31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 461 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 april 2021

De coronamaatregelen hebben het afgelopen jaar veel gevraagd van scholen, docenten en leerlingen. In oktober vorig jaar berichtte ik uw Kamer al over de examenresultaten van 2020, op basis van de voorlopige cijfers van DUO.1 Inmiddels heeft DUO de meest recente versie van deze voorlopige cijfers gepubliceerd.2 Het beeld dat deze cijfers laten zien sluit aan bij de duiding van de resultaten zoals ik die in mijn brief in oktober met u heb gedeeld. De slagingspercentages zijn in 2020 hoger dan in voorgaande jaren. Dit verschil is te verklaren door een combinatie van factoren:

  • Een aangepaste uitslagbepaling en meer herkansingsmogelijkheden als gevolg van het wegvallen van het centraal examen;

  • het feit dat leerlingen meer zicht hadden op hun uitgangspositie en hun inspanningen daardoor beter konden richten;

  • en het feit dat leerlingen meer tijd hadden om zich voor te bereiden.

Naast de enorme inzet om leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op hun eindexamens in dit bijzondere jaar is er in de afgelopen jaren ook doorgewerkt aan de versterking van het huidige examenproces en aan de borging van een toekomstsbestendig examenstelsel. Met deze reguliere examenbrief doe ik, net als in voorgaande jaren, verslag van de voortgang op deze terreinen.

Als eerste zal ik in gaan op hoe de examenketen de afgelopen jaren via het Project Ieders Examen de docentbetrokkenheid bij het examenproces van de centrale examens heeft vergroot. Daarna neem ik u mee in de acties die de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie), de VO-raad en OCW hebben ingezet om ook de kwaliteit van het examenproces rondom de schoolexamens beter te borgen.

Naast deze versterking van het huidige examenproces is het mijn streven om ook te blijven werken aan een toekomstbestendig examenstelsel.3 Daarom neem ik u in deze brief ook mee in de voortgang op een drietal speerpunten die ik daartoe heb: het herstellen van de balans tussen het school- en centraal examen (hierna SE en CE); het mogelijk maken van maatwerk, en; het digitaliseren en flexibiliseren van de vmbo-bb en -kb examens.

Versterking huidig examenproces

Project Ieders Examens

In 2017 is het College voor Toetsen en Examens (CvTE) gestart met het Project Ieders Examen (PIEx) om gevolg te geven aan de motie van het lid Straus.4 Het project heeft als doel om de betrokkenheid van docenten bij het examenproces te vergroten en tegelijkertijd meer transparantie te creëren over dit proces. Het derde en laatste projectjaar is in 2020 afgerond, waarna het CvTE een eindevaluatie van PIEx heeft opgeleverd. In de bij deze brief bijgevoegde samenvatting van de eindrapportage wordt teruggeblikt op het verloop van het gehele project en de verschillende deelprojecten daarbinnen5. Tevens doet het CvTE een voorstel om (een deel van) de instrumenten van PIEx op te nemen in de reguliere werkwijze van het CvTE. Hieronder ga ik kort in op de rapportage en de structurele inbedding van de activiteiten van het project.

De verschillende (deel)projecten die door het CvTE zijn georganiseerd in het kader van PIEx hebben betrekking op de verschillende fasen van het examenproces: de totstandkoming, de beoordeling en de normering. In de rapportage wordt een overzicht gegeven van de verschillende instrumenten die zijn ingezet gedurende het project. Dit betreft onder meer de mogelijkheid voor docenten om feedback te geven op het correctievoorschrift van de centrale examens, de mogelijkheid om tijdens de afnameperiode opgaven met andere docenten te bespreken op beveiligde fora en de mogelijkheid om op afstand mee te werken aan de constructie van examenopgaven. Daarnaast heeft het CvTE ingezet op verschillende vormen van kennisuitwisseling over het examenproces en interactie met docenten. Onder meer door de organisatie van bijeenkomsten, trainingsdagen en webinars.

Uit de eindrapportage blijkt dat er positief wordt gereageerd op de verschillende initiatieven die in het kader van het project zijn georganiseerd. Het CvTE concludeert in de rapportage dat PIEx heeft bijgedragen aan het vergroten van de docentbetrokkenheid en is voornemens om gebruik te blijven maken van de eerdergenoemde instrumenten die succesvol zijn gebleken. Ik onderschrijf het voornemen om ook in de toekomst in te blijven zetten op docentbetrokkenheid en transparantie over het examenproces. Om die reden heb ik afspraken met het CvTE gemaakt over de continuering van de werkzaamheden van het project waarmee deze onderdeel worden van de reguliere werkwijze van het CvTE.

Aanscherping regelgeving voor versterking schoolexamens

Op basis van de onderzoeken die zijn gedaan naar aanleiding van de examenincidenten in 2018 en 2019, blijkt dat er kwetsbaarheden zijn in de kwaliteitsborging van het schoolexamen. Daarom heb ik op 17 oktober 2019 uw Kamer een brief gestuurd waarin ik een pakket aan maatregelen aankondigde voor de versterking van de schoolexaminering.6

De uitvoering van dit pakket vraagt om aanpassingen aan het eindexamenbesluit voortgezet onderwijs (EBVO) en het eindexamenbesluit VO BES. De kern van de wijzigingen is:

  • De verplichting voor vo-scholen om een examencommissie in te stellen voor de borging van de kwaliteit van de schoolexaminering;

  • Het verduidelijken van de taken van de examensecretaris en het versterken van zijn of haar positie;

  • Het aanscherpen van de eisen van het programma van toetsing en afsluiting (PTA) om de samenhang tussen examenstof en toetsen in het PTA transparant te maken, en om duidelijk te maken hoe en wanneer het PTA na 1 oktober eventueel gewijzigd kan worden;

  • Het opstellen van eisen rondom het uitreiken van de schoolexamenresultaten door de school aan leerlingen ter afsluiting en markering van het schoolexamen.

De beoogde datum van inwerkingtreding is 1 augustus 2021. De inspectie heeft aangeven dat zij haar themaonderzoek over toetsing en afsluiting in het voorgezet onderwijs, dat eind 2019 is uitgevoerd, op termijn zal herhalen. Het doel van dit onderzoek is om te kijken in hoeverre scholen na de inwerkingtreding van deze maatregelen vorderingen hebben gemaakt in de kwaliteitsborging van de organisatie van hun schoolexamens, om te voorkomen dat onregelmatigheden zoals bij VMBO Maastricht en het Calvijn College voor blijven komen. Tot die tijd loopt het thema toetsing en afsluiting (OP8) in de regel als onderzoekstandaard mee in het reguliere toezicht en in het risicogerichte toezicht.

Vooruitlopend op deze aanpassingen in de wet- en regelgeving heeft de VO-raad negen actielijnen uitgezet om de schoolexaminering te versterken.7 Ik ben verheugd dat uit de monitor van de VO-raad over de voortgang van deze actielijnen blijkt dat scholen ondanks de omstandigheden rondom het coronavirus hebben doorgewerkt aan de versterking van de schoolexaminering.8 In november 2020 gaf 92 procent van de respondenten aan dat zij aan het werk zijn met het ontwikkelen van een visie op toetsing en examinering en heeft 35 procent deze visie al vastgesteld. Daarnaast geeft het overgrote deel van de respondenten aan stappen te hebben gezet om het schoolexamen weer een afsluitend karakter te geven. Ook heeft 87 procent vooruitlopend op de wet- en regelgeving een examencommissie ingesteld. Het voornemen van de VO-raad is om voor de zomer van 2021 de monitor te herhalen.

Naar een toekomstbestendig examenstelsel

Balans tussen het SE en het CE

Een toekomstbestendig examenstelsel vraagt om een goede balans tussen het belang van het schoolexamen en het centraal examen, waarbij beide componenten op een gelijkwaardige wijze bijdragen aan het behalen van een diploma. Zoals ik eerder richting uw Kamer heb aangegeven is de versterking van de organisatie en kwaliteitsborging van de schoolexamens een belangrijke eerste stap in het herstellen van deze balans.

Daarnaast is er ook winst te behalen in het toezicht en het belang dat aan het centraal examen hierbinnen wordt gegeven. Ik ben hierover in gesprek met de inspectie. Ons gezamenlijk doel is dat zowel het SE als het CE een gelijkwaardige en complementaire positie krijgen in het toezicht. Door de hierboven genoemde wijziging van het EBVO op te nemen in het toezichtskader wordt op korte termijn de aandacht voor het schoolexamen als deel van het eindexamen verstevigd. Daarnaast wordt de inspectie ook nauw betrokken bij de ontwikkelingen rondom de actualisatie van het curriculum, en hoe deze op de langere termijn kan bijdragen aan een betere balans in de toetsing via het SE en het CE.

Vakken op verschillende niveaus

Naast een goede balans binnen de verschillende onderdelen van het eindexamen, vraagt een toekomstbestendig examenstelsel ook om een doordachte inrichting van maatwerk. Dit werkt vervolgens door in de eindexamens. Elke leerling heeft recht op een kansrijke onderwijsloopbaan waarbinnen hij of zij het beste uit zichzelf kan halen. Het doel van de verschillende maatwerkmogelijkheden is om deze kansen te vergroten. Zo is het nu al mogelijk om extra vakken of vakken op een hoger niveau af te sluiten. Naar aanleiding van de uitkomsten van het onderzoeksrapport «diploma met vakken op verschillend niveaus» worden er gesprekken gevoerd met de VO-raad, MBO raad, VH, VSNU en het LAKS over de behoeften en mogelijkheden binnen iedere sector om brede talentontwikkeling te stimuleren.9 Vanwege de uitbraak van het coronavirus en de grote gevolgen die dit heeft voor de organisatie van het onderwijs in alle sectoren kon dit gesprek pas recent starten. Ik hecht er aan om dit gesprek zorgvuldig te voeren met de betrokkenen, en wil hier dan ook de nodige tijd voor nemen. Uw Kamer wordt op een geëigend moment geïnformeerd over de uitkomst van deze gesprekken.

Implementatieplan digitale examens vmbo

In mijn brief over toetsing en examinering voortgezet onderwijs 2019, heb ik uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van het implementatieplan voor het regulier maken van de digitale examens in vmbo-bb en -kb.10 Ik ben er van overtuigd dat deze stap binnen de vormgeving van de examens zal bijdragen aan een toekomstbestendig eindexamen dat goed aansluit bij de belevingswereld van de leerlingen. Een belangrijk onderdeel van dit implementatieplan is de wijze waarop de tweede correctie van deze examens gaat plaatsvinden. Hiervoor was in 2020 een grootschalige pilot gepland. Doordat de centrale examens in 2020 niet door konden gaan, heeft deze pilot nog niet plaatsgevonden. Dit jaar zal de pilot alsnog plaatsvinden en na de evaluatie van de pilot in het najaar van 2021 zal ik uw Kamer verder informeren over het implementatieplan.

Tot slot

Ondanks de omstandigheden en de maatregelen die nodig zijn voor het examenjaar 2021 hecht ik er aan om te blijven werken aan een goede en betrouwbare basis voor de eindexamens (regulier vo, vavo en de staatsexamens vo). Met de acties beschreven in deze brief en mijn eerdere brief over de Staatsexamens zet ik mij in voor het versterken van het examenstelsel als geheel.11 Maar dit doe ik niet alleen. Daarom wil ik mijn waardering uitspreken voor de gehele examenketen, de scholen en alle docenten die ook naast al het extra werk dat op hun afkomt door de corona-crisis zich blijven inzetten voor kwalitatief goede toetsing en examinering, voor nu en de toekomst.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Kamerstukken 31 289 en 25 295, nr. 432

X Noot
3

Kamerstuk 31 289, nr. 395

X Noot
4

Kamerstuk 31 289, nr. 329

X Noot
5

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
6

Kamerstuk 31 289, nr. 408

X Noot
7

www.vo-raad/Home/Nieuws/VO-raad: versterking schoolexamen via negen actielijnen

X Noot
9

Kamerstuk 31 289, nr. 426

X Noot
10

Kamerstuk 31 289, nr. 412

X Noot
11

Kamerstuk 31 289, nr. 443

Naar boven