Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 oktober 2021
Hierbij ontvangt u de Klimaatnota, het advies van de Raad van State over de Klimaatnota,
en de Klimaat- en Energieverkenning (KEV) 2021 en de notitie «Aandachtspunten bij
de klimaat- en energiemaatregelen uit de Miljoenennota 2022» van het Planbureau van
de Leefomgeving (PBL).1
Omdat er twee jaar verstreken is sinds het Klimaatplan uit 2019 (Kamerstuk 32 813, nr. 406), bevat deze Klimaatnota de eerste voortgangsrapportage over het klimaatbeleid. In
de Klimaatnota schetst het kabinet conform de Klimaatwet (Kamerstuk 35 434) welke aanvullende stappen het bij de Miljoenennota (Kamerstuk 35 925, nrs. 1 en 2) heeft gezet om het 49%-doel dichterbij te brengen.
Het pakket dat bij de Miljoenennota is aangekondigd vormt nog geen onderdeel van de
integrale analyse in de KEV. Ik ben PBL zeer erkentelijk dat het gelukt is op zo’n
korte termijn bijgaande notitie met aandachtspunten op te stellen die het kabinet
kan helpen bij een verdere uitwerking van de maatregelen zodanig dat deze maximaal
bijdragen aan het reductiedoel.
Samen met de uitkomsten van de KEV geeft de aanvullende notitie van PBL inzicht in
de opgave waar we voor staan. Hier moet door een volgend kabinet rekening mee worden
gehouden om met een grote mate van zekerheid het doel van 49% in 2030 te halen en
voor de Nederlandse bijdrage aan het doel van ten minste 55%, dat in Europees verband
is afgesproken.
De Klimaatnota bevat een overzicht van het doelbereik, een voortgangsrapportage van
het klimaatbeleid en de beleidswijzigingen die vanuit het nationale en Europese beleid
zijn ingezet. De Klimaatnota sluit af met een hoofdstuk over de mondiale ontwikkelingen.
De Klimaatnota heeft de volgende bijlagen: de Monitor Klimaatbeleid (bijlage 1), het
wetgevingsprogramma (bijlage 2), een budgetoverzicht ten behoeve van het Klimaatakkoord
(bijlage 3), een overzicht van maatregelen gericht op de korte termijn (bijlage 4), een reflectie over het afgelopen
jaar van het Voortgangsoverleg (bijlage 5), de opzet van de integrale doorlichting
van het klimaatbeleid (bijlage 6) en de kabinetsreactie op het advies van de Raad van State (bijlage 7).
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
D. Yeşilgöz-Zegerius