Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 november 2011
Conform mijn toezegging tijdens het AO EHS/Natuur/Biodiversiteit
d.d. 7 september 2011 (Kamerstuk 30 825, nr. 108), bericht ik u over de uitspraak van
de voorzieningenrechter in een kort geding aangespannen door de stichting Das
en Boom aangaande het hamsterbeheer in Nederland.
De stichting stelde in de kortgedingprocedure dat de Staat
onrechtmatig handelt, omdat hij zijn internationale verplichtingen op grond de
Habitatrichtlijn1 en het verdrag van Bern2 niet zou zijn nagekomen, door geen passende
maatregelen te treffen om de hamster in een gunstige staat van instandhouding
te brengen en vervolgens te laten voortbestaan.
De Staat heeft in de procedure aangegeven wel degelijk
maatregelen ter bescherming van de hamster te treffen. Daarover heb ik
afspraken gemaakt met de provincie Limburg. Uitgangspunt voor het
hamsterbeschermingsbeleid is het in opdracht van het ministerie van EL&I
opgestelde onderzoeksrapport van Alterra «Perspectieven van de hamster in
Nederland»3 uit 2010. Het Alterrarapport in kwestie beschrijft de
concrete maatregelen die nodig zijn voor de duurzame instandhouding van de
hamster.
Momenteel is meer dan 400 hectare leefgebied voor de hamster
geborgd door het instellen van reservaatsgebieden en subsidiëring van
agrariërs die hamstervriendelijk akkerbeheer uitvoeren. Gestreefd wordt naar
een verdere uitbreiding van het leefgebied voor de hamster.
Ook financier ik een hamsterfokprogramma en de wetenschappelijke
begeleiding van het hamsterbeschermingsproject. Tot eind 2011 lopen er
contracten met de diergaarde Blijdorp en het Gaiapark Kerkrade om uitvoering te
geven aan het fokprogramma. Dit fokprogramma wordt doorgezet zolang dit nodig
is. Uit het beschikbaar gestelde budget voor de wetenschappelijke begeleiding
wordt onderzoek verricht naar de hamster en worden de hamsterpopulaties
gemonitord.
In het licht van de door de Staat genomen maatregelen ter
bescherming van de hamster heeft de voorzieningenrechter de vorderingen van de
stichting grotendeels afgewezen. Er wordt voor hamsters in 2011 evenwel 50
hectare minder aan opvangstroken (in het huidig Subsidiestelsel Natuur- en
Landschapsbeheer hamsterranden genoemd) gerealiseerd dan in 2010. Opvangstroken
dienen als toevlucht voor jonge uitzwermende hamsters aan de rand van
hamstervriendelijk beheerde gebieden. De voorzieningenrechter heeft de Staat
geboden «ervoor te zorgen dat de verbindingszones tussen
het hamstervriendelijk beheerd areaal met 50 hectare worden uitgebreid, op
zodanige wijze dat de in 2010 geldende situatie wordt hersteld.» De
voorzieningenrechter doelt met de verwijzing naar verbindingszones op de 50
hectare aan opvangstroken.
De provincie Limburg voert het hamsterbeheer uit. Ik ben in
overleg met de provincie over de realisatie van de 50 hectare aan
opvangstroken, thans hamsterranden genoemd, zodat de in 2010 geldende situatie
wordt hersteld.
De staatssecretaris van
Economische Zaken, Landbouw en
Innovatie,
H. Bleker