32 670 Voortgang Natura 2000

Nr. 54 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 april 2012

Per brief van 17 juni 2011 (TK 2010–2011, 30 862, nr. 48) heb ik uw Kamer geïnformeerd over het kabinetsbesluit inzake natuurherstel in de Westerschelde. Met mijn brief van 25 oktober 2011 (TK 2011–2012, 32 670, nr. 26) heb ik uw Kamer vervolgens op de hoogte gebracht van het feit dat de Europese Commissie de Nederlandse regering gevraagd heeft om nadere informatie te verstrekken over de wetenschappelijke onderbouwing van het Nederlandse maatregelenpakket voor natuurherstel in de Westerschelde. In de daarop volgende maanden heb ik uw Kamer steeds op de hoogte gehouden van het verloop van dit dossier. Ik verwijs naar mijn brieven van 9 december 2011, 21 december 2011, 20 januari 2012, 7 februari 2012, 10 februari 2012, 13 maart 2012, 16 maart 2012 en 6 april 2012 (TK 2011–2012, 32 670, nrs. 28, 31, 32, 34, 35, 51, 52 en 53).

Op 16 februari 2012 heb ik overlegd met Commissaris Potočnik over het kabinetsbesluit voor natuurherstel in de Westerschelde. In dat gesprek bleek dat de Commissie blijvend bezwaar had tegen het toen voorliggende maatregelenpakket en voornemens was een ingebrekestellingsprocedure te starten. Ik heb met Commissaris Potočnik afgesproken dat een uiterste poging zou worden gedaan om een compromis te vinden. De geprekken met de Europese Commissie zijn daarom de afgelopen weken intensief voortgezet. Deze hebben geleid tot een door de Europese Commissie en de Nederlandse regering gedragen visie over de maatregelen voor het stoppen van de verdere achteruitgang van de natuurkwaliteit in de Westerschelde en het maken van een begin van herstel van de natuurwaarden en -kwaliteit in dit estuarium. Op basis van dit beeld heeft het kabinet besloten tot een alternatieve invulling van het maatregelenpakket voor natuurherstel.

Voor mij is in de discussie over natuurherstel in de Westerschelde het natuurbelang steeds leidend geweest. Daarbij ben ik van mening dat maximaal voorkomen moet worden dat goede landbouwgronden worden ingezet voor natuurontwikkeling. Bovendien moet er ruimte blijven voor ontwikkeling van de regionale economie in Zeeland. Op die wijze kan draakvlak voor soms ingrijpende maatregelen voor natuurherstel worden gecreëerd.

Per brief van heden heeft het kabinet op basis van de met de Europese Commissie gevoerde gesprekken een nader geformuleerd maatregelenpakket aan de Europese Commissie gezonden. De brief aan de Commissie treft u als bijlage bij deze brief aan1. Met de aan de Commissie voorgestelde maatregelen vult Nederland de verplichtingen in die voortvloeien uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen. De richtlijnen verplichten om de verdere achteruitgang van het estuariene systeem van de Westerschelde een halt toe te roepen en daarmee een duurzame basis te scheppen voor verdere kwaliteitsverbeteringen van de estuariene natuur in de toekomst. Vanzelfsprekend blijven de richtlijnen het kader waarbinnen het kabinet zijn natuurmaatregelen vorm wil geven.

Besluit

Het kabinet heeft de Europese Commissie laten weten als volgt invulling te geven aan de natuurherstelopgave in de Westerschelde:

  • ontpoldering en aanleg van 125 hectare estuariene natuur in de Welzingepolder en een gedeelte van de Schorerpolder;

  • ontpoldering en aanleg van 100 hectare estuariene natuur in de Hedwigepolder;

  • ontpoldering en aanleg van 65 hectare estuariene natuur op de locatie Appelzak;

  • aanleg van een natuurlijke verbinding tussen het Verdronken Land van Saeftinghe, het Sieperdaschor en estuariene natuur in de Hedwigepolder door aanpassingen te plegen aan de tussengelegen Gasdam. Deze maatregel voegt 5 hectare buitendijkse estuariene natuur toe.

Het kabinet hecht aan een zorgvuldige monitoring van de uitvoering van de maatregelen voor natuurherstel. Gedurende de uitvoeringsperiode hiervan wil het kabinet dan ook onafhankelijk worden geadviseerd en geïnformeerd. Om die reden heeft het kabinet besloten om een (onafhankelijke) monitoringscommissie in te stellen, bestaande uit nationale en internationale wetenschappers en stakeholders, waaronder vertegenwoordigers van ngo’s, andere maatschappelijke en sectororganisaties en bevoegde overheidsgezagen, onder leiding van een onafhankelijke voorzitter. Deze commissie zal toezien op de uitvoering van de maatregelen zelf, alsook op de natuurlijke rendementen die het pakket in de loop van de komende jaren zal laten zien. Ik zal de bevindingen van de commissie gebruiken om de Europese Commissie te informeren over de voortgang van de aanpak van het natuurherstel in de Westerschelde.

Dit maatregelenpakket voorziet in het creëren van 295 ha estuariene natuur in de Westerschelde. Deze 295 ha maakt onderdeel uit van het bredere maatregelenpakket – dat optelt tot circa 600 ha estuariene natuur – waartoe Nederland zich in het kader van de Ontwikkelingsschets 2010 heeft verplicht. Zoals ik uw Kamer eerder berichtte, wordt het andere deel van de 600 ha uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de provincie Zeeland.

Met dit besluit presenteert het kabinet een duurzaam en robuust antwoord op de achteruitgang van de estuariene kwaliteit van de Westerschelde. Die wordt met de uitvoering van het maatregelenpakket – inclusief de maatregelen die onder verantwoordelijkheid van de provincie Zeeland worden genomen – stilgezet. Daarmee bieden de maatregelen een gezonde basis om voor de langere termijn te werken aan de verbetering van de estuariene kwaliteit van de Westerschelde.

Zo komt er ten gevolge van de procesgerichte maatregelen uit het maatregelenpakket beduidend meer ruimte voor het estuarium, waardoor natuurlijke processen de gelegenheid en de ruimte krijgen om de voor het estuarium karakteristieke natuur te (her)ontwikkelen. Het voorstel voorziet ook in het creëren van samenhangende, aaneengesloten estuariene gebieden in de Westerschelde. Zo betekent het verdiept aanleggen van de transportleidingenstraat van de zogeheten Gasdam dat er een belangrijke estuariene verbindingszone wordt gecreëerd tussen de te ontwikkelen estuariene natuur in de Hedwigepolder, het naastgelegen Sieperdaschor en het Verdronken Land van van Saeftinghe. Deze gebieden op Nederlands grondgebied worden als geheel ook nog verbonden met de te ontpolderen Prosperpolder op Belgisch grondgebied. De aanpak van de tegenoverliggende locatie Appelzak geeft aan weerskanten van dit cruciale deel van de Westerschelde de noodzakelijke ruimte om estuariene natuur verder tot ontwikkeling te laten komen.

Met het besluit van het kabinet wordt ook ruimte gelaten voor het verder ontwikkelen van de regionale economie. Zo creëert het voorstel ruimte voor eventuele natuurcompensatie voor de aanleg van een Westerschelde Container Terminal en wordt de Braakmanpolder ongemoeid gelaten.

Ten aanzien van de afzonderlijke locaties is het volgende op te merken.

Welzinge- en Schorerpolder

Het ontwikkelen van estuariene natuur in deze polders maakte reeds onderdeel uit van het kabinetsbesluit van 17 juni 2011. Het voorliggende voorstel voorziet in het creëren van 125 hectare estuariene natuur te plaatse. Dit is 26 hectare minder dan de oorspronkelijk voorziene 151 hectare estuarie natuur in het kader van natuurherstel in de Westerschelde. Dat is niet zonder reden. Zoals gemeld in mijn brief van 17 juni 2011 (TK, 2010–2011, 30 862, nr. 48) was deze locatie ook reeds gereserveerd voor eventuele natuurcompensatie in het kader van het realiseren van een Westerschelde Container Terminal (WCT). Het kabinet blijft onverkort staan achter het plan van Zeeland Seaports om een WCT in ontwikkeling te brengen. De toezegging dat het kabinet de provincie Zeeland zal steunen bij het realiseren van de eventueel benodigde compensatie voor de aanleg van een WCT blijft onverkort van kracht. Door in de Schorerpolder 26 hectare minder in te zetten voor natuurherstel in de Westerschelde blijft er de ruimtelijke mogelijkheid om bij de aanleg van een WCT een deel van die polder in te zetten voor eventuele natuurcompensatie. Ik wijs erop dat in de Milieu-effectrapportage Westerschelde Container Terminal uit 2010 is voorzien in het realiseren van een nagenoeg equivalent oppervlakte estuariene natuur in het compensatiepakket voor een WCT.

Appelzak

De locatie Appelzak is gelegen aan de oostelijke oever van de Westerschelde, tussen de Westerschelde en het Schelde-Rijnkanaal. De locatie is momenteel hoofdzakelijk in gebruik als schiet- en golfterrein. Er worden hiermee dan ook geen landbouwgronden ingezet. De locatie was reeds in beeld om ingezet te worden in de derde, afrondende fase van het kabinetsvoorstel van 17 juni 2011. De besluitvorming daarover is met het voorliggende voorstel naar voren gehaald.

De locatie Appelzak is gelegen in een cruciaal deel van de Westerschelde. De nauwe doorgang van de Westerschelde wordt door de ontpoldering van de locatie Appelzak met 65 ha ter plaatse betekenend meer ruimte gegeven. Voor de estuariene kwaliteit van het gebied is dat en groot belang. Eveneens is, door het achterwege laten van de buitendijkse maatregel op die locatie, gegarandeerd dat het meergeulensystem, karakteristiek voor het estuarium, behouden blijft.

Hedwigepolder

Van de Hedwigepolder blijft 200 ha behouden als landbouwgrond. De uiterste inspanning van het kabinet om maximaal in te zetten op het behoud van goede landbouwgronden bij natuurherstel in de Westerschelde heeft erin geresulteerd dat er in het voorliggende voorstel niet meer dan 100 ha van de Hedwigepolder behoeft te worden ingezet als maatregel voor natuurherstel. Bovendien leidt de inzet van een deel van de Hedwigepolder ertoe, dat er een verbinding ontstaat tussen de werkzaamheden aan de Belgische kant van de grens (ontpoldering Prosperpolder) en het Sieperdaschor en het Verdronken Land van Saeftinghe ten noorden van de Hedwigepolder. Hiermee wordt een belangrijke kwaliteitsverbetering voor de estuariene natuur in de Westerschelde gegenereerd. Bovendien moet de ontpoldering van een deel van de Hedwigepolder gezien worden in relatie met de maatregel die op de locatie Appelzak wordt getroffen. Voor de locatie Hedwigepolder geldt – evenzeer als de locatie Appelzak – dat deze in een nauw gedeelte van het estuarium is gelegen. Door aan beide zijden van de Westerschelde nu maatregelen te nemen voor het creeren van estuariene natuur, wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan de kwaliteitsverbetering van het estuarium en een duurzame basis gelegd voor verdere kwaliteitsverbeteringen op termijn.

Gasdam

Eerder onderzoek heeft reeds uitgewezen dat maatregelen aan de Gasdam – de leidingenstraat die nu een fysieke barrière vormt tussen het Verdronken Land van Saeftinghe en het Sieperdaschor – bij zouden kunnen dragen aan de verbetering van de kwaliteit van het gehele gebied. Om die reden heeft het kabinet besloten om inhet voorstel een gedeelte van de Gasdam ondergronds aan te leggen, om op maaiveldniveau een estuariene verbinding te creëren tussen het Verdronken Land van Saeftinghe, het Sieperdaschor en het te ontpolderen gedeelte van de Hedwigepolder. Over een langte van 500 meter zullen de leidingen van de Gasdam ondergronds worden gebracht. Hiermee wordt tegelijk nog een winst van ongeveer 5 hectare extra oppervlakte geboekt voor het creëren van estuariene natuur.

Wetenschappelijke onderbouwing

Het voorstel van het kabinet is door Deltares wetenschappelijk beoordeeld. Deltares komt tot de volgende slotsom: All locations inside the dikes are a process focused measure. Process focused measures create space for hydro-morphological processes so that ecotopes can develop naturally and contribute to large-scale process restoration (depending upon extend and location of surface expansion). Locations inside the dike where the full tide has access (i.e. no limited or controlled tide), contribute 100% to the task of nature restoration. This statement has been underlying all previous research and studies and is subject to scientific unanimity.

Ten aanzien van de afzonderlijke onderdelen van het voorstel komt Deltares tot gelijkluidende opvattingen. Daarbij acht Deltares het creëren van een grote aaneengesloten gebied, waarbij het gedeelte van de Hedwigepolder, het Sieperdaschor, een gedeelte van de Gasdam, het Verdronken Land van Saeftinghe en de Prosperpolder op Belgisch grondgebied met elkaar worden verbonden, een belangrijkse verbetering van de kwaliteit van het estuarium. Ik wil voor de volledige wetenschappelijke onderbouwing van het voorstel verwijzen naar het rapport van Deltares dat u als bijlage bij deze brief aantreft.

Regionale economie

Het kabinet heeft bij het samenstellen van het voorstel aan de Europese Commissie terdege rekening gehouden met relevante ontwikkelingen voor de regionale economie. In mijn brief van 17 juni 2011 (TK 2010–2011, 30 862, nr. 48) heb ik reeds aangegeven dat de ontwikkeling van een Westerschelde Container Terminal (WCT) ook voor het kabinet een belangrijk punt is. Bij die gelegenheid heb ik uw Kamer gemeld dat het kabinet onverkort blijft staan achter het plan van Zeeland Seaports om een WCT in ontwikkeling te brengen. Ik heb hierboven reeds aangegeven dat door verminderd ruimtebeslag in de Schorerpolder voor natuurherstel in de Westerschelde er ruimte is gelaten om eventuele natuurcompensatie voor de realisering van een WCT te plegen.

Evenzo vind ik het relevant om te vermelden dat de Braakmanpolder met de inzet van het kabinet ongemoeid wordt gelaten en niet wordt ingezet voor natuurherstel in de Westerschelde. De aanwezigheid van Dow Chemicals als belangrijkse werkgever in dat gebied komt hiermee dan ook niet in het geding.

Tijdpad en financiën

Het kabinet zal zo spoedig mogelijk uitvoering geven aan de uitvoering van de maatregelen. Zo zal de verwerving van de benodigde gronden zo snel mogelijk in gang worden gezet om de feitelijke inrichtingswerkzaamheden zo spoedig mogelijk te kunnen starten. De inzet van het kabinet is erop gericht om eind 2016 – of zoveel mogelijk eerder – de uitvoering van de plannen gerealiseerd te hebben.

De benodigde middelen voor de implementatie van de maatregelen zijn beschikbaar. De maatregelen zullen worden uitgevoerd binnen het reeds gereserveerde budget van € 190 mln waarover ik u informeerde bij brief van 17 juni 2011. Dit bedrag kan voor worden gedekt uit herbestemming van middelen voor de ontpoldering van de Hedwigepolder (op basis van geactualiseerde kostenraming en inclusief daaraan gekoppelde activiteiten, namelijk landbouwstructuurmaatregelen en herinrichting van de Sieperdaschor), uit verkoop van een deel van de grond die BBL in bezit heeft als vrije ruilgrond in Zeeland en een eservering die ik de komende jaren binnen de begroting van mijn departement zal maken.

Tenslotte

Het voorstel dat het kabinet aan de Europese Commissie heeft gedaan zal de achteruitgang van de estuariene kwaliteit van de Westerschelde tot stilstand brengen en een stevig fundament leggen voor een duurzame ontwikkeling van de Westerschelde.

Daarbij heeft het kabinet oog gehad voor de regionale economische belangen, bijvoorbeeld door in het voorstel ruimte in te bouwen voor eventuele natuurcompensatie voor de ontwikkeling van een Westerschelde Container Terminal.

Ik verwacht uiterlijk eind volgende week een besluit van de Europese Commissie naar aanleiding van het voorstel dat het kabinet heeft toegezonden. De minister-president van Vlaanderen heb ik geïnformeerd over de inhoud van het Nederlandse voorstel aan de Europese Commissie. Na besluitvorming door de Commissie zullen de gesprekken met Vlaanderen over natuurherstel in de Westerschelde worden voortgezet.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven