33 090 X Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2011 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 20 december 2011

De vaste commissie voor Defensie1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie,

Van Beek

De griffier van de commissie,

Roovers

1

Zijn er wijzigingen opgetreden in de investeringsquote? Zo ja, hoe is deze gewijzigd? Wat is de actuele investeringsquote?

De investeringsquote is niet gewijzigd ten opzichte van de eerste suppletoire begroting en bedraagt 16,1 procent.

2

Is er geschoven met materieelinvesteringen? Zo ja, welke, hoeveel en waarom?

Er zijn geen projecten verschoven ten opzichte van de eerste suppletoire begroting. Wel is vertraging opgetreden bij een aantal projecten, met name het helikopterproject NH-90, «Chinook vier plus twee» en «Groot pantserwielvoertuig» (Boxer). Deze vertraging heeft geen effect op het financiële volume van deze projecten. De totale vertraging betreft ongeveer € 90 miljoen.

3, 4, 5 en 8

Waar komen de grote mutaties bij crisisbeheersingsoperaties onder het kopje «Vrede en stabiliteit in Afghanistan» vandaan?

Hoe verklaart u de grote mutaties bij artikel 20?

Hoe komt het dat de ramingen bij artikel 20 op een aantal posten er zo ver naast zitten?

Kan nader worden toegelicht wat de uitgangspunten uit de oorspronkelijke raming van de Kunduz-missie waren, welke uitgangspunten zijn bijgesteld en op welke posten nu in totaal ruim 40 miljoen euro minder nodig is?

De mutaties onder crisisbeheersingsoperaties (€ 137,2 miljoen) zijn het gevolg van de verlaging van de uitgaven voor de missies ISAF (€ 52 miljoen) en GPM Kunduz (€ 59 miljoen), de uitgaven voor de kleine «overige missies» (€ 5 miljoen) en de vrijval uit de voorziening HGIS (€ 21 miljoen). Voor € 30 miljoen betreft het geen vrijval maar het doorschuiven van verplichtingen naar 2012 via de eindejaarsmarge.

De verlaging van de uitgaven voor de missies kent verscheidene oorzaken. Zo is de onderrealisatie bij de ISAF redeployment het gevolg van de kleinere omvang van de Taskforce, de eerder dan voorziene afbouw van de voorzieningen in Uruzgan en lagere uitgaven voor transport en herstel van materieel. Daarnaast wordt bij de redeployment een deel van het materieel niet hersteld maar afgestoten als gevolg van de maatregelen uit de beleidsbrief Defensie na de kredietcrisis (Kamerstuk 32 733, nr. 1).

De aanpassing van de Kunduz-missie houdt verband met de gefaseerde opbouw van de missie vanaf 1 mei 2011, de latere verhuizing van de F-16»s en ondersteunende elementen vanuit het zuiden naar Mazar-e-Sharif en de latere realisatie van delen van de infrastructuur. Operatie Unified Protector boven Libië is per 1 november beëindigd, terwijl er rekening was gehouden met een langere duur, meer vlieguren en meer transportcapaciteit.

De planning van een missie gaat nooit uit van de meest beperkte variant. Gedurende de inzet ontstaan nieuwe inzichten waardoor in voorkomend geval ramingen worden aangepast. Er zijn in 2011 verplichtingen aangegaan die in latere jaren tot realisatie komen. De monitoring van de realisatie en de onderliggende ramingssystematiek worden de komende tijd doorgelicht.

4

Hoe verklaart u de grote mutaties bij artikel 20?

Zie het antwoord op vraag 3.

5

Hoe komt het dat de ramingen bij artikel 20 op een aantal posten er zo ver naast zitten?

Zie het antwoord op vraag 3.

6 en 11

Hoe verklaart u de mutaties in het logistieke deel van artikel 25? Hoe zijn deze mutaties uiteen te zetten?

Is het bedrag van exact 75 miljoen euro dat nu vrijvalt op de exploitatie een soort taakstelling die nu is ingevuld? Waar komt dit bedrag vandaan en waar is precies op bespaard?

Als gevolg van de taakstelling uit het regeerakkoord zijn dit voorjaar bezuinigingsmaatregelen genomen die zijn uiteengezet in de beleidsbrief. In de periode tussen de vaststelling van het regeerakkoord en het versturen van de beleidsbrief is Defensie zeer terughoudend omgegaan met het aangaan van verplichtingen, niet alleen voor investeringen maar ook voor exploitatie. Als gevolg daarvan worden bestellingen die in 2011 zijn gedaan pas in 2012 of later geleverd en betaald en is er gedurende 2011 minder uitgegeven.

7, 9, 10 en 15

Waar wordt de onderuitputting op crisisbeheersingsoperaties voor aangewend?

Hoe is de hoogte van het bedrag van 107,2 miljoen euro bepaald dat nu wordt doorgesluisd naar de Defensiebegroting voor compensatie veteranen? Waarvoor wordt het overige deel van de totale 117 miljoen euro onderuitputting op crisisbeheersingsoperatie aangewend?

In welke jaren komen welke bedragen ten goede aan de Defensiebegroting? Wanneer wordt dit in de begroting verwerkt?

Kunt u specifiek aangeven uit welke post van de reguliere defensiebegroting het restant van de schadeloosstelling veteranen van 2,8 miljoen euro komt?

Van de onderuitputting op crisisbeheersingsoperaties van € 137,2 miljoen wordt € 30 miljoen gebruikt om verplichtingen uit 2011 te voldoen die doorschuiven naar 2012. De resterende € 107,2 miljoen is bestemd voor de schaderegeling voor veteranen. Voor deze schaderegeling is in totaal € 110 miljoen gereserveerd. Hiervan komt € 2,8 miljoen, alsmede het opwaartse risico, ten laste van de defensiebegroting. Dit bedrag is opgenomen onder de post departementsbrede uitgaven op niet-beleidsartikel 90 algemeen. De schaderegeling zal naar verwachting in 2012 en 2013 worden uitbetaald. De doorschuif vanuit 2011 naar deze jaren loopt via de reguliere eindejaarsmarge. Zie ook het antwoord op vraag 33.

8

Kan nader worden toegelicht wat de uitgangspunten uit de oorspronkelijke raming van de Kunduz-missie waren, welke uitgangspunten zijn bijgesteld en op welke posten nu in totaal ruim 40 miljoen euro minder nodig is?

Zie het antwoord op vraag 3.

9

Hoe is de hoogte van het bedrag van 107,2 miljoen euro bepaald dat nu wordt doorgesluisd naar de Defensiebegroting voor compensatie veteranen? Waarvoor wordt het overige deel van de totale 117 miljoen euro onderuitputting op crisisbeheersingsoperatie aangewend?

Zie het antwoord op vraag 7.

10

In welke jaren komen welke bedragen ten goede aan de Defensiebegroting? Wanneer wordt dit in de begroting verwerkt?

Zie het antwoord op vraag 7.

11

Is het bedrag van exact 75 miljoen euro dat nu vrijvalt op de exploitatie een soort taakstelling die nu is ingevuld? Waar komt dit bedrag vandaan en waar is precies op bespaard?

Zie het antwoord op vraag 6.

12, 16, 20, 29, 31 en 38

Kan de totale tegenvaller van alle verkoopopbrengsten (DMO en CDC) nader worden uitgesplitst naar objecten en materieel inclusief een inhoudelijke toelichting op de oorzaken waarom het in 2011 niet gelukt is de geraamde opbrengst te realiseren?

Kunt u nader ingaan op de «andere fasering van de opbrengsten uit verkoop van materieel en onroerende zalen die op de ontvangstenbegroting van de DMO en het CDC verantwoord worden»?

Kunt u de Kamer specifieker informeren over de neerwaartse bijstelling van de ontvangsten uit verkopen van materieel en onroerende goederen?

Waarom is het materieel nog niet verkocht en wat zijn hier de gevolgen van voor de begroting van 2012?

Verwacht u het materieel alsnog voor de geraamde prijs te verkopen? Zo nee, waarom niet?

Welk deel van de ruim 52 miljoen euro niet gerealiseerde opbrengsten is een echte tegenvaller (en wordt niet meer gerealiseerd) en welk deel is een vertraging en wordt alsnog in 2012 gerealiseerd? Geven uitgestelde verkoopopbrengsten in 2011 extra ruimte op de begroting 2012? Zo ja, waar en hoeveel?

Bij de € 52 miljoen aan niet gerealiseerde verkoopopbrengsten gaat het voor € 20,7 miljoen om materieel en voor € 30,9 miljoen om vastgoed. Het Materieelprojectenoverzicht 2011 van september jl. (Kamerstuk 27 830, nr. 90) bevat een overzicht van het af te stoten defensiematerieel. De tegenvaller bij het nog niet verkochte defensiematerieel is het gevolg van de ongunstige marktomstandigheden. Er is veel concurrentie en bovendien hebben potentiële kopers slinkende defensiebudgetten. Ook de vastgoedmarkt is ongunstig. Toch zullen naar verwachting de komende jaren het nodige materieel en vastgoed worden verkocht. De opbrengsten zijn echter afhankelijk van het resultaat van onderhandelingen. Voorzichtigheidshalve worden de opbrengsten conservatief geraamd.

De in 2011 gemiste opbrengst wordt doorgeschoven naar 2012 en verhoogt daarmee het uitgavenbudget. Van de in de ontwerpbegroting 2012 verwachte materieelverkoopopbrengsten van € 180 miljoen bestaat ongeveer € 150 miljoen uit zekere opbrengsten in de vorm van termijnbetalingen van al in voorgaande jaren gesloten contracten.

13, 14, 40, 43

Kan nader worden toegelicht waarom er op artikel 80 een bedrag van 80 miljoen euro geparkeerd stond dat nu vrijvalt? Van welke onderdelen van de begroting was dit budget oorspronkelijk afkomstig?

Kan geconcludeerd worden dat een onverdeeld bedrag van 80 miljoen euro dat via de eindejaarsmarge doorschuift naar 2012 leidt tot 80 miljoen extra uitgavenruimte op de Defensiebegroting 2012?

Op welke wijze gaat u de 80 miljoen euro uitgeven die dit jaar niet meer tot betaling komt en meegenomen wordt in de begroting 2012?

Kan nader worden toegelicht waarom er op artikel 80 een bedrag van 80 miljoen euro geparkeerd stond dat nu vrijvalt? Van welke onderdelen van de begroting was dit budget oorspronkelijk afkomstig?

Op de defensiebegroting komt in 2011 € 80 miljoen minder tot realisatie dan begroot. Dit is het gevolg van het stilzetten van materieel door de maatregelen uit de beleidsbrief en het doorschuiven van de nog niet verdeelde loonbijstelling op niet-beleidsartikel 80 nominaal en onvoorzien. Daarnaast is Defensie voorafgaand aan de verzending van de beleidsbrief terughoudend geweest met het aangaan van nieuwe verplichtingen. Mede door de lange duur van verwervingsprocessen schuift de realisatie van verschillende projecten door naar 2012. Dit heeft in het bijzonder gevolgen voor beleidsartikel 25 DMO.

Het bedrag dat in 2011 niet tot betaling komt, schuift via de eindejaarsmarge door naar 2012 en zal in dat jaar alsnog tot betaling komen. De nog niet verdeelde loonbijstelling wordt in 2012 weer toegevoegd aan niet-beleidsartikel 80 nominaal en onvoorzien. Defensie heeft een eindejaarsmarge van maximaal € 136 miljoen.

14

Kan geconcludeerd worden dat een onverdeeld bedrag van 80 miljoen euro dat via de eindejaarsmarge doorschuift naar 2012 leidt tot 80 miljoen extra uitgavenruimte op de Defensiebegroting 2012?

Zie het antwoord op vraag 13.

15

Kunt u specifiek aangeven uit welke post van de reguliere defensiebegroting het restant van de schadeloosstelling veteranen van 2,8 miljoen euro komt?

Zie het antwoord op vraag 7.

16

Kunt u nader ingaan op de «andere fasering van de opbrengsten uit verkoop van materieel en onroerende zaken die op de ontvangstenbegroting van de DMO en het CDC verantwoord worden»?

Zie het antwoord op vraag 12.

17

De raming van de ISAF Redeployment is met 52 miljoen euro naar beneden bijgesteld, waarvan 11 miljoen euro wordt doorgeschoven naar 2012. Kunt u uiteenzetten waar de overige 41 miljoen euro voor wordt aangewend binnen de defensiebegroting?

De overige € 41 miljoen maakt deel uit van het bedrag dat wordt gereserveerd voor de schaderegeling voor veteranen.

18

Kunt u een overzicht geven van alle materieelschenkingen aan internationale partners in het missiegebied tijdens en na de redeployment?

Nederland heeft tijdens en na de redeployment het volgende materieel aan internationale partners geschonken:

  • (brandweer)voertuigen;

  • (werkplaats)containers;

  • zuurstofflessen;

  • veegmatten;

  • kluizen;

  • antennes en masten;

  • tenten;

  • mobiele schakelkasten;

  • aggregaten;

  • kachels;

  • watertanks.

De schenkingen zijn gedaan aan Australië, België, Estland, Singapore en de Verenigde Staten.

19

Kunt u een toelichting geven op de innovatieprojecten «slikkerstoilet» en mindfullness?

De pilots van de innovatieprojecten «slikkerstoilet» en «mindfullness» zullen in de eerste helft van 2012 van start gaan. Met het project «slikkerstoilet» wordt onderzocht in hoeverre de zogenaamde slikkerstoiletten die worden ingezet bij verdachten van het slikken van drugsbolletjes, verder kunnen worden geautomatiseerd ten behoeve van een hygiënischere en doelmatigere werkwijze. Het doel is te besparen op personele inzet en de controle op en de kwaliteit van het werk te verbeteren.

Het andere project betreft een onderzoek naar de toepassing van het concept «mindfullness» dat is gericht op grotere aandacht van bewakings- en beveiligingspersoneel voor de omgeving. De bedoeling is de concentratie en alertheid van het personeel te verhogen om de kwaliteit van het werk te verbeteren en de doelmatigheid te vergroten. Dit project spoort met de aanbevelingen van de Commissie Evaluatie Beleidsplan KMar 2010 (Kamerstuk 30 176, nr. 30). De Koninklijke marechaussee streeft ernaar de werkzaamheden aantrekkelijker te maken en de werkbeleving en zingeving positief te beïnvloeden.

20

Kunt u de Kamer specifieker informeren over de neerwaartse bijstelling van de ontvangsten uit verkopen van materieel en onroerende goederen?

Zie het antwoord op vraag 12.

21

Op welke Nederlandse ambassades worden de twee KMar Liaisons ingezet?

De twee liaisons van de Koninklijke marechaussee worden ingezet op de Nederlandse ambassades in Kenia en Peru.

22

Welke gevolgen hebben de herschikkingen van de exploitatie- en investeringsbudgetten op het artikel Nominaal en onvoorzien voor de nieuwe investeringen, bijvoorbeeld op het gebied van cyber?

De herschikkingen van de exploitatie- en investeringsbudgetten hebben geen gevolgen voor nieuwe investeringen en intensiveringen.

23 en 37

Welke uitgaven voor DMO worden niet gedaan vanwege de latere ontvangsten uit de verkoop van gronden en materieel?

Wat wordt bedoeld met «vertraagde verkoop opbrengsten ten laste van vertraagde projecten brengen»? Betekent dit dat de NH-90 en de Boxer in 2011 bewust vertraagd zijn omdat er een tegenvaller was van ruim 52 miljoen euro bij het verkopen van materiële en onroerende goederen?

De mutaties in de ontvangsten- en uitgavenbegroting hebben een autonoom karakter. Er is derhalve geen oorzakelijk verband tussen de vertraagde verkoopopbrengsten en de lagere uitgaven als gevolg van vertraging bij de projecten NH-90, Chinook vier plus twee en Boxer. Een deel van de voor deze projecten begrote uitgaven zullen daarom niet in 2011, maar in 2012 worden gedaan. Er is geen sprake van een bewuste vertraging of van het schrappen van uitgaven.

24 en 25

Waar in de wijziging samenhangende met de Najaarsnota 2011 is het bedrag van ruim 100 miljoen euro terug te vinden dat u aangaf «over» te hebben (Wetgevingsoverleg 7 november jl.)?

Wordt het bedrag dat «over» is in 2012 uitgegeven? Zo ja, waaraan en welke post wordt in 2012 met ditzelfde bedrag in mindering gebracht?

De tijdens het wetgevingsoverleg genoemde bedrag van ruim € 100 miljoen vindt u terug op pagina 7 van de tweede suppletoire begroting, mutatie 3 Herschikking defensieonderdelen. Het bedrag betreft een mutatie van – € 101,6 miljoen op het beleidsartikel DMO. Deze mutatie maakt deel uit van een totale herschikking tussen de beleidsartikelen in 2011. Het gaat hierbij niet om een bedrag dat wordt doorgeschoven naar 2012. Op het bedrag dat wel wordt doorgeschoven naar volgend jaar wordt ingegaan in het antwoord op vraag 13.

25

Wordt het bedrag dat «over» is in 2012 uitgegeven? Zo ja, waaraan en welke post wordt in 2012 met ditzelfde bedrag in mindering gebracht?

Zie het antwoord op vraag 24.

26

Wat zijn de verwachtingen ten aanzien van de verkoop en dus de opbrengsten van het materieel in 2011? Wordt het voor 2011 geraamde bedrag aan verkopen gehaald?

De verlaagde raming van de verkoopopbrengsten in 2011 bedraagt ongeveer € 200 miljoen. Dat bedrag bestaat voornamelijk uit opbrengsten uit termijnbetalingen van in voorgaande jaren gesloten contracten. De verwachting is dat de raming wordt gehaald. Zie ook het antwoord op vraag 12.

27

Is de verwachting dat in 2011 de ontvangsten uit de verkoop van vastgoed zoals geraamd nog worden gehaald? Zo nee, wat is hier de reden van?

Rekening houdend met de verlaging in de tweede suppletoire begroting bedraagt de raming voor de ontvangsten uit de verkoop van vastgoed in 2011 ongeveer € 67 miljoen. De verwachting is dat deze raming wordt gehaald.

28

Welk aandeel van de 123,3 miljoen euro aan lagere uitgaven wordt gevormd door de «doorlooptijden van verwerving en levering»? Wordt dit deel van het bedrag doorgeschoven naar de begroting 2012 ten behoeve van dezelfde posten?

De mutatie die voortkomt uit het uitstel van grote uitgaven en de doorlooptijden van verwerving en levering betreft € 75 miljoen. Deze uitgaven worden grotendeels doorgeschoven naar de begroting van 2012.

29

Waarom is het materieel nog niet verkocht en wat zijn hier de gevolgen van voor de begroting van 2012?

Zie het antwoord op vraag 12.

30

Wat zijn de gevolgen van de uitstel van aanschaf van materieel voor de Defensieorganisatie?

Het doorschuiven van investeringen naar latere jaren betreft in veel gevallen programma’s voor de modificatie of de vervanging van reeds bestaande defensiecapaciteiten waarbij het projectvolume niet wijzigt.

31

Verwacht u het materieel alsnog voor de geraamde prijs te verkopen? Zo nee, waarom niet?

Zie het antwoord op vraag 12.

32

Wat heeft het opleiden van Afghaanse agenten in Kunduz Nederland tot nu toe per agent gekost?

De exacte kosten van een opgeleide Afghaanse agent zijn pas te berekenen aan het einde van de missie als bekend is hoeveel agenten in totaal zijn opgeleid en welke kosten daarvoor zijn gemaakt. Bij de uitgaven voor de missie gaat het niet alleen om het opleiden en trainen van Afghaanse agenten. Ook aan de inzet van de F-16»s en de opsporing van bermbommen zijn kosten verbonden. Bovendien is 2011 een jaar waarin de missie is opgebouwd en veel aanloopkosten zijn gemaakt.

33 en 34

Wanneer wordt de ereschuld aan veteranen uitgekeerd? Welke stappen moeten nog genomen worden voordat overgegaan kan worden tot uitkering van de ereschuld?

Wat wordt bedoeld met «een eventueel opwaarts risico» dat uit de reguliere Defensiebegroting gefinancierd moet worden? Welk risico kan dat zijn? Hoe groot is dat risico maximaal?

De schaderegeling voor de groep «oude» veteranen zal in overleg met de centrales van overheidspersoneel zo snel mogelijk worden uitgewerkt. De uitvoering van de regeling is voorzien voor 2012 en 2013.

Het bedrag van € 110 miljoen is een raming van de omvang van de programmalasten en de uitvoeringskosten van de regeling. Thans onvoorziene overschrijdingen van dit bedrag komen ten laste van de defensiebegroting, niet zijnde beleidsartikel 20.

34

Wat wordt bedoeld met «een eventueel opwaarts risico» dat uit de reguliere Defensiebegroting gefinancierd moet worden? Welk risico kan dat zijn? Hoe groot is dat risico maximaal?

Zie het antwoord op vraag 33.

35

Is de fasering van de opbrengsten uit verkoop van materieel en onroerende zaken de enige reden dat de uitgavenbegroting neerwaarts is bijgesteld? Zo nee, welke andere redenen zijn hiervoor?

Naast de fasering van de verkoopopbrengsten is de uitgavenbegroting verlaagd in verband met lagere uitgaven bij het niet-relevante deel van de pensioenen en uitkeringen en in verband met uitgaven die in 2011 niet meer tot besteding komen. Verder zijn er lagere uitgaven bij crisisbeheersingsoperaties. Daar tegenover staat een versnelde betaling van een pensioenfactuur.

36

Waarom is op artikel 25 een bedrag van 39 miljoen euro verschoven van investeringen naar programma-uitgaven in de vorm van aanschaf van brandstof? Hoe kan het dat er kennelijk zo’n groot brandstoftekort was ontstaan?

De afgelopen jaren is ingeteerd op uiteenlopende voorraden, waaronder de brandstofvoorraden voor vooral het Commando zeestrijdkrachten (CZSK) en het Commando luchtstrijdkrachten (CLSK). Zoals onder meer uiteengezet in de beleidsbrief worden deze voorraden weer op een aanvaardbaar niveau gebracht. Met het aanvullen van de brandstofvoorraden is in 2011 een bedrag gemoeid van € 39 miljoen.

37

Wat wordt bedoeld met «vertraagde verkoop opbrengsten ten laste van vertraagde projecten brengen»? Betekent dit dat de NH-90 en de Boxer in 2011 bewust vertraagd zijn omdat er een tegenvaller was van ruim 52 miljoen euro bij het verkopen van materiële en onroerende goederen?

Zie het antwoord op vraag 23.

38

Welk deel van de ruim 52 miljoen euro niet gerealiseerde opbrengsten is een echte tegenvaller (en wordt niet meer gerealiseerd) en welk deel is een vertraging en wordt alsnog in 2012 gerealiseerd? Geven uitgestelde verkoopopbrengsten in 2011 extra ruimte op de begroting 2012? Zo ja, waar en hoeveel?

Zie het antwoord op vraag 12.

39

Wat is de loonsontwikkeling bij Defensie geweest? Is er sprake geweest van het uitkeren van bonussen en toeslagen? Zo ja, aan welke personen en om welk totaal bedrag gaat het?

In 2011 was er vanwege de nullijn geen sprake van loonontwikkeling in de sector Defensie. Medewerkers die bijzonder hebben gepresteerd kunnen in aanmerking komen voor een beloning of een extra periodiek. Daarvoor was conform de afspraken met de centrales van overheidspersoneel in 2011 een budget beschikbaar van 0,7 procent van de loonsom.

40

Op welke wijze gaat u de 80 miljoen euro uitgeven die dit jaar niet meer tot betaling komt en meegenomen wordt in de begroting 2012?

Zie het antwoord op vraag 13.

41, 42 en 44

Kunt u uitvoerig toelichten waarom het bedrag van 69 272 000 euro nodig is voor de post «Pensioenen en uitkeringen»?

Waarom stijgen de uitgaven ten behoeve van de mutatie «fasering pensioenen» met 50 miljoen euro? Is dit het volledige bedrag dat nodig is voor 2011? Is er overeenstemming bereikt over dit bedrag met de personeelsvertegenwoordiging?

Kan een duidelijke toelichting worden verstrekt op de ophoging van de Defensiebegroting 2011 met ruim 25 miljoen voor «bijstelling pensioenen» en 50 miljoen voor «fasering pensioenen»? Kan dit soort extra uitgaven niet eerder worden voorzien en verwacht u in de toekomst vaker onverwachte kostenstijgingen van tientallen miljoenen voor Defensiepensioenen?

Voor de post pensioenen en uitkeringen wordt in 2011 op niet-beleidsartikel 90 Algemeen een bedrag van € 1 212,3 miljoen uitgegeven. De aanpassing van de raming ten opzichte van deeerste suppletoire begroting wordt veroorzaakt door enerzijds een verlaging door het vrijgeven van het niet-relevante deel van de pensioenen (€ 15,7 miljoen) en anderzijds een verhoging van € 25 miljoen op basis van de realisatie van de lopende verplichtingen en als gevolg van de uitdeling van de loonbijstelling 2011. Daarnaast is de defensiebegroting met de najaarsnota met € 50 miljoen verhoogd in verband met de fasering van een pensioenenbetaling. De oorspronkelijk in 2012 geplande betaling wordt binnen de gestelde termijn nog dit jaar gedaan doordat de kassluiting dit jaar op een later tijdstip valt dan voorgaande jaren. Overeenstemming met personeelsvertegenwoordiging is niet nodig aangezien het bij deze betaling gaat om reguliere permanente uitkeringslasten.

42

Waarom stijgen de uitgaven ten behoeve van de mutatie «fasering pensioenen» met 50 miljoen euro? Is dit het volledige bedrag dat nodig is voor 2011? Is er overeenstemming bereikt over dit bedrag met de personeelsvertegenwoordiging?

Zie het antwoord op vraag 41.

43

Kan nader worden toegelicht waarom er op artikel 80 een bedrag van 80 miljoen euro geparkeerd stond dat nu vrijvalt? Van welke onderdelen van de begroting was dit budget oorspronkelijk afkomstig?

Zie het antwoord op vraag 13.

44

Kan een duidelijke toelichting worden verstrekt op de ophoging van de Defensiebegroting 2011 met ruim 25 miljoen voor «bijstelling pensioenen» en 50 miljoen voor «fasering pensioenen»? Kan dit soort extra uitgaven niet eerder worden voorzien en verwacht u in de toekomst vaker onverwachte kostenstijgingen van tientallen miljoenen voor Defensiepensioenen?

Zie het antwoord op vraag 41.


X Noot
1

Samenstelling:

Leden: Beek, W.I.I. van (VVD), Voorzitter, Bommel, H. van (SP), Staaij, C.G. van der (SGP), Timmermans, F.C.G.M. (PvdA), Eijsink, A.M.C. (PvdA), Miltenburg, A. van (VVD), Knops, R.W. (CDA), Jacobi, L. (PvdA), Brinkman, H. (PVV), Voordewind, J.S. (CU), Broeke, J.H. ten (VVD), Dijk, J.J. van (SP), Thieme, M.L. (PvdD), Rouwe, S. de (CDA), Ondervoorzitter, Peters, M. (GL), Berndsen, M.A. (D66), Kortenoeven, W.R.F. (PVV), Monasch, J.S. (PvdA), Bosman, A. (VVD), El Fassed, A. (GL), Hernandez, M.M. (PVV), Hachchi, W. (D66) en Holtackers, M.P.M. (CDA).

Plv. leden: Taverne, J. (VVD), Raak, A.A.G.M. van (SP), Dijkgraaf, E. (SGP), Smeets, P.E. (PvdA), Wolbert, A.G. (PvdA), Dijkhoff, K.H.D.M. (VVD), Ferrier, K.G. (CDA), Samsom, D.M. (PvdA), Helder, L.M.J.S. (PVV), Wiegman-van Meppelen Scheppink, E.E. (CU), Caluwé, I.S.H. de (VVD), Irrgang, E. (SP), Ouwehand, E. (PvdD), Ormel, H.J. (CDA), Braakhuis, B.A.M. (GL), Schouw, A.G. (D66), Bontes, L. (PVV), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Hennis-Plasschaert, J.A. (VVD), Grashoff, H.J. (GL), Roon, R. de (PVV), Pechtold, A. (D66) en Haverkamp, M.C. (CDA).

Naar boven