nr. 18
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 november 2008
Bij brief van 12 november 2008 (2008D15366) heeft de griffier van
de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit mij namens deze
commissie gevraagd om het rapport van de accountantsdienst van mijn ministerie
met betrekking tot de eerste voortgangsrapportage van het groot project Ecologische
Hoofdstructuur (TK 30 825, nr. 14). Hierbij reageer ik op dit verzoek.
Ik heb de Auditdienst van mijn ministerie niet gevraagd een accountantsrapportage
op te stellen naar aanleiding van de eerste voortgangsrapportage over het
groot project Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Ik verwijs u hierbij naar
het door de vaste commissie voor LNV opgestelde verslag van het gesprek dat
ik op 20 mei jl. heb gevoerd met de rapporteur en de plaatsvervangend
rapporteur voor dit groot project, respectievelijk de heer Waalkens en mevrouw
Snijder-Hazelhoff.1 In dit gesprek is, aanvullend
op de uitgangspuntennotitie van de vaste commissie LNV en de kabinetsreactie
daarop (TK 30 815, nr. 12) een aantal nadere afspraken gemaakt over
de informatievoorziening in het kader van dit groot project.
Een van deze afspraken is dat waar ik rapporteer op basis van de informatie
die door provincies wordt aangeleverd, zoals de voortgangsrapportages in het
kader van Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG), de provincies verantwoordelijk
zijn voor de betrouwbaarheid van deze informatie en dat mijn ministerie hierover
geen eigen accountantsverklaring zal afgeven. Het verslag van het rapporteursgesprek
van 20 mei is geagendeerd voor een algemeen overleg met de commissie
voor LNV op 2 juli jl. Tijdens dit algemeen overleg zijn de afspraken
uit het gesprek van 20 mei jl. niet herroepen.
Zoals u weet, wordt het overgrote deel van de EHS gerealiseerd via het
Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). Een beperkt deel van de EHS wordt
niet via het ILG gerealiseerd.
Ik verwijs u voor een overzicht hiervan naar hoofdstuk 1 en figuur 1 van
de eerste voortgangsrapportage groot project EHS. De beleidsinformatie over deze EHS-onderdelen is afkomstig uit bestaande verantwoordingsdocumenten
die bovendien veelal al zijn voorzien van een accountantsverklaring, zoals
het LNV-jaarverslag 2007 (TK 31 444, nrs. 1–3) en de Verantwoording
bij het Jaarverslag 2007 van Staatsbosbeheer.
Een aparte accountantsverklaring over deze EHS-onderdelen in het kader
van het groot project EHS, acht ik dan ook niet noodzakelijk.
Zoals gemeld in antwoord op feitelijke vragen van de vaste commissie voor
LNV over de eerste voortgangsrapportage groot project EHS (TK 30 825,
nr. 17) ben ik met het Interprovinciaal Overleg (IPO) in overleg om nadere
afspraken te maken over de controle op de financiële gegevens en de beoordeling
van de prestatiegegevens in het ILG. Zodra ik hierover met de provincies afspraken
heb gemaakt, zal ik de Tweede Kamer daarover informeren. Ik streef ernaar
deze afspraken op een zodanig moment te maken, dat deze kunnen worden toegepast
op de ILG-voortgangsrapportages 2008.
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg