29 628 Politie

Nr. 544 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 juli 2015

Bij brief van 2 juli 2015 vroeg u mij te reageren op enkele mediaberichten van 1 juli 2015 waarin wordt gemeld dat uit vertrouwelijke stukken van mijn ministerie blijkt dat de reorganisatie van de nationale politie langer duurt en duurder uitvalt (Handelingen II 2014/15, nr. 104, Regeling van werkzaamheden).

Een gedegen herijking van het reorganisatieproces van de nationale politie is voor mij en de korpschef belangrijk. Zoals ook mijn ambtsvoorganger met uw Kamer heeft besproken tijdens het wetgevingsoverleg van 17 november 2014 gaat hierbij kwaliteit voor tijd (Kamerstuk 29 628, nr. 490). Zoals ook in dit overleg met uw mijn ambtsvoorganger geconcludeerd is het noodzakelijk daarvoor maatregelen te nemen. Het zoeken naar maximaal draagvlak voor de te nemen maatregelen is voor mij een kernpunt en daar neem ik de tijd voor die het vergt.

Ik veronderstel dat de recente mediaberichten gebaseerd zijn op de versie van de herijkingsplannen die medio juni aan de belanghebbenden zijn verspreid met het verzoek om uiterlijk 1 juli te reageren. De mediaberichten zijn gebaseerd op conceptversies die niet noodzakelijkerwijs mijn definitieve standpunt weergeven. Ik heb inmiddels ook met alle belanghebbenden gesproken. Uit die gesprekken concludeer ik dat we al een heel eind op streek zijn maar het plan is nog niet helemaal af. Ik benut de zomerperiode om nog op onderdelen verder te praten.

Ik zal uw Kamer vóór het einde van het zomerreces de door mij vastgestelde herijking doen toekomen.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

Naar boven