31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 323 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 januari 2013

Op 1 maart 2012 heeft mijn ambtsvoorganger u een brief gestuurd (kamerstuknummer 31 288, nr. 259) over het proces waarlangs indicatoren met betrekking tot valorisatie tot stand worden gebracht.

Deze indicatoren zijn bedoeld om transparantie te bieden over de ontwikkelingen op het gebied van valorisatie in de Nederlandse kennisinfrastructuur en de resultaten ervan.

Aangegeven werd dat er eind 2012 een «werkversie» van de set valorisatie-indicatoren gereed zou zijn om aan u toe te sturen. Deze werkset wordt vervolgens getest, geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Uiterlijk 2016 is een definitieve set indicatoren gereed.

Bij dezen laat ik u weten dat het traject om tot een werkversie van valorisatie-indicatoren te komen wat langer duurt dan oorspronkelijk voorzien.

Dat komt voort uit de zorgvuldige afstemming die VSNU en HBO-raad met hun instellingen hierover hebben georganiseerd.

Ik verwacht u de werkversie mede namens de Minister van Economische Zaken voorjaar 2013 te kunnen toesturen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven