Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 april 2013
Bij brief van 22 april 2013 heeft de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
verzocht om voor het algemeen overleg over arbeidsmigratie op 25 april een reactie
te ontvangen op het bericht op www.rechtspraak.nl
dat Sierafor werknemers mag ontslaan. Graag kom ik middels deze brief aan dit verzoek
tegemoet.
Op 17 april jl. heeft de kantonrechter in Leiden in een ontbindingszaak uitspraak
gedaan over ontslagen bij het bedrijf Sierafor. Eerder had het bedrijf UWV verzocht
om het verlenen van een aantal ontslagvergunningen wegens het uitbesteden van werkzaamheden.
UWV oordeelde dat in feite sprake was van het (via een derde) vervangen van vaste
werknemers door flexibele werknemers, zonder dat sprake was van fluctuaties in het
werkaanbod die een dergelijke vervanging kunnen rechtvaardigen. Wegens strijd met
de regels die gelden voor het kunnen vervangen van vaste werknemers door flexibele
werknemers heeft UWV dat verzoek afgewezen. Bij brief van 8 maart 2013 heb ik u bericht
over deze beslissing van UWV.
Vervolgens heeft Sierafor bij de kantonrechter verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomsten
met de betreffende werknemers. De kantonrechter heeft de ontbindingsverzoeken toegewezen.
De rechter meent dat er sprake is van reguliere uitbesteding van werkzaamheden, wat
tot de beleidsvrijheid van een ondernemer behoort, en er zijns inziens een legitieme
grond is voor het beëindigen van de arbeidsovereenkomsten. Overigens is Sierafor,
net als moederbedrijf Florimex, per 10 april jl. failliet verklaard. Daardoor verliezen
350 werknemers hun baan. Ik betreur dit zeer, met name voor de betreffende werknemers.
De vraag komt op of naar aanleiding van deze rechterlijke uitspraak de regels gewijzigd
zouden moeten worden. Ik ben van mening dat daartoe (vooralsnog) geen aanleiding is.
UWV heeft in dit geval op grond van de huidige regels de aanvragen om ontslagvergunningen
geweigerd. Dat zal ook in de toekomst in soortgelijke situaties het geval zijn. De
kantonrechter heeft in dit geval anders geoordeeld dan UWV. Dat kan, en daar heb ik
uiteraard op zichzelf geen invloed op, maar het is niet uit te sluiten dat een andere
kantonrechter in dit, of een vergelijkbaar geval, tot een ander oordeel zou zijn gekomen.
Wel ben ik voornemens om de Stichting van de Arbeid (Stichting) te verzoeken deze
casus te betrekken bij enkele openstaande punten naar aanleiding van het op 11 april
jl. gesloten sociaal akkoord. Op grond van dit akkoord worden de regels voor overgang
van onderneming in het kader van aanbestedingen (c.q. uitbestedingen) bezien, en zal
de Stichting vóór 1 oktober 2013 advies uitbrengen aan het kabinet met betrekking
tot driehoeksrelaties. Beide onderwerpen kunnen van belang zijn voor de problematiek
die bij het bedrijf Sierafor aan de orde was.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
L.F. Asscher