29 628 Politie

Nr. 509 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 februari 2015

In het Algemeen Overleg van 11 februari 2015, heeft mevrouw Kooiman (SP) mij een publicatie aangeboden met de titel «Op weg naar een nieuwe gemeentepolitie?», met als onder titel «Onderzoek naar de buitengewoon opsporingsambtenaren versus de inzet van de politie in de wijken»1.

Anders dan deze publicatie suggereert, ben ik van mening dat het huidige boa-stelsel in de basis goed functioneert. Alle betrokken partijen kunnen er goed mee uit de voeten. Deze conclusie kan worden getrokken op basis van alle beschikbare studies die in de afgelopen periode over dit onderwerp zijn verschenen, waaronder een gedegen evaluatie van het boa-stelsel van het Verwey-Jonker instituut. De herziening van het BOA-stelsel heeft daaraan bijgedragen. Het is nu zaak om het huidige stelsel te versterken. Dit beleid heeft de volledige ondersteuning van de nationale politie, de VNG en belangenorganisatie van boa’s.

De kern van het stelsel van toezicht en handhaving in de openbare ruimte is de gedeelde verantwoordelijkheid van gemeenten en politie. Gemeenten zorgen met gemeentelijke boa’s voor ogen en oren op straat en kunnen daar ingrijpen waar de leefbaarheid wordt aangetast door overtredingen die overlast veroorzaken en tot kleine ergernissen leiden. De politie is primair aan zet wanneer het gaat om het handhaven van de openbare orde en veiligheid. Boa’s zijn aanvullend op de politie. Zo dragen beiden samen zorg voor leefbaarheid én veiligheid op straat. De samenwerking wordt geoptimaliseerd door duidelijkheid in de taakafbakening, het expliciteren van de operationele regie door de politie en door het verbeteren van de informatie-uitwisseling.

Zoals ik in evengenoemd AO heb toegelicht, is er in tegenstelling tot de strekking van de SP-publicatie absoluut geen sprake van een «nieuwe gemeentepolitie»:

  • a. De gemeentelijke boa’s en politie opereren complementair aan elkaar en versterken elkaar. Zij worden geen concurrenten van elkaar. In de driehoek worden afspraken gemaakt over de handhavingsinzet van politie en boa’s. De boa’s worden ingezet op de prioriteiten die de gemeente heeft vastgesteld en zijn aanvullend op de politie.

  • b. De opsporingsbevoegdheden van boa’s zijn beperkt.

  • c. In totaal zijn er in Nederland ultimo 2014 3.209 boa’s Domein I aan het werk. In verreweg de meeste gemeenten (m.u.v. de grote gemeenten) zijn de boa’s zeer gering in aantal. Er zijn veel gemeenten in Nederland die tussen de 0 en 2 boa’s in dienst hebben. Er is dus is het geheel geen sprake van vele omvangrijke gemeentelijke handhavingsapparaten.

  • d. Met de afbakening van Domein I tot leefbaarheid, wordt bovendien voorkomen dat er een grote uitbreiding plaatsvindt van bevoegdheden.

Ook de in de publicatie gemaakte vergelijking van de kosten kan ik, zoals reeds aangegeven in het AO van 11 februari jl., niet volgen. Gemeenten zijn, uiteraard met in achtneming van de CAO voor gemeenteambtenaren, geheel onafhankelijk in de bezoldiging van het personeel. De salariëring voor een boa-functie verschilt per gemeente. Deze verschillen zijn te verklaren door het feit dat taken en verantwoordelijkheden van de boa per gemeente niet gelijk zijn. De SP-publicatie biedt helaas geen enkel inzicht in de informatie die hierover van de betrokken gemeenten is ontvangen. Ik herken de cijfers van uit de SP-publicatie dan ook niet.

Mijn cijfers zijn als volgt. Ultimo 2014 waren er in domein I 3.209 boa’s werkzaam. 971 boa’s hebben een aanstelling bij een van de vier grootste gemeenten. 444 boa’s hebben een aanstelling bij een van de zeven gemeenten uit de SP-publicatie (Nijmegen, Leeuwarden, Dordrecht, Gouda, Groningen, Eindhoven en Den Haag), waarvan meer dan helft, te weten 233, een aanstelling bij de gemeente Den Haag heeft.

Boa’s in domein I zijn werkzaam in schaal 6 CAR-UWO (max € 2.525), met afhankelijk van hun taken en bevoegdheden, een uitloop naar schaal 7 (max € 2.766). Afgezet tegen de in de publicatie van de SP bedoelde politiefuncties leidt dit tot het onderstaande overzicht. Hierbij is gekeken naar de VNG-schalen voor gemeentelijke medewerkers.

 

Basissalaris 12 maal

Vakantietoeslag

Eindejaarsuitkering

Totaal kaal jaarsalaris

Extra

Politie

         

Medewerker GGP – agent schaal 6

2.953

2.835

2.835

41.106

Algemene levensloopbijdrage 0,75%

Generalist GGP – wijkagent schaal 7

3.347

3.213

3.213

46.590

Toeslag bezwarende functie 1,8%

Boa

         

Max schaal 6 CAR UWO

2.525

2.424

1.818

34.542

 

Max schaal 7 CAR UWO

2.766

2.655

1.992

37.839

Kijkend naar vergelijkbare schalen is de conclusie dat de minstverdienende politieambtenaar meer verdient dan de meestverdienende gemeentelijke BOA.

Wat betreft het pleidooi voor de inzet van de politie in de wijken herhaal ik, net zoals ik dit in het AO van 11 februari jl. heb gezegd, dat de politie zorg draagt voor de aanwezigheid van een wijkagent op elke 5.000 inwoners, gemiddeld per eenheid. Conform de motie Oskam (Kamerstuk 29 628, nr. 483) realiseert de politie dit gemiddelde per 1 juli 2015. De verdeling binnen de eenheid is aan het gezag om te bepalen.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven