31 865 Verbetering verantwoording en begroting

Nr. 229 BRIEF VAN DE COMMISSIE VOOR DE RIJKSUITGAVEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 juni 2023

Jaarlijks doet de commissie voor de Rijksuitgaven een voorstel aan de Kamer voor het focusonderwerp in de verantwoording.

De commissie stelt de Kamer voor het thema «Resultaatbereik in relatie tot onderuitputting, als gevolg van bijvoorbeeld arbeidskrapte» aan te wijzen als focusonderwerp voor de verantwoording over het jaar 2023, te behandelen vanaf Verantwoordingsdag 2023.

Resultaatbereik in relatie tot onderuitputting, als gevolg van bijvoorbeeld arbeidskrapte

In het financieel Jaarverslag Rijk (Kamerstuk 36 360, nrs. 1 en 2) wordt geconcludeerd dat bij het maken van (nieuw) beleid en het realiseren van de ambitieuze plannen de overheid ook niet financiële beperkingen heeft waarmee moet worden rekening gehouden. De overheid zit wat betreft uitvoeringscapaciteit aan haar grenzen, wat valt terug te zien in een zeer hoge onderuitputting op de begroting. Ook vormt de krappe arbeidsmarkt een beperking om voldoende uitvoeringscapaciteit te genereren en is het moeilijker om gekwalificeerd personeel aan te trekken. Hierdoor kunnen er vertragingen optreden in de planning en uitvoering van beleid en investeringsprojecten.

Voor 2022 komt de totale onderuitputting uit op 6,2 miljard euro. Dit is substantieel hoger dan andere jaren. Ten opzichte van 2021 is de onderuitputting 1,4 miljard euro hoger en ten opzichte van 2020 is de onderuitputting in 2022 bijna drie keer zo groot.

In de Voortgangsrapportage begrotingstoezicht 2023 (Kamerstuk 36 350, nr. 37) concludeert de Raad van State voorts dat bij de Voorjaarsnota (Kamerstuk 36 350, nr. 1) sprake was van een forse dekkingsopgave, die is ingevuld door meevallers en incidentele onderuitputting in te zetten.

De Raad acht het van groot belang dat de wetgever, kabinet én parlement, zich bij vorming van nieuw beleid bewust zijn van de uitvoeringsaspecten en daarvoor aandacht heeft. Daarbij gaat het om de vraag of de beoogde betrokkenen die de (publieke en private) investeringen moeten gaan realiseren daarvoor over voldoende absorptie- of uitvoeringscapaciteit beschikken. De arbeidsmarktkrapte is momenteel daarbij een groot knelpunt. Beter inzicht in de arbeidsmarkteffecten van beleid en een integrale afweging daarbij kan zowel het kabinet als het parlement helpen met het maken van keuzes en prioriteren.

De commissie beveelt aan om een afschrift van deze brief te sturen aan het kabinet en aan de Algemene Rekenkamer, met het verzoek om een reactie.

De voorzitter van de commissie, Sneller

De griffier van de commissie, Lips

Naar boven