De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat uit onderzoek van het College bescherming persoonsgegevens (CBP) is gebleken dat internetbedrijf Google
door middel van Street View-auto's twee jaar lang systematisch en buiten medeweten van betrokkenen het unieke nummer (MAC-adres)
van ruim 3,6 miljoen wifirouters heeft vastgelegd, zulks in combinatie met de berekende locatie van een bepaalde wifirouter;
constaterende, dat daarbij ook inhoudelijke communicatiegegevens (zogeheten «payload data») zijn verzameld en dat deze informatie
ook persoonsgegevens bevat, zoals e-mailadressen, medische gegevens en informatie over financiële transacties;
constaterende, dat het CBP naar aanleiding daarvan Google onder last een dwangsom heeft opgelegd en Google daarbij onder meer
heeft gesommeerd om binnen drie maanden de betrokkenen een online opt-outmogelijkheid aan te bieden, waarmee zij zich kunnen
verzetten tegen de verwerking van gegevens over hun wifirouters;
constaterende, dat Google inmiddels wereldwijd zo'n opt-outmogelijkheid biedt, waarbij de gebruiker, door het wijzigen van
de netwerknaam van zijn wifirouter, ervoor kan zorgen dat zijn wifigegevens uit de database van Google worden verwijderd;
overwegende, dat het onwenselijk is dat burgers wier wifigegevens buiten hun medeweten door Google worden vastgelegd, zelf
het initiatief moeten nemen om daaraan een einde te maken;
verzoekt de regering een wetsvoorstel voor te bereiden, inhoudende een plicht om burgers vooraf om toestemming te vragen bij
voornemens tot verzameling van gegevens over hun wifirouters (een opt-inregeling) dan wel de Kamer per brief te informeren
welke mogelijk onoverkomelijke nadelen daaraan verbonden kunnen zijn en die voor de regering reden zijn om van een dergelijk
wetsvoorstel af te zien,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Toorenburg
Elissen
Van Raak
Recourt
Van der Steur
Van der Staaij
Schouw