31 089 Urgentieprogramma Randstad

Nr. 75 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 september 2010

Jaarlijks informeer ik u middels de Randstad Brief over de voortgang van het programma Randstad Urgent, mede namens de ministers van VROM, EZ en LNV.

Dit laatste kabinetsjaar vindt deze verantwoording op twee manieren plaats:

• de publicatie Stand van de Randstad / Randstad Urgent werkt, waarin de werkwijze en resultaten van de afgelopen drie jaar Randstad Urgent zijn weergegeven;

• een overzicht van de belangrijkste behaalde mijlpalen in het derde programmajaar (november 2009 – augustus 2010), opgenomen in deze brief.

Resultaten afgelopen drie jaar

De Randstad, de economische motor van Nederland, is ondanks de economische crisis overeind gebleven. Drie jaar terug stond de Randstad er niet goed voor, de regio zakte in de internationale «rankings» steeds verder terug. De OESO constateerde in de Territorial Review (2007) dat de economische concurrentie-positie onder druk stond. Niet in de laatste plaats door de trage besluitvorming over infrastructuur, woningbouw, bedrijventerreinen, groen en gebieds-ontwikkeling.

Met het programma Randstad Urgent heeft het kabinet, samen met de regionale en lokale overheden in de Randstad, de handschoen voortvarend opgepakt door de besluitvorming aan te jagen. Zoals bekend is dat gedaan door een experimentele manier van werken toe te passen. De bestuurlijke duo’s, bestaande uit een minister of staatssecretaris en een regiobestuurder, zijn één van de ingrediënten. Het resultaat: in drie jaar tijd 242 mijlpalen en besluiten in zo’n 40 projecten.

Elk najaar werd tijdens de bestuurlijke conferentie van Randstad Urgent de balans opgemaakt of de gemaakte afspraken over de termijnen voor de besluitvorming nagekomen waren. In de jaarverslagen die ik in de afgelopen jaren naar de Tweede Kamer heb gestuurd, is goed te zien dat deze werkwijze succesvol was.

Graag zet ik hier een aantal voorbeelden van resultaten van de afgelopen drie jaar op een rij.

We hebben vastgeroeste tegenstellingen doorbroken en vastgelopen projecten vlotgetrokken. Sprekende voorbeelden daarvan zijn de bereikbaarheid rond Utrecht, de Draaischijf van Nederland, en de alternatieven voor bedrijventerreinen in de Hoeksche Waard. Voor de A4 Delft–Schiedam zijn we verder dan ooit: begin september is het Tracébesluit genomen.

Op tal van locaties zijn de werklieden al concreet aan de slag of zelfs al klaar. Op de Tweede Maasvlakte ligt het «casco» er, bij Delft is de voorbereiding voor de aanleg van een viersporige spoortunnel in volle gang, de flessenhals A12 wordt of is al op een aantal trajecten verbreed, de zwakke schakels in de Zuid-Hollandse kust bij Kijkduin en Noordwijk zijn versterkt, de boulevard bij Scheveningen krijgt nu een facelift, de kassengebieden in de Zuidplaspolder en in Delfland worden geherstructureerd en bij de A4 bij Burgerveen–Leiden, de nummer één in de nationale file-top 50, is de schop de grond ingegaan voor de verbreding.

Ik ben ervan overtuigd dat we zonder Randstad Urgent niet zo ver waren gekomen in de besluitvorming.

Graag wil ik u middels deze brief informeren over de resultaten in de periode november 2009 tot en met augustus 2010.

Mijlpalen derde programmajaar

De belangrijkste mijlpalen en besluiten in het derde programmajaar:

• Ontwerp-Tracébesluit voor de aanleg van de A4 Delft–Schiedam.

• Instemming met een pakket aan korte termijn maatregelen (zgn. quick wins), in het kader van de MIRT-verkenning Rotterdam VooRuit. Rijk en regio nemen ieder de helft van de kosten van € 35 mln. voor hun rekening.

• Vaststelling van de uit te werken vraagstukken en de tussenrapportage (met daarin de hoofdlijnen van het Masterplan) in het kader van de MIRT-verkenning Haaglanden.

• Tracébesluit A15 Maasvlakte-Vaanplein.

• Gezamenlijke uitwerking van de inpassingsopties Planstudie A13/A16.

• Besluit van het kabinet over een pakket van maatregelen voor het Programma Hoogfrequent Spoor, inclusief maatregelen voor het traject Den Haag–Rotterdam.

• Ter beschikking stellen van € 11 mln. door Rijk, provincie Zuid-Holland en de gemeente Midden-Delfland voor en start uitvoering van het opruimen van een deel van de verspreid liggende kassen in Midden-Delfland.

• Vaststelling van de Nota van Uitgangspunten voor de Rotterdamsebaan in de gemeenteraad van Den Haag.

• Vaststelling opdracht en deelnemers Topberaad Stadshavens Rotterdam, in te zetten bij dreigende vertraging of patstellingen.

• Tracébesluit voor de maatregelen op de Zuidtak van de OV-corridor Schiphol–Amsterdam–Almere–Lelystad.

• Ondertekening van het Integraal Afspraken Kader (IAK) Almere 2.0 ten behoeve van de ontwikkeling van Almere, en het instellen van een drietal werkmaatschappijen (Almere-Amsterdam, Almere Centrum-Weerwater en Almere Oosterwold).

• Ontwerp-Tracébesluit Schiphol–Amsterdam–Almere.

• Toekenning van € 48 mln. uit Nota Ruimte budget voor de Westflank Haarlemmermeer, bestemd voor het aanleggen van een «groen-blauw» raamwerk, waterberging en tal van recreatieve routes in het groen.

• Oprichting Greenport Ontwikkelingsmaatschappij (GOM) en Meerjaren-uitvoeringsplan Integrale Herstructurering Duin- en Bollenstreek gereed.

• Kabinetsbesluit tot een investering van € 16,6 mln. om de bloemenveiling Aalsmeer beter en zo ongestoord mogelijk te ontsluiten voor Schiphol en omgeving (project ACT). De helft van het geld is afkomstig uit het Fonds Economische Structuurversterking; de regio zal de andere helft voor haar rekening nemen.

• Vaststelling van het rapport «Uitwerking afspraken Voorkeursbesluit» voor het project Integrale Benadering Holland Rijnland. Er zijn nadere afspraken gemaakt over een gefaseerde aanpak van de Rijnlandroute en de bijbehorende maatregelen aan het hoofdwegennet.

• Vaststelling afspraken tussen de regionale partijen over de realisatie van de verstedelijkingsopgave in het kader van Duurzaam bouwen in de Noordvleugel Utrecht.

• Presentatie voorlopige uitkomsten MER/Ontwerp-Tracébesluit planstudie A27/A1 aan bewoners en publicatie 1^e fase MER voor de Ring Utrecht.

• Vaststelling Plan van aanpak MIRT-verkenning Randstad sleutelprojecten.

• Vaststelling van het Werkplan 2010 OV-bureau Randstad.

• Aanbieding van resultaten en nieuwe actieprogramma’s van de Randstad 2040-Uitvoeringsallianties aan de Minister van VROM en een brief hierover aan de Tweede Kamer.

• Vaststelling ontsnipperingsprogramma en flexibele uitvoeringsstrategie voor het project Ruggengraat voor natuur en recreatie.

Vervolg

Het is aan een volgend kabinet of en hoe het programma Randstad Urgent door zal gaan. Ik heb er op 31 mei 2010 tijdens een ingelaste Randstad conferentie in de Nieuwe Kerk te Den Haag geen geheim van gemaakt dat een programma als dit continuering verdient.

De interviews met hoofdrolspelers in het boek Stand van de Randstad / Randstad Urgent werkt, dat ik u hierbij aanbied als verantwoording, bevestigen mij in die opvatting¹. Programmatisch werken, over de grenzen van organisaties heen, is een probaat middel om problemen aan te pakken.

Overigens hebben belangrijke lessen in het kader van Randstad Urgent ook hun plek gekregen in het project Sneller & Beter. Dit is de concrete vertaalslag van de adviezen van de commissie Elverding naar de dagelijkse MIRT-praktijk. Met als doel om de kwaliteit van de besluitvorming te verbeteren, waarmee halvering van de doorlooptijd van nieuwe infrastructuurprojecten gerealiseerd wordt.

Dit boek is gemaakt als verantwoording van wat bereikt is met Randstad Urgent. Tegelijk is het een inspiratieboek. De gevolgde werkwijze verdient navolging. Veel ingrediënten (bestuurlijke duo’s, ambassadeurs, projectselectie, bestuurlijke contracten, deadlines, monitoring, «faming & shaming») klinken afzonderlijk bekend in de oren, maar als arrangement voor besluitvorming is het uniek.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings

---

1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.