kabinet is daarbij tot de conclusie gekomen dat wanneer er geen bevredigende uitkomst
is van het overleg met Marokko, het een wetsvoorstel houdende de goedkeuring van de
opzegging van het socialezekerheidsverdrag met Marokko zal indienen bij het parlement.
Opzeggen van het verdrag zou tot gevolg hebben dat mensen die vanuit Nederland terugkeren
naar Marokko nadat het verdrag daadwerkelijk buitenwerking is getreden dit niet langer
kunnen doen met behoud van een uitkering. De AOW is hierbij uitgezonderd. Op basis
van overgangsrecht geldt dat voor mensen die al in Marokko wonen, hun uitkeringen
zullen blijven doorlopen met uitzondering van de kinderbijslagen.
Het blijft mijn inzet om ook met Marokko door middel van onderhandelingen te komen
tot aanpassing van het bilaterale socialezekerheidsverdrag. Voor de aanpassing van
het verdrag is aanvaarding door de Eerste Kamer van het wetsvoorstel herziening exportbeperking
kinderbijslag een vereiste.
Zoals ik tijdens het debat in de Eerste Kamer over het wetsvoorstel herziening exportbeperking
kinderbijslag heb toegezegd zal ik blijven proberen om met Marokko onderhandelingen
te beginnen.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher