33 400 V Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) en van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2013

Nr. 115 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 februari 2013

Op 4 en 5 maart 2013 vindt in Oslo de «International Conference on the Humanitarian Impact of Nuclear Weapons» plaats. Nederland zal, op uitnodiging van de Noorse Minister van Buitenlandse Zaken Eide, hieraan deelnemen1.

Conform mijn toezegging tijdens de Begrotingsbehandeling Buitenlandse Zaken op 19 december (Handelingen II, 2012/2013, nr. 37, item 7, blz. 44–100) en in lijn met de motie-Omtzigt van dezelfde dag (Kamerstuk 33 400 V, nr. 65) informeer ik uw Kamer hierbij over de inzet van de Nederlandse delegatie voor deze conferentie.

Allereerst hecht ik eraan te benadrukken dat de conferentie in Oslo geen ontwapeningsconferentie is en dat het evenmin gaat om een bijeenkomst waar over een slottekst onderhandeld wordt. De Noorse organisatoren willen door middel van deze conferentie een platform bieden voor een open, feitelijke discussie tussen experts over de humanitaire gevolgen van de detonatie van een nucleair wapen.

De conferentie in Oslo biedt gelegenheid voor informatie-uitwisseling over de humanitaire gevolgen van een nucleaire explosie en hoe daarop gereageerd zou moeten worden. De Nederlandse delegatie zal hieraan deelnemen zodat de eigen Nederlandse analyse en aanpak vergeleken kan worden met die van anderen. Ook zullen elementen van de specifiek Nederlandse aanpak worden ingebracht, zoals bijvoorbeeld de nauwe samenwerking tussen civiele en militaire instanties tijdens crisissituaties.

Verder zal de delegatie uitdragen dat Nederland streeft naar een wereld zonder kernwapens en benadrukken dat het een gezamenlijke verantwoordelijkheid is dat, zolang kernwapens bestaan, hun beveiliging voorop staat.

De conferentie in Noorwegen betreft geen ministeriële bijeenkomst, maar een overleg op expert-niveau. Aan de hand van het programma van de conferentie is, in samenspraak met de Ministeries van Defensie en Veiligheid en Justitie, een interdepartementale delegatie samengesteld die qua expertise actieve deelname aan alle onderdelen van de conferentie mogelijk maakt. De delegatie bestaat uit vertegenwoordigers van de Ministeries van Buitenlandse Zaken, Defensie en Veiligheid en Justitie.

Zoals ik tijdens het AO NAVO van 21 november jl. (Kamerstuk 28 676, nr. 171) heb toegezegd, zal ik de Kamer in het voorjaar per brief separaat informeren over de Nederlandse visie op nucleaire ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie.

De minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven